Bs 4 De indeling van het plantenrijk

Ordenen planten
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Ordenen planten

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Sakura 1. betekenis
Sakura betekent letterlijk kersenbloesem.
In Japan staat Sakura voor de magische periode waarin de kersenbomen bloeien. Die is namelijk maar heel kort. Hierdoor is het een magische periode voor veel Japanners, ze trouwen maar al te graag onder de bloeiende bomen.
2. SYMBOLISCHE BETEKENIS
De Sakura-bloemen symboliseren geluk, liefde, lente en vooral een nieuw begin. Omdat de bloesems zo kort bloeien, vertegenwoordigen kersenbloesembomen ook menselijke sterfte. Ze herinneren ons eraan hoe kort en kostbaar het leven is. Deze traditie zit diepgeworteld in de Japanse cultuur.

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Link

2. Symbolische betekenis
De Sakura-bloemen symboliseren geluk, liefde, lente en vooral een nieuw begin. Omdat de bloesems zo kort bloeien, vertegenwoordigen kersenbloesembomen ook menselijke sterfte. Ze herinneren ons eraan hoe kort en kostbaar het leven is. Deze traditie zit diepgeworteld in de Japanse cultuur.

Slide 5 - Tekstslide

huiswerk checken
Opdracht

Slide 6 - Tekstslide

BS 4 Planten

Slide 7 - Tekstslide

Leerdoel 
  • Je kunt planten indelen in sporenplanten en zadenplanten
  • Je kunt zaadplanten indelen in twee klassen: naakt- en bedektzadigen
  • Je kunt kenmerken van de verschillende groepen noemen 

Slide 8 - Tekstslide

De indeling van planten

Slide 9 - Tekstslide

Indeling van planten 
De  unieke celkenmerk van planten is dat ze bladgroen hebben.
 
Planten kun je indelen naar de manier van voortplanten:

  • Zaadplanten -> hebben wel bloemen 
  • Sporenplanten -> hebben geen bloemen 

Slide 10 - Tekstslide

Zaadplanten
Zaadplanten hebben allemaal bloemen (en wortels, stengels en bladeren).
Voortplanting:
De zaden in de bloemen kunnen uitgroeien tot vruchten en dan tot nieuwe plant.

                                        

Slide 11 - Tekstslide

Sporenplanten
  • Sporenplanten hebben geen bloemen, maar wel wortels , stengels en bladeren. 
  • Voorbeelden van sporenplanten zijn mossen , varens en paardenstaarten. 
  • De voortplanting van sporenplanten vindt plaats met sporen. Een spore is een cel waaruit een nieuwe plant kan ontstaan. (in dit plantje vindt alsnog bevruchting plaats)

Slide 12 - Tekstslide

Sporenplanten, voortplanting door sporen.
Mossen: sporendoosjes 
op steeltjes


Varens: sporenhoopjes aan de 
onderkant van de bladeren

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Testjezelf
Zoek op thema 3 ordening 
basisstof 4 Planten
flitskaarten bekijken 
en maken Test jezelf

Slide 15 - Tekstslide

 zoekkaart
Gebruik een zoekkaart om de naam van een organisme te vinden

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

De bouw van een bloem
Hiernaast zie je een schematische tekening van een bloem.

Veel bloemen bestaan uit een
Mannelijke deel en een 
Vrouwelijke deel

Slide 18 - Tekstslide

Helmhokje
Mannelijk onderdeel van bloem.
Produceert stuifmeel.
Kroonblad
Gekleurd of groen onderdeel van bloem.
Gekleurd en groot bij insectenbloem. Trekt insecten aan.
Groen (onopvallend) of afwezig bij windbloem.
Zaadbeginsel
Vrouwelijk onderdeel van de bloem.
Hier liggen de eicellen van de bloem in de zaadbeginsels, om zaden te maken bij bestuiving.
Kelkblad
Groene bladeren die om de knop van een bloem heen zit ter bescherming. Blijven als kleine groene bladeren onderaan de bloem zichtbaar of vallen af.
Stempel
Vrouwelijk onderdeel van de bloem.
Stempel is bovenste deel van de stamper. Vangt de stuifmeelkorrels op.
Vruchtbeginsel
Vrouwelijk onderdeel van de bloem.
Hier liggen de zaadbeginsels in.
Steel
Deel waarmee de bloem vastzit aan de rest van de plant.

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Opdracht
Maak een tekening (volgens de tekenregels) 
Van de doorsnede van een bloem.
Zet alle onderdelen onder elkaar naast de tekening.

Klaar? Maak de opdrachten van 3.3 af.

Slide 21 - Tekstslide

Opdrachten
Gistcellen bekijken
Mos en varen bekijken

Maak de opdrachten van 4.4, planten


Slide 22 - Tekstslide

Het rijk van de planten

Slide 23 - Tekstslide

Welke groepen dieren hebben een uitwendig skelet?  
Sponsdieren
Neteldieren
weekdieren
Geleedpotigen
Zoogdieren
Stekelhuidigen

Slide 24 - Sleepvraag