Week 5 - RB E - Gesteentenkringloop (Z-route)

Gesteentekringloop
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Gesteentekringloop

Slide 1 - Tekstslide

Succescriteria

  • Je kent de drie groepen gesteenten met de bekendste voorbeelden uit iedere groep.
  • Je begrijpt hoe stollingsgesteenten, sedimentgesteenten en metamorfe gesteenten ontstaan.

Slide 2 - Tekstslide

Opbouw aarde
  • kern; vaste binnenkern, vloeibare buitenkern, radioactief
  • mantel; traag stromend vast gesteente (convectiestromen)
  • aardkorst; vast

--> temperatuur neemt toe
--> druk neemt toe

Slide 3 - Tekstslide

De aardkorst drijft op de mantel

Slide 4 - Tekstslide

Aardkorst
Oceanisch: 
  • basalt
  • zwaar gesteente
  • 8 km dik
  • s.g. 3,0

Continentaal: 
  • graniet
  • licht gesteente
  • 40 tot 80 km dik
  • s.g. 2,7

Slide 5 - Tekstslide

Graniet                 Basalt

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

3 hoofdgroepen
Sedimentgesteente
Metamorfgesteente
Stollingsgesteente
Dieptegesteente

Slide 8 - Tekstslide

Gesteentekringloop
Gesteentekringloop

Slide 9 - Tekstslide

Sediment gesteente

Slide 10 - Tekstslide

Ontstaan
Sedimentgesteente:
  • Sediment wordt afgezet door de rivier
  • Sediment plakt onder druk aan elkaar
  • Druk van bovenliggende sedimentpakketen


Slide 11 - Tekstslide

Uiterlijke kenmerken
Sedimentgesteente:
  • Gelaagd
  • Vaak met fossielen
  • Oorspronkelijke sedimentdeeltjes kunnen zichtbaar zijn

Voorbeeld: 

Slide 12 - Tekstslide

Stollingsgesteente

Slide 13 - Tekstslide

Ontstaan
Stollingsgesteente:
  • Ontstaat door hitte
  • Magma/lava stolt 
  • Basalt buiten de vulkaan
  • Graniet binnen in de aardkorst


Slide 14 - Tekstslide

Uiterlijke kenmerken
Stollingsgesteente:
  • Geen gelaagdheid
  • Geen fossielen
  • Mineralen zijn zichtbaar als aparte kristallen

Voorbeeld: 

Slide 15 - Tekstslide

Metamorf gesteente

Slide 16 - Tekstslide

       Schist                              Steenkool                          Marmer  
Metamorfose betekent gedaanteverandering.

Metamorf gesteente
ontstaat wanneer sedimentgesteente 
of stollingsgesteente onder hoge druk en/of temperatuur 
worden omgevormd tot een ander gesteente.       

     


Slide 17 - Tekstslide

Ontstaan
Metamorf gesteente:
  • Onder hoge druk en/of hoge temperatuur verandert gesteente van samenstelling


Slide 18 - Tekstslide

Uiterlijke kenmerken
Metamorf gesteente:
  • Helemaal gekristalliseerd
  • Geen holtes of barsten
  • Geen fossielen

Voorbeeld: 

Slide 19 - Tekstslide

Metamorfgesteente
Gesteente dat door hoge druk en hoge temperatuur veranderde


Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

Welk gesteente hoort bij welke omschrijving?
Dit gesteente wordt diep in de aarde gevormd
Dit gesteente wordt vaak bij of onder water gevormd
Dit gesteente wordt gevormd als lava of magma afkoelt
Stollingsgesteente
Metamorf gesteente
Sedimentgesteente

Slide 22 - Sleepvraag

Zet de omschrijving bij de juiste korst
Oceanische korst
Continentale korst
Relatief dik
Maximaal 200 miljoen jaar oud
Basalt
Graniet
Stollingsgesteente

Slide 23 - Sleepvraag

Graniet is een voorbeeld van ......
A
een sedimentgesteente
B
een stollingsgesteente
C
metamorfgesteente

Slide 24 - Quizvraag

Leisteen (samengeperste klei) en zandsteen (samengeperst zand) zijn voorbeelden van een
A
sedimentgesteente
B
stollingsgesteente
C
metamorf gesteente

Slide 25 - Quizvraag

De aarde is
A
3,5 miljard jaar oud.
B
4,5 miljard jaar oud.
C
3,7 miljard jaar oud.
D
4,2 miljard jaar oud.

Slide 26 - Quizvraag

Welk van onderstaande gesteenten is geen metamorf gesteente?
A
leisteen
B
schalie
C
marmer
D
gneis

Slide 27 - Quizvraag

Wat voor gesteente is dit?
A
Graniet
B
Basalt
C
Zandsteen
D
Schalie

Slide 28 - Quizvraag

Wat voor gesteente is dit?
A
Schalie
B
Zandsteen
C
Graniet
D
Kalksteen

Slide 29 - Quizvraag

Welk gesteente?
A
Basalt
B
Graniet
C
Kalksteen
D
Zandsteen

Slide 30 - Quizvraag

Welk gesteente is dit?
A
sedimentgesteente
B
stollingsgesteente

Slide 31 - Quizvraag

Welk van onderstaande gesteenten is geen metamorf gesteente?
A
leisteen
B
schalie
C
marmer
D
gneis

Slide 32 - Quizvraag

Dit gesteente is het zachtste
A
sedimentgesteente
B
metamorfgesteente
C
stollingsgesteente

Slide 33 - Quizvraag

Marmer is een metamorf gesteente. Uit welk gesteente is marmer ontstaan?



A
Graniet
B
Kalksteen
C
Schalie
D
Zandsteen

Slide 34 - Quizvraag

Stollings-
gesteenten
Sediment-
gesteenten
Metamorfe gesteenten

Slide 35 - Sleepvraag