GS2_'Van stoommachine tot dieselmotor'

GS2 'Van stoom-machine tot dieselmotor'
timer
5:00
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijwetenschappenMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 2

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

GS2 'Van stoom-machine tot dieselmotor'
timer
5:00

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Welk begrip hoort bij deze betekenis:
Periode van grote en snelle verandering in West-Europa door de komst van industrie; deze periode duurde van 1760 tot 1850.
A
Industrialisatie
B
Kapitalisme
C
Industriële revolutie
D
Monarchie

Slide 3 - Quizvraag

Wat is industrialisatie?
A
Een periode van grote en snelle verandering door de komst van industrie.
B
Het ontstaan van industrie (fabrieken) in een gebied waar eerst vooral landbouw was.
C
Een speciale dans.
D
Mensen die in fabrieken werken.

Slide 4 - Quizvraag

Wat is een van de belangrijkste uitvindingen van de revolutie?
A
stoommachine
B
ploeg
C
straatverlichting
D
dienstensector

Slide 5 - Quizvraag

De industriële samenleving 
van Nederland


De eerste fabrieken

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

PC 6
Leerdoelen:
Verschillende uitvindingen uit de 19e eeuw. Van Engelse mijnen, Spinning Jenny, stoomboot, telefoon, radio, film naar Röntgen, Curie en de Eiffeltoren
Aan het eind van deze presentatie kun je herkennen en uitleggen op welke manier de industrialisatie in Nederland begon.

Slide 8 - Tekstslide

Wat weet jij eigenlijk nog van
de Industriële Revolutie?

Slide 9 - Woordweb

van kleinschalige handmatige productie in de huisnijverheid...
... naar grootschalige machinale productie in fabrieken

Slide 10 - Tekstslide

Industriële Revolutie
  • De overgang van kleinschalige handmatige productie naar grootschalige machinale productie

  • Tussen 1750-1900 begonnen in Engeland (als gevolg van de bevolkingsgroei)

  • Belangrijke uitvindingen: Spinning Jenny, de schietspoel en de stoommachine

Slide 11 - Tekstslide


Engeland
rond 1700



  • Machtig land met een enorm groot rijk dat zich over de hele wereld uitstrekte.
  • De bevolking van Engeland groeit, hierdoor is er meer kleding nodig.
  • Veel kleding wordt gemaakt van katoen, dat door slaven op plantages wordt geplukt, en wol.

Het Britse Rijk omstreeks 1700

Slide 12 - Tekstslide


Schietspoel
1733



  • Om sneller kleding te maken, moet je sneller kunnen weven.
  • De Engelsman John Kay vond de schietspoel uit. Hiermee kun je veel sneller weven dan met de hand.
  • De schietspoel was nog geen échte machine: het bedienen ging met de hand.



Slide 13 - Tekstslide


Spinning Jenny
1764



  • Als je sneller kunt weven, heb je ook meer draad nodig.
  • Met de Spinning Jenny van James Hargreaves kon je 8 en later 16 draden tegelijk spinnen




Slide 14 - Tekstslide


Cotton Gin
1793



  • Omdat het spinnen en weven veel sneller ging was er ook meer katoen nodig.
  • Om de zaden sneller uit katoenpluizen te halen vond de Amerikaan Eli Whitney de Cotton Gin uit ("Katoen motor"). 
  • Slavernij neemt toe: er zijn veel meer slaven nodig om de katoen te plukken...




Slide 15 - Tekstslide

Stoommachine rond 1764





  • De stoommachine bestaat al sinds de oude Egyptenaren (Heron van Alexandrië)
  • De eerste werkende stoommachine van de Industriële Revolutie was die van Thomas Newcomen rond 1705
  • Pas door de verbeteringen van James Watt kon de stoomachine pas echt worden ingezet




De Engelsman James Watt voerde een aantal belangrijke veranderingen door in Newcomen's stoommachine waardoor het gebruik en de inzet makkelijker werden.

Slide 16 - Tekstslide

Stoommachine rond 1764







  • Pas door de verbeteringen van James Watt kon de stoomachine pas echt worden ingezet




Slide 17 - Tekstslide


Veranderingen door 
de stoommachine 




  • Leegpompen van mijnen, waardoor je dieper de grond in kunt (grondstoffen)
  • Oude energiebronnen (wind-, spier- en waterkracht) worden langzaam vervangen
  • Stoommachine is overal te plaatsen, niet alleen aan het water







Doordat de vraag naar delfstoffen (ijzer en steenkool voor de machines) sterk toenam, moest er steeds dieper worden gegraven. Met stoommachines werd het grondwater weggepompt.

Slide 18 - Tekstslide

Eerste Stoomauto 1769

Slide 19 - Tekstslide

Het tijdperk van de stoomvaart begint.
In 1840 vaart de Britannia in elf dagen naar Amerika. Er zijn 63 passagiers aan boord. Haar bestemming is Boston. De impact van de komst van het stoomschip is zo groot dat de inwoners van Boston wild worden wanneer de Britannia aanmeert. Haar reis wordt door hen beschouwd als een vande belangrijkste overtochten. De inwoners van Boston voelen zich niet meer afgesloten van de Oude Wereld.

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Track Marshall tractor 1863

Slide 22 - Tekstslide

Hoogovens
  • Door steenkool op een speciale manier te verhitten ontstaat cokes.
  • Met cokes krijg je een betere verbranding. Hierdoor kun je ook ijzererts beter verhitten.
  • Om ijzer nog sterker te maken, werd er gebruik gemaakt van hoogovens: ovens die zo warm worden dat het ijzer zuiver wordt.

Slide 23 - Tekstslide

Trots!
Tijdbeeld






Overal willen mensen laten zien wat ze met ijzer kunnen maken (ijzeren eeuw)

Centraal station Amsterdam/ Eiffeltoren etc
Omdat zuiver ijzer zich beter laat bewerken, nemen ook de toepassingen ervan toe: zo zie je steeds meer bouwwerken van ijzer. Zoals bijvoorbeeld bruggen, maar ook de Eiffeltoren

Slide 24 - Tekstslide

De Eiffeltoren
Op de Eiffeltoren staan 72 namen van beroemde wetenschappers uit Frankrijk. Zoals André Ampère, Becquerel en Foucault

In de IJzeren eeuw werden heel veel uitvindingen gedaan.
Zoals: telefoon - röntgenstralen - elektriciteit - elektrisch licht - foto en film - radioactiviteit - de dieselmotor - de spijkerbroek - de verdoving

Slide 25 - Tekstslide

Hoe gaat de Industriële Revolutie in Nederland?

Slide 26 - Tekstslide

Nederland industrialiseert laat (1)
  • Pas vanaf 1870

  • Handel blijft voor veel investeerders belangrijk: weinig vertrouwen in de industrie

  • Geen geschikte grondstoffen voor industrie

  • Op de afbeelding: papier maken rond 1800 en rond 1870

Slide 27 - Tekstslide

Nederland industrialiseert laat (2)
  • Slechte infrastructuur

  • Grondstoffen kopen in het buitenland was duur

  • Protectionisme: landen beschermen hun eigen producten door producten uit andere landen (heel) duur te maken

Slide 28 - Tekstslide

Nederland industrialiseert...toch
  • Vanaf 1870 steeds meer fabrieken
  • Liberalen aan de macht: meer economische vrijheid

  • Willem 1 wil van Nederland een modern land maken met goede infrastructuur en industrie

  • Voldoende arbeidskrachten 

Slide 29 - Tekstslide

Industriële revolutie
  • Eerst producten met de hand gemaakt
  • Daarna met machines 

Gevolg:
In minder tijd meer maken met minder mensen. Producten werden dus goedkoper!

Slide 30 - Tekstslide

Begrippen uit deze les






  • schietspoel
  • Spinning Jenny
  • Cotton Gin
  • stoommachine
  • cokes
  • hoogovens
  • huisnijverheid

Slide 31 - Tekstslide

Personen uit deze les

  • John Kay
  • James Hargreaves
  • Eli Whitney
  • Thomas Newcomen
  • James Watt

Slide 32 - Tekstslide

Jaartallen uit deze les

  • 1705: stoommachine van Newcomen
  • 1733: uitvinding van de schietspoel
  • 1764: uitvinding van de Spinning Jenny
  • 1764: James Watt verbetert de stoommachine

  • 1793: uitvinding van de Cotton Gin

Slide 33 - Tekstslide