TH5F week 13

Nederlands
26 maart
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 31 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Nederlands
26 maart

Slide 1 - Tekstslide

Programma
- Welke opdrachten heb je gemaakt van 2016-II tekst 1?

- De opdrachen voor deze tekst afmaken

- Samen de antwoorden nakijken: wat zou je gehaald hebben?

Slide 2 - Tekstslide

Welke vragen heb je gemaakt?
- Hulpmiddelen

- Theorienummers

- Tekst gebruiken

- Theorienummer 112: hoe beantwoord je een vraag?

Slide 3 - Tekstslide

Opdracht (25 minuten)
Maak de rest van de vragen van tekst 1 af.

Daarna gaan we klassikaal de antwoorden nakijken met het correctiemodel

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Tekst 2: eigenzinnig met zijn allen
- Wat is het onderwerp?

- Wat valt op?




Slide 8 - Tekstslide

Nederlands
27 maart

Slide 9 - Tekstslide

Programma
- Samen de antwoorden nakijken: wat zou je gehaald hebben?

- Tekst 2: eigenzinnig met zijn allen

- Opdrachten tekst 2: welke theorie nodig?

- Opdrachten tekst 2 maken

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Tekst 2: eigenzinnig met zijn allen
- Wat is het onderwerp?

- Wat valt op?

- Welke theorie heb je nodig?

- Hoeveel punten kun je halen? Dus hoeveel tijd heb je?



Slide 14 - Tekstslide

Theorie opdrachten tekst 2
18) functies van tekstgedeelten
24) paradox: functies van tekstgedeelten
25) samenvatting van de tekst

Slide 15 - Tekstslide

Opdracht (25 minuten)
Maak de opdrachten bij tekst 2.

Het zijn 13 punten keer 2 minuten per punt = 26 minuten.

Slide 16 - Tekstslide

Nederlands
28 maart

Slide 17 - Tekstslide

Programma
- Opdrachten tekst 2 maken in groepje

- Antwoorden bespreken

- Tekst 3: Statiegeld moet + opdrachten

- Tekst 4 lezen

Slide 18 - Tekstslide

Opdracht (15 minuten)
Beantwoord de vragen van je groepje. Check de antwoorden bij mij. Je bespreekt daarna als groep de antwoorden voor de klas.

Groep 1: vraag 18, 19, 20
Groep 2: vraag 21, 22
Groep 3: vraag 23, 24, 25

Slide 19 - Tekstslide

Tekst 3 (15 minuten)
26: leg uit waarom het statiegeldsysteem gehandhaafd moet blijven volgens de tekst (20 woorden, 2 punten)
27: 'Op dit moment lijken de overheid en het parlement echter schatplichtig te zijn aan de inspanningen van het bedrijfsleven.' 37-40. Citeer twee, niet opeenvolgende, zinnen waaruit blijkt wat dit schatplichtig zijn inhoudt. (1 punt)
28: Op een aantal plaatsen in de tekst klinkt het oordeel over de afspraken tussen het bedrijfsleven en de overheid duidelijk door in woord- en zinsgebruik. Noem drie voorbeelden. (3 punten)


Slide 20 - Tekstslide

Tekst 4: geef hier die fles
29: maak het argumentatieschema met zinnen uit de tekst.
Standpunt, argument, subargument

30: welke twee systemen worden bedoeld? Regel 38-40

31: welke drogreden wordt er in alinea 5 gegeven?

Slide 21 - Tekstslide

Nederlands
29 maart

Slide 22 - Tekstslide

Programma
- Lezen en opdrachten tekst 4

- Overkoepelende vragen maken tekst 3 en 4 + tekstfragment 1

- Invullen: wat vond je nog lastig? Waar moet je je nog in verdiepen? Wat wil je de komende twee weken doen?

Slide 23 - Tekstslide

Tekst 4 (15 minuten)
We lezen tekst 4 en maken de opdrachten.

Slide 24 - Tekstslide

Tekst 3 en tekst 4
- Overeenkomstig

- Verschillend

Slide 25 - Tekstslide

Opdracht (15 minuten)
Maak de overkoepelende vragen bij tekst 3 en 4.

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Invullen boekje
Welke vragen vond je bij welke teksten lastig?

- Theorie: welke theorie?
- Vraagsoorten: welke soorten?
- Formuleringen van vragen
- Waar kijk je in de tekst?

Slide 30 - Tekstslide

Welke onderwerpen nog?
Waar wil je nog mee oefenen?

- Onderwerpen
- Tekstsoorten
- Manier van antwoord geven
...

Slide 31 - Tekstslide