Derde wet van Newton meneer Ramak

Derde wet van Newton
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Derde wet van Newton

Slide 1 - Tekstslide

De eerste wet van Newton
v=constantFres=0

Slide 2 - Tekstslide

 2e wet van Newton

Slide 3 - Tekstslide

3.4 Eerste wet van Newton
Geen resulterende kracht
Constante snelheid
of
stilstaan 
WEL resulterende kracht
Versnelling
of
vertraging 
Eerste wet 
van Newton
Tweede wet 
van Newton

Slide 4 - Tekstslide

Derde wet van Newton
Actiekracht: je leunt tegen de muur en oefent een kracht uit op de muur
Reactiekracht: de muur oefent een even grote kracht op jou uit, maar dan tegengesteld gericht (zodat je niet omvalt)

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Modelleren
vereenvoudigde voorstelling van de werkelijkheid

Slide 7 - Tekstslide

Na deze les kan ik ...
... uitleggen wat de derde wet van Newton is. 

... benoemen wat de actie- en wat de reactiekracht is. 

... de grootte van een kracht bepalen m.b.v. de derde wet van Newton. 

... het gewicht van een voorwerp berekenen. 

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Welke kracht is groter?
A
De hand op de persoon.
B
De persoon op de hand.
C
Deze zijn even groot.
D
Dit weet je niet.

Slide 10 - Quizvraag

Actie en reactie (kracht)
De kracht van a op b is even groot als de kracht van b op a. 
Fab=Fba

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Derde wet van Newton en gravitatie
Geldt dit ook voor gravitatiekracht?

Slide 13 - Tekstslide

Meneer Hennissen heeft een massa van 69 kg en is 176 cm lang. Hij staat stil op de grond.
Wat is zijn gewicht?

Slide 14 - Open vraag

A: Een astronaut in het ISS heeft geen zwaartekracht.
B: Een astronaut in het ISS is gewichtloos.
A
A: Juist B: Juist
B
A: Onjuist B: Onjuist
C
A: Juist B: Onjuist
D
A: Onjuist B: Juist

Slide 15 - Quizvraag

Gewicht
Gewicht is de kracht die je uitoefent op de ondergrond. 

Je bent gewichtloos als je geen kracht op een ondergrond uitoefent. 

Slide 16 - Tekstslide

Gewicht in een lift.
Pim (m = 69 kg) staat in een lift, op een weegschaal. De weegschaal geeft een massa van 82 kg aan.

a. Leg uit of de beweging van de persoon in de lift versneld of vertraagd is. 

b. Bereken de versnelling of vertraging van de persoon in de lift.

Slide 17 - Tekstslide

Gewicht in een lift.
Pim (m = 69 kg) staat in een lift, op een weegschaal. De weegschaal geeft een massa van 82 kg aan.

a. Leg uit of de beweging van de persoon in de lift versneld of vertraagd is. 

De 'massa' van Pim is groter geworden. Dit komt omdat Pim een grotere kracht dan alleen Fz uitoefent op de weegschaal. Deze kracht wordt veroorzaakt door de versnelling van de lift. 

Slide 18 - Tekstslide

Gewicht in een lift.
Pim (m = 69 kg) staat in een lift, op een weegschaal. De weegschaal geeft een massa van 82 kg aan.

b. Bereken de versnelling of vertraging van de persoon in de lift.


Flift=mg=139,81=127,53N
a=mFlift=69127,53=1,8s2m

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Identificeer alle krachten:
Zwaartekracht (Fz​)
Normale kracht (Fn)
Statische wrijvingskracht (Fw)
De spankracht (Fs)

Slide 21 - Tekstslide