LEGALITEITSBEGINSEL EN SCHEIDING DER MACHTEN 5HAVO

INLEIDING RECHTSSTAAT
LEGALITEITSBEGINSEL H2
MACHTENSCHEIDING H2
GRONDRECHTEN H2
RECHTERLIJKE CONTROLE H3, 4 en 5
DEMOCRATIEBEGINSEL => DEMOCRATISCHE RECHTSSTAAT
(thema parlementaire democratie: periode 3)

1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

INLEIDING RECHTSSTAAT
LEGALITEITSBEGINSEL H2
MACHTENSCHEIDING H2
GRONDRECHTEN H2
RECHTERLIJKE CONTROLE H3, 4 en 5
DEMOCRATIEBEGINSEL => DEMOCRATISCHE RECHTSSTAAT
(thema parlementaire democratie: periode 3)

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

LESDOELEN
1) Je kunt mbv bron uitleggen wat het legaliteitsbeginsel inhoudt
2) Je kunt het doel van het legaliteitsbeginsel omschrijven
3) Je kunt de 3 machten beschrijven en hoe ze elkaar controleren

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het legaliteitsbeginsel kun je niet herkennen aan p.35
A
Strafbaarheid
B
Ne-bis-in-idem-regel
C
Strafmaat
D
Onafhankelijke rechters

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

LEGALITEITSBEGINSEL H2

OVERHEIDSHANDELEN BERUST OP WETGEVING

"de overheid mag alleen beperkingen opleggen aan de vrijheid van burgers als die beperkingen in wetten zijn vastgelegd"

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

lees tekst 8 actueel
overleg antwoorden in DUO's

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Antwoord vraag 8A
Het legaliteitsbeginsel houdt onder meer in dat al het overheidshandelen berust op wetgeving. 
Dat betekent ook dat iets alleen strafbaar bevonden kan worden als daar een wettelijke basis voor te vinden is. 
In de ‘oude’ zedenwet kon iemand pas veroordeeld worden voor seksueel overschrijdend gedrag als er bewijs was van gebruik van geweld of dwang. Bij de nieuwe zedenwet is dat niet meer noodzakelijk en zijn er dus meer mogelijkheden tot aanklacht en veroordeling.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

ANTWOORD 8B
waarden/normen => rechtsnormen

Slide 7 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Antwoord vraag 8B
Het kader waarmee we naar seksueel grensoverschrijdend gedrag kijken is de laatste jaren sterk veranderd, zoals strafrechter Janssen ook zegt in de bron. 
Er wordt opener gesproken over seksueel misbruik (waarde openheid). De aandacht verschuift naar de rol van de dader (norm). En er is meer aandacht voor de manier waarop mensen met seks omgaan (wederzijdse instemming, respect). Vanuit de samenleving komt steeds dringender de vraag om de regels (rechtsnormen) aan te passen.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

ANTWOORD VRAAG C
wat heeft de nieuwe wet te maken met rechtszekerheid / rechtvaardigheid?

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Antwoord vraag 8C
De zedenwet heeft te maken met rechtvaardigheid (p. 29), omdat de nieuwe wet beter past bij het (on)rechtvaardigheidsgevoel dat bij veel mensen in de samenleving heerst, namelijk dat voor grensoverschrijdend gedrag niet alleen sprake hoeft te zijn van dwang, geweld of bedreiging.

De wet heeft te maken met rechtszekerheid  omdat duidelijker wordt wat wel en niet mag of kan binnen de wet waarmee er minder onduidelijkheid is over of iets grensoverschrijdend is of niet. Én dat er geen ongelijkheid is tussen de steden.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn de grondbeginselen van een rechtsstaat?
Wat hoort NIET thuis bij een rechtsstaat?
Scheiding van de machten
Grondrechten zijn in de grondwet vastgelegd
Legaliteitsbeginsel
Om de overheid onbeperkte macht te geven over de burgers
Dat je als burger het recht hebt om eigen rechter te spelen. 
De wederzijdse rechten en plichten van overheid en burger zijn vastgelegd in de wet
De overheid op elk moment een opgelegde straf kan verhogen  

Slide 11 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

INLEIDING RECHTSSTAAT
LEGALITEITSBEGINSEL H2
MACHTENSCHEIDING H2
GRONDRECHTEN H2
RECHTERLIJKE CONTROLE H3, 4 en 5
DEMOCRATIEBEGINSEL => DEMOCRATISCHE RECHTSSTAAT
(thema parlementaire democratie: periode 3)

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

FILMPJE
WAT IS HET DOEL VAN MACHTENSCHEIDING
WELKE 3 MACHTEN WORDEN ONDERSCHEIDEN?
WAT ZIJN DE KENMERKEN VAN CHECKS AND BALANCES?

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Video

Deze slide heeft geen instructies

wat is het doel van 'machtenscheiding?
A
dat de Eerste Kamer niet overheerst binnen ons parlementaire stelsel
B
dat de Tweede Kamer niet overheerst in ons parlementaire stelsel
C
dat de koning wordt gecontroleerd
D
om machtsmisbruik van de overheid te voorkomen

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke 3 machten worden onderscheiden als het gaat om de Trias Politica?
A
Wetgevende-, Beslissende -en Raadgevende macht
B
Rechterlijke-, Internationale- en Wetgevende macht
C
Wetgevende-, Uitvoerende- en Rechterlijke macht
D
geen van deze 3

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

machtenscheiding

wetgevende macht - het parlement
rechterlijke macht - de rechters
uitvoerende macht - de regering


TRIAS POLITICA

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

trias politica
Wetgevende macht

Uitvoerende macht

Rechterlijke macht

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn de kenmerken van Checks and Balances?

Slide 20 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarom "checks and balances"?
* alleen scheiding der machten is niet genoeg
* binnen 1 van de 3 machten kan nog machtsmisbruik ontstaan

=>

Door onderlinge controle (checks) en samenwerking (balances) vullen ze elkaar aan

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

OPDRACHT: wie controleert wie?
* Je krijgt meerdere malen een deel van het controle mechanisme te zien
* Zoek in je boek op wat je kunt vinden over dit controle mechanisme
* Vergelijk dit met je buurman / buurvrouw
* Maak een tekening waar je dit invult obv slide checks and balances

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

gebruik deze als basis voor je tekening

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe controleert parlement de regering?
Hoe werken ze samen?  zie pagina 92

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe controleert parlement de regering?
Hoe werken ze samen? p. 92
CONTROLEREN
* Recht van motie
* Vragenrecht
* Recht van interpellatie; uitnodiging debat minister
* Recht van enquête
* 1e Kamer: toetsen aan regels en grondwet

SAMENWERKEN: 
* wetsvoorstellen maken (budgetrecht, recht van initiatief, recht van amendement)

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe controleert de rechterlijke macht de uitvoerende macht?
* Bij conflicten tussen burger en overheid oordeelt de rechter over rechtmatigheid van overheids-optreden => rechtsbescherming

p. 27 en p. 36

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe is de controle binnen de rechterlijke macht georganiseerd?  pagina 44 en 52

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe is de controle binnen de rechterlijke macht georganiseerd? pagina 44 en 52


* Hoger beroep (gerechtshof)

* in Cassatie (Hoge Raad)

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Trias politica
Scheiding der machten
Checks and balances
Interne controle

Slide 29 - Tekstslide

Het feit dat burgers parlementen kunnen kiezen is ook een soort controle. Immers als ze niet functioneren kun je iemand anders stemmen
ÉN
* Rechterlijke macht controleert wetgevende macht: toetsen van wetten aan internationale verdragen en grondrechten die daarin zijn opgenomen
* Rechterlijke macht mag regelgeving van provincie en overheid toetsen aan de grondwet
* Parlement toetsen zelf wetgeving aan de grondwet (Eerste Kamer)
* Wetgevende macht kan ook rechterlijke macht controleren door wetten te wijzigen
DOOR ELKAAR TE CONTROLEREN HOUDEN ZE ELKAAR IN BALANS

Slide 30 - Tekstslide

Er gaan stemmen op (Pieter Omtzigt) om zoals in o.a. Duitsland een apart Constitutioneel Hof alle wetten te laten toetsen aan de grondwet
Wat is het hoofddoel van de scheiding der machten?
A
Voorkomen dat concentratie van de macht bij de staat komt te liggen
B
Voorkomen dat alle macht in 1 hand komt te liggen
C
Het voorkomen van machtsmisbruik
D
A, B en C

Slide 31 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

LESDOELEN
1) Je kunt mbv bron uitleggen wat het legaliteitsbeginsel inhoudt
2) Je kunt het doel van het legaliteitsbeginsel omschrijven

3) Je kunt de 3 machten beschrijven en hoe ze elkaar controleren
4) Je kunt het doel van machtenscheiding beschrijven

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wie controleert het parlement?
A
De rechterlijke macht
B
Het volk
C
De uitvoerende macht
D
De wetgevende macht

Slide 33 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies