Oefenen voor het proefwerk de Gouden Eeuw

Oefenen voor het proefwerk de Gouden Eeuw
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 2,3

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

Onderdelen in deze les

Oefenen voor het proefwerk de Gouden Eeuw

Slide 1 - Tekstslide

De VOC en de WIC zijn beide handelscompagnieën. Welk product vervoert de VOC niet?
A
Nootmuskaat
B
Peper
C
Koffie
D
Slaven

Slide 2 - Quizvraag

Waarom is de WIC minder succesvol? Noem twee oorzaken.

Slide 3 - Open vraag

Wie is de Schilder van dit schilderij?

Slide 4 - Open vraag

Dit schilderij heet 'De Staalmeesters' en is gemaakt door Rembrandt van Rijn in 1662. Erop te zien zijn de leden van het lakengilde. Welke uitspraak naar aanleiding van dit schilderij is onjuist?
A
De opdrachtgevers voor dit schilderij waren waarschijnlijk rijke kooplieden
B
Het schilderij is een afwijkend voorbeeld van schilderkunst uit de Gouden Eeuw.
C
Het doel van dit schilderij van de opdrachtgevers was pronken met macht en rijkdom.
D
Dit soort schilderijen kwamen in de Middeleeuwen minder vaak voor, omdat toen de kerk de belangrijkste opdrachtgever was.

Slide 5 - Quizvraag

In de vorige dia staan personen die leefden in de Gouden Eeuw (A-D). Orden ze van arm naar rijk. Begin dus bij de meest arme persoon. Schrijf alleen de letters op.

Slide 6 - Open vraag

Leg uit waarom dit schilderij een goed beeld geeft van het leven in de Gouden Eeuw?

Slide 7 - Open vraag

Welke bestuurder was het belangrijkste voor het bestuur van de Republiek
A
Koning
B
Regenten
C
Stadhouder
D
Staten-Generaal

Slide 8 - Quizvraag

Wat was bijzonder aan het bestuur van de Republiek?
A
De raadspensionaris bestuurde de republiek
B
De republiek had geen bestuur
C
Werd bestuurd door de Staten-Generaal, de raadspensionaris en de stadhouder
D
De republiek werd bestuurd door de stadhouder

Slide 9 - Quizvraag

Wat is een belangrijke verschil tussen Frankrijk en de Republiek als je kijkt naar het bestuur van de Republiek?
A
De gewone bevolking had geen inspraak.
B
Het bestuur was in feite in handen van de adel.
C
Het bestuur was in handen één man.
D
Rijke handelaren vormden de machtigste groep in het bestuur.

Slide 10 - Quizvraag

Leg uit dat deze afbeelding goed past bij het rampjaar 1672

Slide 11 - Open vraag

1672 wordt het Rampjaar genoemd. Benoem 3 gebeurtenissen die rampzalig waren voor de Republiek in dit jaar.

Slide 12 - Open vraag

Waarom is Lodewijk XIV een absolute vorst?

Slide 13 - Open vraag

Hoe behield Lodewijk XIV de macht?

Slide 14 - Open vraag

Waarom was Lodewijk XIV ''De zonnekoning"?

Slide 15 - Open vraag