De klank ontstaat door het blazen in een mondstuk.
Er zijn verschillende groepen: Houtblazers en Koperblazers.
Dit heeft (direct) niet te maken met het materiaal waarvan het instrument gemaakt is!
Slide 76 - Tekstslide
Blaasinstrumenten
Koperblazers: De klank ontstaat door het blazen in een metalen (koperen) mondstuk.
Trompet, Hoorn, Trombone, Tuba, Bugel
Slide 77 - Tekstslide
Slide 78 - Video
Blaasinstrumenten
Houtblazers: Deze groep maakt gebruik van een riet. Dit is een houten lipje aan het mondstuk van het instrument dat de klank maakt.
Zacht en rond karakter.
Slide 79 - Tekstslide
Blaasinstrumenten
Houtblazers: Deze groep maakt gebruik van een riet. Dit is een houten lipje aan het mondstuk van het instrument dat de klank maakt.
Fluit, Hobo, Klarinet, Fagot, Saxofoon
Slide 80 - Tekstslide
Saxofoon houtblazer?
Slide 81 - Tekstslide
Slide 82 - Video
Percussie/slagwerk
Percussie: Deze groep krijgt de klank door te slaan met stokken op het instrument.
Kleine trom, pauken, xylofoon, marimba, triangel
Slide 83 - Tekstslide
Slide 84 - Video
Overige instrumenten
Niet in te delen bij een van de vorige groepen.
Piano, Klavecimbel, Harp, Luit
Slide 85 - Tekstslide
Slide 86 - Video
Orkest opstelling
Slide 87 - Tekstslide
Opdracht
Zoek op je telefoon/laptop foto's op van orkesten en vergelijk verschillende plaatjes met elkaar. Schrijf de groepen achter de nummers waar je deze het vaakst tegen komt.
Akkoordinstrument speelt op vaak geïmproviseerde manier de akkoorden.
Becijferde bas
Slide 96 - Tekstslide
Basso Continuo
Manier van begeleiden
Basinstrument speelt een uitgeschreven baslijn.
Akkoordinstrument speelt op vaak geïmproviseerde manier de akkoorden.
Becijferde bas
Slide 97 - Tekstslide
Viola da gamba
"Beenviool"
5 tot 7 snaren
Slide 98 - Tekstslide
Slide 99 - Video
Viola da gamba
"Beenviool"
5 tot 7 snaren
Strijkinstrument met frets
Slide 100 - Tekstslide
Theorbe
Basso continuo
Familie van de luit
Korte en lange snaren
Slide 101 - Tekstslide
Slide 102 - Video
Klavecimbel
Toetsinstrument met snaren
Haakjes trekken aan de snaren
Vaak deel van het basso continuo
Slide 103 - Tekstslide
Klavecimbel
Toetsinstrument met snaren
Haakjes trekken aan de snaren
vaak deel van het basso continuo
Slide 104 - Tekstslide
Slide 105 - Video
Traverso
Blaasinstrument
Houtblazer
Toonhoogte door gaten
Slide 106 - Tekstslide
Slide 107 - Video
Cello
Lijkt op de viola da gamba
4 snaren
geen frets
Slide 108 - Tekstslide
Slide 109 - Video
Viool
strijkinstrument met 4 snaren
Spelen door te strijken over de snaren
Slide 110 - Tekstslide
Viool
strijkinstrument met 4 snaren
Spelen door te strijker over de snaren
Viola d'amore
6 of 7 melodiesnaren en een aantal resonantiesnaren
Slide 111 - Tekstslide
Slide 112 - Video
Hobo
Blaasinstrument
houtblazer
"Haut Bois" = hoog hout
Slide 113 - Tekstslide
Slide 114 - Video
Fagot
Houtblazer
Relatief laag bereik: regelmatig terug te vinden in het Continuo
Slide 115 - Tekstslide
Slide 116 - Video
Natuurblaasinstrumenten
Blaasinstrumenten zonder ventielen zoals bijvoorbeeld een trompet heeft.
Hoorn, trompet
Natuurtonen
Slide 117 - Tekstslide
Slide 118 - Video
Slide 119 - Video
Opdracht
Ga op zoek naar de instrumenten die ontstaan zijn vanuit de volgende barokinstrumenten. Benoem per instrument waarin de nieuwere versie verschilt t.o.v. de barokversie.
Traverso
Klavecimbel
Theorbe
Natuurblazers
Slide 120 - Tekstslide
Antwoorden
Traverso: Dwarsfluit
Klavecimbel: (forte) Piano
Theorbe: (bas) Gitaar
Natuurblazers: vb. trompet
Slide 121 - Tekstslide
Muziektheorie
28 jan 2022
Slide 122 - Tekstslide
Trio sonate
Slide 123 - Tekstslide
Slide 124 - Video
Triosonate
Stuk geschreven voor drie onderdelen/stemmen:
Slide 125 - Tekstslide
Slide 126 - Video
Triosonate
Vaak geschreven voor basso continuo en twee violen, hobo's e.d.
In de praktijk verschilde de instrumenten.
Archangelo Corelli
Slide 127 - Tekstslide
Instrumenten
Slide 128 - Tekstslide
Triosonate
Basso continuo: begeleiding
Solisten: (vaak) lange melodieën, veel versieringen, virtuoos
Slide 129 - Tekstslide
Het einde van de triosonate
Einde barok: Basso Continuo praktijk sterft uit
Daarmee dus ook de triosonate vorm
Slide 130 - Tekstslide
Muziek
18 februari 2022
Slide 131 - Tekstslide
Planning
Terugblik vorige les
Trio Sonate
(Barok concerten)
Slide 132 - Tekstslide
Slide 133 - Video
Trio Sonate
Slide 134 - Tekstslide
Trio Sonate
Viool
Traverso
Cello
Klavecimbel
Slide 135 - Tekstslide
Trio Sonate
Basso Continuo: basinstrument + akkoordinstrument
Cello + Klavecimbel
Slide 136 - Tekstslide
Trio Sonate
'trio' verwijst naar de drie stemmen/partijen van het triosonate, 2 solisten en 1 basso continuo.
Slide 137 - Tekstslide
Trio Sonate
Nee, want het werd meestal uitgevoerd door de instrumenten die toegankelijk/ beschikbaar waren op de plek van de uitvoering.
Slide 138 - Tekstslide
Trio Sonate
Majeur / Mineur
Korte/ Lange melodieën
Wel/ Geen versiering
Slide 139 - Tekstslide
Trio Sonate
Majeur / Mineur
Korte/ Lange melodieën
Wel/ Geen versiering
Slide 140 - Tekstslide
Trio Sonate
Imitatie tussen solisten: Ja
Imitatie tussen solisten en basso continuo: Ja
Slide 141 - Tekstslide
Barok: Concerten
Slide 142 - Tekstslide
Concerten
Typerend aan barok concerten:
Afwisseling tussen verschillende groepen, soort muzikale strijd
Slide 143 - Tekstslide
Concerten
Afwisseling tussen verschillende groepen, soort muzikale strijd
Meerkorige concert: verschillende instrumentgroepen met verschillende klanken die elkaar afwisselen of samenvallen. het Basso Continuo houdt de boel samen.
Slide 144 - Tekstslide
Slide 145 - Video
Concerten
Concerto Grosso: afwisseling tussen een kleine groep solisten en het gehele orkest. De solisten zijn erg virtuoos.
Kleine groep: concertino
Grote groep (het hele orkest): Tutti
Slide 146 - Tekstslide
Slide 147 - Video
Concerten
Soloconcert: een solist staat tegenover het hele orkest. Opnieuw is de solist erg virtuoos.