5H GS deel 1 Soc. econ. ontwikkelingen in thuisland (1750-1900)

Deze les:
  • Begin maken met Deelcontext 3
  • Huiswerk 
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Deze les:
  • Begin maken met Deelcontext 3
  • Huiswerk 

Slide 1 - Tekstslide

Historische context - Britse Rijk
1.3 Sociaal-economische ontwikkelingen in het thuisland (1750-1900)

Slide 2 - Tekstslide

31 De industriële revolutie die in de westerse wereld de basis legde voor een industriële samenleving.

32 Discussies over de ‘sociale kwestie’.
33 De moderne vorm van imperialisme die verband hield met de industrialisatie.
35 Voortschrijdende democratisering, met deelname van steeds meer mannen en vrouwen aan het politieke proces.
36 De opkomst van politiek-maatschappelijke stromingen: liberalisme, nationalisme, socialisme, confessionalisme en feminisme.



Kenmerkende aspecten
Welke KA's passen bij deze stukjes tekst?

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoelen
  1. Je kunt het belang beschrijven van de Spining Jenny en de stoommachine voor de ontwikkeling van de industriële revolutie in Engeland.
  2. Je kunt oorzaken van de bevolkingsgroei in Engeland in de 18e eeuw noemen.
  3. Je kunt de uitbreiding van het Britse en Indiase spoorwegennetwerk beschrijven en daarbij verklaren waarom deze snelle uitbreiding voor de Britten noodzakelijk was.

Slide 4 - Tekstslide

31 De industriële revolutie die in de westerse wereld de basis legde voor een industriële samenleving.

32 Discussies over de ‘sociale kwestie’.
33 De moderne vorm van imperialisme die verband hield met de industrialisatie.
35 Voortschrijdende democratisering, met deelname van steeds meer mannen en vrouwen aan het politieke proces.
36 De opkomst van politiek-maatschappelijke stromingen: liberalisme, nationalisme, socialisme, confessionalisme en feminisme.



Kenmerkende aspecten
Welke KA's passen bij deze stukjes tekst?

Slide 5 - Tekstslide

wat betekent "Industriële Revolutie"?
A
verandering in de manier van denken
B
verandering van manier om met werknemers om te gaan
C
verandering van de manier van produceren
D
grote verandering in korte tijd

Slide 6 - Quizvraag

In welke beroepen begon de Industriële revolutie?

A
Handel en Nijverheid
B
Handel en Landbouw
C
Landbouw en textiel
D
Textiel en handel

Slide 7 - Quizvraag

Welke uitvinding zie je op de afbeelding?
A
Stoommachine
B
Waterframe
C
Spinning Jenny
D
Schietspoel

Slide 8 - Quizvraag

Deelcontext III: Sociaal-economische ontwikkelingen in het thuisland (1750-1900)

Terugblik:
Risico: door deze afhankelijkheid is Britse economie kwetsbaar voor gebeurtenissen buiten haar grondgebied.

Slide 9 - Tekstslide

Kenmerkende aspecten
  • De industriële revolutie die in de westerse wereld de basis legde voor een industriële samenleving
  •   Discussies over de 'sociale kwestie'
  •   De moderne vorm van imperialisme die verband hield met de industrialisatie
  •   Voortschrijdende democratisering, met deelname van steeds meer mannen en vrouwen aan het politieke proces
  •   De opkomst van politiek-maatschappelijke stromingen: liberalisme, nationalisme, socialisme, confessionalisme en feminisme;

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

De industriële revolutie 1750
3 Oorzaken in verband met de koloniën:

  1. De Britse koloniën leverden veel grondstoffen en plantageproducten.
  2. De Britse koloniën waren een afzetmarkt
  3. De koloniale handel was enorm winstgevend. De winst werd geïnvesteerd in industrie of infrastructuur.

Slide 12 - Tekstslide

Spinning Jenny

Slide 13 - Tekstslide

Spinning Jenny
  • Spining Jenny, een machine die in staat was om meerdere draden van wol of katoen te spinnen dan met een spinnewiel.

  • Hierdoor versnelling/verbetering van productieproces (revolutie!) in de textielindustrie.
  • De nieuwe machines werden steeds groter; de huisnijverheid werd daardoor lastig
  • Ondernemers bouwden daarom hallen die de nieuwe machines konden huisvesten (fabrieken).

Slide 14 - Tekstslide

Stoommachine 
Stoommachine van James Watt (England)
Begin van de industriële revolutie. Niet meer werken met de hand maar met machines

Slide 15 - Tekstslide

Stoom als nieuwe krachtbron
  • Ondanks alle nieuwe uitvindingen, kwam de energie hiervoor nog steeds uit spierkracht (mens of dier) of waterkracht. 

  • ±1775  - James Watt ontwikkelde goed bruikbare en stevige stoommachine 
  • Stoommachine werd gebruikt als motor voor machines in de textielindustrie; machines konden hierdoor sneller, regelmatiger en langer werken
  • Productie werd goedkoper > Prijs voor consumenten werd goedkoper

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Industriële samenleving

  • Door IR veranderde Engeland van landbouw stedelijke samenleving naar  een industriële samenleving.
  • De meeste mensen werkten hierdoor in de industrie, huisnijverheid verdwijnt
  • Steeds meer mensen trokken van het platteland naar de stad  (Verstedelijking/ Urbanisatie)
  • Grote inkomensverschillen
  • Vervoersmogelijkheden verbeterden (Infrastructuur)

Slide 19 - Tekstslide

Bevolkingsgroei

Oorzaken:
  • verbeteringen in de landbouw; meer landbouwgrond werd ontgonnen, introductie nieuwe gewassen (aardappel!), 
  • verbeteringen in medische wereld, hierdoor ontstonden vaccinaties en had men meer oog voor hygiëne

Slide 20 - Tekstslide

Bevolkingsgroei

Gevolgen:
  • groeiende vraag naar textiel 
  • bevolkingsoverschot op platteland (door machines minder werk beschikbaar); goedkope arbeidskrachten trekken naar de stad (werk in de fabriek)

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Video

Verbetering vervoersmogelijkheden
De stoommachine werd ook toegepast in het  vervoersmogelijkheden en :
  • stoomboot
  • stoomtrein

Het vervoer van goederen en personen ging veel sneller via het spoor.
Binnen 30 jaar werd er daarom een spoorwegnetwerk aangelegd dat heel G.B. besloeg.

Ook in India werd een spoornetwerk  aangelegd . De verbinding tussen het moederland en de kolonie werd zo sterk verbeterd. Daarnaast zorgde ook het Suezkanaal  voor een snellere en betere verbinding.

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Niet alleen in Groot-Brittannië, maar ook in Azië en Afrika legden de Britten spoorwegen aan. Het kostte Groot-Brittannië veel geld om deze spoorwegen aan te leggen. Leg uit waarom ze dit toch deden.

Slide 25 - Open vraag

Voor de Industriele Revolutie
Na de Industriele Revolutie

fabrieken
kapitalisme
landbouwsamenleving
handwerkers
huisnijverheid
spinmachine

Slide 26 - Sleepvraag

Oorzaken
Gevolgen
Industriële revolutie
oorzaken
gevolgen
Agrarische revolutie
Fabrieken
Stijgende vraag naar kleding

Dichtbevolkte steden

Bevolkingsgroei
Investeringen
Uitvindingen
Massaproductie

Slide 27 - Sleepvraag

Meer winst in de fabrieken, groei van ondernemingen en fabrieken, meer afzet, meer vraag naar grondstoffen (vanuit de koloniën), toename van de wereldhandel.

Meer arbeid in fabrieken, nieuwe groep rijken (ondernemers), nieuwe groep arbeiders, urbanisatie, bevolkingsgroei.

Uitbreiding spoor- en waterwegennet, ontwikkeling nieuwe en snellere vervoermogelijkheden, sneller vervoer tussen steden en havens, meer uitwisseling van personen en mensen.

Opkomst politiek-maatschappelijke stromingen, sociale kwestie, massabewegingen, regelgeving vanuit de overheid.



Economische gevolgen
Sociaal-maatschappelijke gevolgen
Gevolgen voor transport en vervoer
Politieke gevolgen
Welke gevolgen?

Slide 28 - Tekstslide

De Industriële revolutie heeft Modern-Imperialisme veroorzaakt
- Vul het oorzaak-gevolg schema in.
industriële revolutie 
Massaproductie
Grondstoffen te kort
Modern-Imperialisme
Koloniseren Afrika/ Azië
Grotere afzetmarkt + Grondstoffen
Te veel producten
Groter grondgebied

Slide 29 - Sleepvraag

Welke informatie kun je afleiden uit deze prent?

Wat wil de maker van deze prent zeggen?

Welke groep zou deze prent kunnen gebruiken voor hun doelen?

Slide 30 - Tekstslide