WISK X HOOFDSTUK 2 Meetkunde 1 - Les 2.2 Vlakke figuren 2

WISK - X
1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
NT2Secundair onderwijs

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

WISK - X

Slide 1 - Tekstslide

Hoofdstuk 1
HOOFDSTUK 2 
Meetkunde 1
LES 2.2
Vlakke figuren 2

Slide 2 - Tekstslide

Uitleg tekens in je boek
  • Nieuwe woorden.  
  • Oefening met de klas.
  •  Nazeggen.
  •  Leren. 
  • Invuloefening/trek een lijn
  • Kleuren. 
  • Oefening met een vraag. 
  • Oefening met zoeken. 
  • Oefening waarbij met een liniaal getekend wordt.
  •  Oefening waarbij de rekenmachine gebruikt wordt. 
  • Spel. 

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Lees de woorden lijst van 2.1 door.
Ken je alle woorden nog?

  • de rechthoek
  • het vierkant
  • de driehoek
  • de cirkel
  • recht
  • gebogen  
  • evenwijdig
  • parallel
  • loodrecht
  • de zijde - de zijden
  • het hoekpunt
  • vlak - plat

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Samen met de klas
  • Wat staat er tegenover school?
  • Wat staat / wie zit er tegenover jou?
  • Ga eens tegenover elkaar staan.

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Bespreek met de klas
  • Hoeveel zijden heeft een vlieger?
  • Hoeveel zijden heeft een ellips?
  • Wat is het verschil tussen een ruit en vlieger?
  • Wat is het verschil tussen een rechthoek en een parallellogram?
  • Welke figuur bestaat uit 1 gebogen lijn?
  • Ken je nog een figuur dat bestaat uit 1 gebogen lijn? 
  • Zijn de overstaande zijden van een parallellogram evenwijdig of loodrecht?
  • Heeft een parallellogram rechte hoeken?
  • Heeft een trapezium zijden evenwijdig zijn?
  • Wat is het verschil tussen een trapezium en een parallellogram?

Slide 9 - Tekstslide

Nieuwe woorden.
Schrijf de woorden in jouw taal.
tegenover/overstaande zijden/ellips/ruit/

Slide 10 - Open vraag

Nieuwe woorden.
Schrijf de woorden in jouw taal.
parallellogram/trapezium/vlieger

Slide 11 - Open vraag

Nazeggen
  • tegenover
  • overstaande zijden
  • ellips/ruit
  • parallellogram
  • trapezium
  • vlieger

Slide 12 - Tekstslide

Het woord hieronder is fout geschreven.
Schrijf het woord goed op.

tegenoven elkaar staan

Slide 13 - Open vraag

Het woord hieronder is fout geschreven.
Schrijf het woord goed op.

reut

Slide 14 - Open vraag

Het woord hieronder is fout geschreven.
Schrijf het woord goed op.

paralellogram

Slide 15 - Open vraag

Het woord hieronder is fout geschreven.
Schrijf het woord goed op.

vliger

Slide 16 - Open vraag

Het woord hieronder is fout geschreven.
Schrijf het woord goed op.
trapzuim

Slide 17 - Open vraag

Het woord hieronder is fout geschreven.
Schrijf het woord goed op.

prallellogram

Slide 18 - Open vraag

Het woord hieronder is fout geschreven.
Schrijf het woord goed op.
elips

Slide 19 - Open vraag

Het woord hieronder is fout geschreven.
Schrijf het woord goed op.
tegenoverelkaar staan

Slide 20 - Open vraag

Het woord hieronder is fout geschreven.
Schrijf het woord goed op.
flieger

Slide 21 - Open vraag

Het woord hieronder is fout geschreven.
Schrijf het woord goed op.
trapeziun

Slide 22 - Open vraag

Slide 23 - Tekstslide

Nieuwe woorden.
Schrijf de woorden in jouw taal.
rechte hoek/scherpe hoek/stompe hoek

Slide 24 - Open vraag

Nieuwe woorden.
Schrijf de woorden in jouw taal.
gestrekte hoek/volle hoek

Slide 25 - Open vraag

Nazeggen
  • rechte hoek
  • scherpe hoek
  • stompe hoek 
  • gestrekte hoek
  • volle hoek

Slide 26 - Tekstslide

Wat voor een hoek is het?

Slide 27 - Open vraag

Wat voor een hoek is het?

Slide 28 - Open vraag

Wat voor een hoek is het?

Slide 29 - Open vraag

Wat voor een hoek is het?

Slide 30 - Open vraag

Wat voor een hoek is het?

Slide 31 - Open vraag

Wat voor een hoek is het?

Slide 32 - Open vraag

Wat voor een hoek is het?

Slide 33 - Open vraag

Extr

Slide 34 - Tekstslide

Taak Les 2.2 Vlakke figuren 2
  • Maak de taken van Blz. 56 tot en met blz. 58
  • Doe dit in stilte (stoplicht)

  • Heb je de taken niet af dan is het huiswerk
  • Als je de taken af hebt laat je dit aftekenen/zien.

Slide 35 - Tekstslide

Uitleg tekens in je boek
  • Nieuwe woorden.  
  • Oefening met de klas.
  •  Nazeggen.
  •  Leren. 
  • Invuloefening/trek een lijn
  • Kleuren. 
  • Oefening met een vraag. 
  • Oefening met zoeken. 
  • Oefening waarbij met een liniaal getekend wordt.
  •  Oefening waarbij de rekenmachine gebruikt wordt. 
  • Spel. 

Slide 36 - Tekstslide