4H 9.4 De Verenigde Staten

9.4 De Verenigde Staten
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

Onderdelen in deze les

9.4 De Verenigde Staten

Slide 1 - Tekstslide

1.
2.
3.
4.
5.
6.

Slide 2 - Tekstslide

Hoe verloopt het ontstaan van de Sovjet-Unie?
1.
2.
3.
4.
5.
Vrede van Brest-Litovsk
Oktober-revolutie
Tsaar Nicolaas II aan de macht
Februari-revolutie
Stalin aan de macht: maakt totalitaire staat Sovjet-Unie

Slide 3 - Sleepvraag

Sleep de goede eigenschappen naar het juiste stelsel.
Communisme

Kapitalisme

Democratie
Sovjet-Unie
Verenigde-Staten
Vrije markteconomie
Planeconomie
Totalitaire staat
Gelijkheid
Consumptie-maatschappij

Slide 4 - Sleepvraag

Roaring twenties

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Beurskrach 1929
Oktober 1929 beurskrach VS: de aandelenkoersen op de beurs daalden ineens snel.
 

Overschotten -> verlaging productie -> paniekverkoop van aandelen (beurskrach) -> kredieten niet terugbetaald -> banken/bedrijven failliet -> miljoenen werklozen -> veel armoede

Slide 7 - Tekstslide

Opdracht
Lees 'Economische crisis' (blz. 211-212) en beantwoord de volgende vragen:
1) Schrijf twee oorzaken van de crisis van 1929 op
2) Waarom werd de crisis in de VS een wereldcrisis?

Slide 8 - Tekstslide

Beantwoord een van de volgende vragen (of allebei):
1) Schrijf twee oorzaken van de crisis van 1929 op;
2) Waarom werd de crisis in de VS een wereldcrisis?

Slide 9 - Open vraag

Waarom zorgde de wereldwijde crisis van de jaren 30 overal voor zulke grote armoede
A
De overheid greep nergens in en zo kon de crisis voortduren
B
Er bestond nog bijstand en werkloosheidsuitkering dus hadden mensen geen inkomen
C
De banken durfden niets te lenen en bedrijven durven niets te maken, omdat er niets wordt gekocht. Er is geen werk en geen inkomen
D
Mensen keken alleen maar naar grote leiders als Hitler en Stalin en gaven de joden en buitenlanders de schuld

Slide 10 - Quizvraag

Oorzaken economische crisis VS
1. Overproductie in de landbouwsector
- mechanisatie (machines kopen met geleend geld) 
- ontstaan van overschotten (hervatting landbouw in EU)

2. Financiële risico's banken
Banken gaan akkoord met speculeren met aandelen / geleend geld. Geloven dat de economie alleen maar kan groeien.

Slide 11 - Tekstslide

3. Boeren, bedrijven en burgers kopen alles op afbetaling
  1. Boeren lenen om hun productie te verhogen (mechanisatie)
  2. Bedrijven lenen om te kunnen uitbreiden (schaalvergroting) 
  3. Consumenten lenen om (luxe)producten te kopen
  4. Aandeelhouders lenen om (meer) aandelen te kopen
    bv: 'Voor elke $ die is verdiend, geven Amerikanen 5$ uit'
 


Slide 12 - Tekstslide

0

Slide 13 - Video

Hoover (Republikein)
  • Veel mensen zijn dakloos, geen 
     werkloosheidsuitkering
  • Ontstaan sloppenwijken, deze worden 
      spottend 'hoovervilles' genoemd

  • Opvatting Republikeinse president Hoover:   optimistisch, wachten tot de economie zich
     vanzelf hersteld, geen overheidsingrijpen.
  • Ondanks de crisis: optimistisch!
  • 1932: niet herkozen, de Democraat
      Franklin D. Roosevelt wordt gekozen

Slide 14 - Tekstslide

Roosevelt (democraat)
  • Roosevelt liet de wel overheid ingrijpen in de economie met de New Deal > subsidies, sociale wetten en werkverschaffingsprojecten.
  • Eerste 100 dagen presidentschap: 
     werkloosheidsuitkeringen, 
     hypotheekgaranties, banken gered

  • Langzaam ging het beter, maar er komt nog
     geen definitief einde aan de crisis door de 
     New Deal (1938: nog 9.000.000 werklozen)

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Bekijk de spotprent (cartoon)
Is de tekenaar een voor- of een tegenstander van de New Deal van Roosevelt?

Slide 17 - Tekstslide

FDR
FDR staat voor Franklin Delano Roosevelt, de democratische Amerikaanse president.
Lekkende kraan
Deze lekkende kraan staat voor de New Deal.
Taxpayer
De man staat voor de Amerikaanse belastingbetaler, die het geld voor de New Deal moet opbrengen.
$16 bilion spent
Er is al $16 miljard besteed aan de New Deal.

Slide 18 - Tekstslide

De tekenaar is een voor/tegenstander van de New Deal, want...

Slide 19 - Open vraag

Wat is een van de oorzaken van de Beurskrach?
A
Duitsland heeft te grote schulden
B
Amerikanen lenen te veel
C
Amerikanen verkopen massaal hun aandelen
D
Amerikanen kochten massaal aandelen

Slide 20 - Quizvraag

Slide 21 - Video