(2022)vakspecifieke regels

Het examen Nederlands 
(fun)facts 
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Het examen Nederlands 
(fun)facts 

Slide 1 - Tekstslide

Het examen Nederlands is dit jaar op:
A
donderdag 12 mei 2022 13:30- 16:30
B
donderdag 12 mei 2022 van 13:00-15:00
C
Vrijdag 13 mei 2022 13:30-16:30
D
Vrijdag 13 mei 2022 van 13:00-15:00

Slide 2 - Quizvraag

FAQ's

  • Hoe lang duurt het examen? Drie klokuren, 180 minuten dus
  • Hoeveel teksten? Vaak één langere en drie wat kortere teksten (en daarnaast “satellietteksten”)
  • Hoeveel vragen? Meestal tussen de 30-40 (open en meerkeuze), ca. 60 punten
  • Krijg je ook theoretische vragen? Nee
 




Slide 3 - Tekstslide

Hierna volgen vragen over de vakspecifieke regels

Slide 4 - Tekstslide

Correct taalgebruik wordt getoetst bij alle antwoorden op open vragen.
A
Juist
B
Niet juist

Slide 5 - Quizvraag

Herhaalde spelfouten worden als afzonderlijke fouten geteld.
A
Juist
B
Niet juist

Slide 6 - Quizvraag

Als je dyslectisch bent, krijg je nooit aftrekpunten voor spelling en taalgebruik.
A
juist
B
niet juist

Slide 7 - Quizvraag

Hoeveel aftrek levert 7 of meer fouten op? (dit is tevens de maximale aftrek)
A
-1
B
-7
C
-3
D
-4

Slide 8 - Quizvraag

Spelfouten in antwoorden die toch al fout zijn, tellen niet.
A
juist
B
onjuist

Slide 9 - Quizvraag

Telegramstijl is toegestaan.
A
Juist
B
Niet juist

Slide 10 - Quizvraag

Als je een maximum aantal woorden overschrijdt dan........
A
is je antwoord per definitie 0 punten waard
B
mag Cn je antwoord beoordelen tot het toegestane maximum. De rest van je antwoord telt niet mee.
C
kijkt Cn gewoon je hele antwoord na.
D
mag Cn je antwoord beoordelen tot het toegestane maximum en krijg je aftrekpunten voor onvolledige zinsbouw.

Slide 11 - Quizvraag

Hoofdletters vallen onder spelling.
A
juist
B
niet juist

Slide 12 - Quizvraag

Je kunt ook aftrek krijgen voor interpunctiefouten.
A
juist
B
niet juist

Slide 13 - Quizvraag

Als je de vraag herhaalt, tellen die woorden niet mee voor je woordenaantal.
A
juist
B
niet juist

Slide 14 - Quizvraag

Tekstverklaren is het leukste onderdeel van het vak Nederlands.
A
juist
B
niet juist

Slide 15 - Quizvraag

Alle vakspecifieke regels op een rijtje - deel I
1 Correct taalgebruik wordt getoetst bij alle antwoorden van de kandidaat op open vragen.
Voor incorrect taalgebruik worden maximaal 4 scorepunten in mindering gebracht. Onder incorrect
taalgebruik moet worden verstaan: spelfouten en fouten in de zinsbouw inclusief verkeerde
woordvolgorde. Elke fout binnen een antwoord op een vraag dient afzonderlijk te worden aangerekend.
De fouten voor incorrect taalgebruik dienen los van de inhoudelijke beoordeling te worden
geregistreerd. Ook spelfouten in incorrecte antwoorden leiden dus tot aftrek.
Voor incorrect taalgebruik dient de volgende aftrekregeling te worden gehanteerd:
0 fouten 0
1 fout of 2 fouten -1
3 of 4 fouten -2
5 of 6 fouten -3
7 of meer fouten -4
Deze aftrekregeling geldt onverkort voor alle kandidaten. Ook als je dyslectisch bent.

Slide 16 - Tekstslide

Alle vakspecifieke regels op een rijtje - deel II
2 Het is de kandidaat niet toegestaan telegramstijl te gebruiken bij vragen waarbij in volledige
zinnen moet worden geantwoord. Voor een antwoord dat geheel in telegramstijl is weergegeven,
dienen geen scorepunten te worden toegekend.
3 Voor alle open vragen met een maximum aantal woorden geldt: indien een kandidaat een vraag
herhaalt alvorens hij/zij tot een antwoord komt, worden de woorden tot aan het eigenlijke
antwoord (conform het beoordelingsmodel) niet meegeteld.
4 Wanneer een antwoord op een open vraag het maximum aantal woorden overschrijdt, worden
alleen de woorden van het antwoord tot het toegestane maximum in de beoordeling betrokken.
5 Er is geen aftrek voor interpunctiefouten. 







Slide 17 - Tekstslide

De syllabus vind je hier:
https://www.examenblad.nl/examenstof/syllabus-nederlands-vwo-2022/2022/vwo/f=/nederlands_vwo_2022_versie_2.pdf


Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Link

Ook nuttig om door te nemen:
Nieuw Nederlands - 4/5/6 VWO-H 10 Examen (p. 338-392)

Slide 20 - Tekstslide

Test nu hoe je ervoor staat:
-maak de quickscan op papier
nb vraag 11 gaat over alinea 10 t/m 12


(wil je later nog een online quickscan maken: https://ondemand.questionmark.eu/delivery/open.php?customerid=610148&name=test&session=6516921012136350)

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Link

Antwoorden quickscan

Slide 23 - Tekstslide

Antwoorden quickscan

Slide 24 - Tekstslide

Antwoorden quickscan

Slide 25 - Tekstslide