4.7 Emancipatie

• Maatschappijleer
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 3

Startopdracht op wisbordje stilte

Lees eerst hoofdstuk 7 Emancipatie (blz. 140-141) en beantwoord de volgende vragen: Schrijf in je eigen woorden!

1. Wat was de schoolstrijd?

2. Leg uit waarom de hippiecultuur juist ontstond na de jaren 50?

3. Wat is het verschil tussen gezinshereniging en gezinsvorming? Klaar? Start dan met de huiswerkopdracht.

Programma

1. Kort bespreken startopdracht

2. Uitleg over theorie rondom Emancipatie. (10 minuten)

3. Meerkeuzevragen op laptop. (5 minuten)

4. Mindmap met begrippen over emancipatie

5. Touwdiscussie (15 minuten)

4. De laatste hand leggen aan de praktische opdracht. 

Doe nu eerst de laptop dicht. 

Begin situatie: jaren ´50

Gehoorzaamheid, volgzaamheid en spaarzaamheid waren dominante waarden.

Traditionele rolpatronen voor mannen en vrouwen. (Getrouwde vrouwen tot 1956 handelingsonbekwaam.)

Nederland was sterk verzuild.

Uit welke 4 zuilen bestond Nederland tot aan de jaren '50?

Vanaf de jaren ´60

Drie ontwikkelingen:

1. Individualisering

2. Globalisering

3. Emancipatie:

- Vrouwenemancipatie;

- Homo-emancipatie;

- Emancipatie van etnische minderheden.

Individualisering 

• Nederland was vroeger sterk verzuild. Katholieken, protestanten en socialisten aparte scholen, tv-zenders en kranten. 
• Jaren 60: mensen gaan zich steeds meer als vrij individu zien = individualisering. 
• Persoonlijke vrijheid, zelfontplooiing en eigen verantwoordelijkheid. 
• Nadeel: minder bindingen met anderen. (minder sociale cohesie)

Globalisering

• De ontwikkeling waardoor mensen wereldwijd steeds meer met elkaar verbonden raken
• Tot in de vorige eeuw waren mensen vooral op Nederland gericht. (media, producten, vakantie)
• Door nieuwe communicatie- en transportmiddelen groeide de internationale handel. 
• Internet en vliegvakanties.

Emancipatie

• Mensen streven actief naar gelijke rechten en gelijke behandeling.  
• Vrouwenemancipatie: 
• Stemrecht 1919.
• Studeren, werken, economisch onafhankelijk van mannen.
• Veranderingen rolpatronen.
• Anticonceptiepil en soepelere abortuswetgeving.
• Nog steeds niet af: topfuncties, salaris, deel/voltijd etc.

Homo-emancipatie

• 2001: homohuwelijk bij wet geregeld (eerste land ter wereld!)
• Steeds meer maatschappelijk geaccepteerd, maar nog steeds mensen die het afkeuren. 
• lhbtqi-beweging komt uit de homo-emancipatie. Erkenning van veel groepen. 
• Maar: in veel beroepen en kringen is homoseksualiteit nog steeds niet geaccepteerd.

Etnische minderheden

• Eisen meer hun plek op in de Nederlandse samenleving.
• Meer presentatoren en acteurs met verschillende etnische achtergronden.
• Politieke partijen. (BIJ1, DENK)
• Black Lives Matter.

“Vroeger keken we op zondagavond in de woonkamer samen naar Studio Sport. Nu zit iedereen op zijn eigen kamer naar zijn scherm te staren.”

1. Nationalisme
2. Emancipatie
3. Individualisering
4. Globalisering

“Het werd steeds normaler dat katholieke jongeren omgingen met hervormden of buurkinderen uit een socialistisch gezin.”

1. Emancipatie
2. Individualisering
3. Globalisering
4. Ontzuiling

“Ik ben aangenomen voor een baan in Chicago! Het sollicitatiegesprek ging via Skype en volgende week verhuis ik.”

1. Individualisering
2. Emancipatie
3. Globalisering
4. Ontzuiling

Wat zijn voorbeelden van emancipatiebeleid (positieve discriminatie)

1. werkervaaringplaatsten
2. makkelijker diploma krijgen
3. gesubsidieerde banen
4. uitkeringen

Hoe noem je de beweging die opkomt voor de rechten en positie van vrouwen?

1. Feminisme
2. Emancipatie
3. Socialisme
4. Vakbonden

Wat zijn voorbeelden van emancipatie?

1. Vrouwen mogen hetzelfde werk doen als mannen.
2. Meisjes gaan studeren.
3. Honden mogen loslopen in het park.
4. Het homohuwelijk

Touwdebat

Schrijf je mening over de stelling op het witte blad.

Schrijf hieronder de reden waarom je het eens/oneens bent.

Werken aan de p.o.

1. Zorg dat je de taken verdeelt.

2. Je bekijkt de opdracht en de wekelijkse checklist of je alles hebt.

3. Je maakt aan het einde van de les afspraken wie wat nog moet doen. Het kan zijn dat je volgende week de laatste kans is!

4. Presentatie is op dinsdag 20 en 27 juni

Stuur je powerpoint in bij [e-mail]