Herhaling vragen (nog niet gesteld) hfst 4 en 5 en 6)

Wat is de reactievergelijking waarin methaanbromide ontstaat uit
broom en methaan
A
H - Br + CH4 --> CH3-Br + H2
B
Br – Br + CH4 --> CH3- Br + H - Br
C
Br – Br + CH3-Br --> H - H + CH3 - Br
D
CH4 + H-Br --> CH3 - Br + H – Br
1 / 53
volgende
Slide 1: Quizvraag

In deze les zitten 53 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Wat is de reactievergelijking waarin methaanbromide ontstaat uit
broom en methaan
A
H - Br + CH4 --> CH3-Br + H2
B
Br – Br + CH4 --> CH3- Br + H - Br
C
Br – Br + CH3-Br --> H - H + CH3 - Br
D
CH4 + H-Br --> CH3 - Br + H – Br

Slide 1 - Quizvraag

geef de systematische naam van
Cl2O3
A
dichlorotrioxide
B
chloortrioxide
C
dikoolstoftrioxide
D
dichloortrioxide

Slide 2 - Quizvraag

Wat is de systematische naam van
S2O2
A
Dizwaveldioxide
B
Dizwaveldizuurstof
C
Zwaveldioxide
D
Zwavelzuurstof

Slide 3 - Quizvraag

Wat is de systematische naam van
NF3

Slide 4 - Open vraag

Wat is de systematische naam van:

PCl5

Slide 5 - Open vraag

3 Hoe kun je zuurstof aantonen?

A
Door kalkwater dat helder wordt.
B
Door kalkwater dat troebel wordt.
C
Door een gloeiende houtspaander die feller gaat gloeien.
D
Door wit kopersulfaat dat blauw kleurt.

Slide 6 - Quizvraag

Welke van deze stoffen geleidt stroom?
A
Fe(l)
B
NaNO3(s)
C
NaCl(l)
D
CO2(g)

Slide 7 - Quizvraag

Wat is fotolyse?
A
een ontledingsreactie d.m.v. warmte
B
een ontledingsreactie d.m.v. licht
C
een ontledingsreactie d.m.v. energie

Slide 8 - Quizvraag

Niet ontleedbaar
Ontleedbaar

Slide 9 - Sleepvraag



Wat voor soort reactie is dit?
2C6H14+13O2>12CO+14H2O
A
Onvolledige verbranding
B
Ontleding
C
Vorming

Slide 10 - Quizvraag

Maak de reactievergelijking kloppend
...Mg(s)+...HCl(aq)...MgCl2(aq)+...H2(g)
A
2 4 2 2
B
2 1 1 2
C
1 2 1 2
D
1 2 1 1

Slide 11 - Quizvraag

6 Uit hoeveel atomen bestaat H2O?

A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 12 - Quizvraag

Vr7. Bij de verbranding van 12 g koolstof ontstaat CO2. Daar is 32 g zuurstof voor nodig.
Wat is de massa van het ontstane CO2?

A
12 gram
B
20 gram
C
32 gram
D
44 gram

Slide 13 - Quizvraag

8. De ontleding van ammoniak verloopt volgens onderstaande reactie. De massaverhouding is gegeven.
Bereken hoeveel waterstof ontstaat bij de ontleding van 70 g ammoniak.
2 NH3 → N2 + 3 H2
17 : 14 : 3
A
0,74 g
B
12,4 g
C
70,4 g
D
397,4 g

Slide 14 - Quizvraag

13 Leg uit hoe je water kunt aantonen. Noteer ook welke waarneming je bij deze proef doet

Slide 15 - Open vraag

Extra vragen metalen

Slide 16 - Tekstslide

Wat is geen metaal
A
Fe
B
Al
C
N
D
Pt

Slide 17 - Quizvraag

Geef 3 eigenschappen van metalen

Slide 18 - Open vraag

Welke bewering over de stof calcium is juist?
A
Calcium is een edel metaal
B
Calcium is een legering
C
Calcium is een zeer onedel metaal
D
Calcium is een ontleedbare stof

Slide 19 - Quizvraag

Waarom gebruiken we legeringen?
A
zodat het metaalrooster makkelijk bewerkbaar is
B
Zodat het metaal gaat glanzen
C
zodat het minder zwaar weegt
D
Zodat het metaalrooster sterker wordt

Slide 20 - Quizvraag

Beschermen tegen corrosie kan door het metaal te
A
Verijzeren
B
Verzinken
C
Vertinnen
D
Vernissen

Slide 21 - Quizvraag

Het symbool voor aluminium is
A
Al
B
Am
C
AL
D
A

Slide 22 - Quizvraag

Roest heeft de formule
Leg uit of roest een oxide is.
Fe2O3
A
Nee, want het is niet verbrand
B
Nee, want er zitten 2 Fe in
C
Ja, want er zitten 3 O in
D
Ja, want er zit 1 ander soort atoom in.

Slide 23 - Quizvraag

Wat is de juiste notatie van aluminiumoxide?
A
AlO
B
AlO2
C
Al2O3
D
Al3O2

Slide 24 - Quizvraag

Roesten is een voorbeeld van...
A
verbranding
B
een vormingsreactie
C
ontleding
D
oxideren

Slide 25 - Quizvraag

Geef tenminste twee voorbeelden waarvoor Aluminium gebruikt wordt.

Slide 26 - Open vraag

Wat is GEEN eigenschap van aluminium?
A
Sterk
B
Hoge dichtheid
C
Reflecteert warmte goed
D
Oxideert niet

Slide 27 - Quizvraag

Aluminium (Al)
A
Geleidt elektrische stroom
B
Geleidt geen elektrische stroom

Slide 28 - Quizvraag

Welke stof bevat veel ijzeroxide?
A
cokes
B
ijzererts
C
ruwijzer
D
staal

Slide 29 - Quizvraag

Wat zijn de twee meest voorkomende hoofdbestanddelen van staal?

Slide 30 - Open vraag

Welke van de onderstaande stoffen is een erts?
A
Aluminiumoxide
B
Bauxiet
C
Cokes
D
Slak

Slide 31 - Quizvraag

Zoek op in de binas: Legeringen

Welk metaal komt, behalve koper, ook voor in messing?
A
kwik
B
tin
C
zilver
D
zink

Slide 32 - Quizvraag

Messing is een legering dat bestaat uit koper en ...
Geef het tweede metaal.
A
Tin
B
Zink
C
Aluminium
D
Lood

Slide 33 - Quizvraag

Welke stof zorgt in roestvaststaal ervoor dat het niet roest?
A
ijzer
B
Chroom
C
Nikkel

Slide 34 - Quizvraag

Op welke manier wordt een metalen frisdrankblikje beschermd tegen corrosie

A
galvaniseren
B
laagje plastic
C
oxideren
D
verzinken

Slide 35 - Quizvraag

Noteer de molecuulformules van de onderstaande stoffen.
1. distikstoftetraoxide en 2 difosfortrioxide

Slide 36 - Open vraag

15 Geef de reactievergelijking voor de volledige verbranding van ethaan (C2H6).

Slide 37 - Open vraag

Recycling
Aluminium winnen kost veel energie. Aluminium recyclen kost veel minder energie. Zuiver aluminium is makkelijk om de smelten tot iets nieuws. 
Deze chips zak is niet te recyclen, waarom niet?

Slide 38 - Tekstslide

recyclen oude telefoons

Slide 39 - Tekstslide

Waar kan je oude apparaten niet inleveren voor recyclen?
A
bouwmarkt
B
cadeauwinkel
C
supermarkt
D
milieu straat

Slide 40 - Quizvraag

Welke dingen kun je allemaal recyclen?

Slide 41 - Open vraag

Wat verstaan we onder schroot?

Slide 42 - Open vraag

Roesten van een spijker is een ...
timer
0:15
A
Fase-overgang
B
Scheiding van een mengsel
C
Vorming van een mengsel
D
Chemische reactie

Slide 43 - Quizvraag

Door de reactie tussen aluminium en zuurstof ontstaat aluminiumoxide
A
B
C
D

Slide 44 - Quizvraag

Welke van de volgende beweringen over aluminium zijn juist?
1. Aluminium is een licht metaal.
2. Aluminium wordt gewonnen uit bauxiet.
3. Bereiding van aluminium gaat via een elektrolyseproces
4. Aluminium is een edelmetaal
A
Alle vier de beweringen zijn juist
B
Alleen 1, 2 en 3 zijn juiste beweringen
C
Alleen 1 en 2 zijn juiste beweringen
D
Alleen 2 en 3 zijn juiste beweringen

Slide 45 - Quizvraag

Duurzaam gebruik van metalen

Slide 46 - Tekstslide

Kobalt
Kobalt wordt uit de mijnen in Congo gehaald. Er is steeds meer vraag naar kobalt omdat het in accu's zit. Uiteindelijk raken die mijnen uitgeput, het raakt op. Die ertsen zijn daarom niet hernieuwbaar. 
Het gewonnen kobalt kan je wel hergebruiken, dit noem je een gesloten kring.

Slide 47 - Tekstslide

Recycling
Het opnieuw gebruiken van materialen in een andere vorm noem je recycling. Dit is belangrijk omdat de hoeveelheid materialen eindig is. 

Behalve eindig, is het ook belangrijk om materialen opnieuw te gebruiken zodat het niet uit derde wereld landen hoeft gehaald te worden. 

Slide 48 - Tekstslide

Schroot
Oud metaal kan je wegbrengen en dit wordt gerecycled. Het wordt in stukjes gehakt, dit noem je schroot. Ijzerschroot kan je mixen met ijzererts, zo kan je het weer als grondstof ijzer gebruiken.

Slide 49 - Tekstslide

Wat is beter voor het milieu?
A
ijzerertsen in mijnen winnen
B
ijzer recyclen

Slide 50 - Quizvraag

Telefoons recyclen
Een telefoon bevat kobalt, lithium, goud en koper in kleine hoeveelheden. Deze kunnen via een oven worden gescheiden van het plastic en weer worden hergebruikt.

Slide 51 - Tekstslide

Minder verbruik
We willen naar die gesloten kring toe werken. Je kan dat op 2 manieren bereiken; materiaal recyclen en/of anders omgaan met materiaal. 
Wat kan je veranderen aan je boterhammen meenemen?

Slide 52 - Tekstslide

Wat verstaan we onder recyclen?

Slide 53 - Open vraag