Kleurenleer

Kleurenleer
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
HaarzorgSecundair onderwijs

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Kleurenleer

Slide 1 - Tekstslide

Waarom kleuren mensen?

Slide 2 - Woordweb

  • De eigen kleur voldoet niet meer aan de wens
  • Modekleuren
  • De eerste grijze haren worden zichtbaar
  • Het haar is geheel of gedeeltelijk grijs

Redenen voor kleuren 

Slide 3 - Tekstslide

Bij het lichter kleuren van het haar voeg je kleurpigment aan het haar toe en verwijder je kleurpigment uit het haar.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 4 - Quizvraag

Kleurveranderingsmethode 
Blijvende kleuring
: Werkt in de vezel laag 
Tijdelijke kleuring: Vormt een laagje om het haar 

Slide 5 - Tekstslide

Kleurenleer
Primair: Hoofdkleuren --> rood, blauw en geel
Secundair: menging van de primaire kleuren --> groen, paars en oranje
Complementair: liggen tegenover elkaar en hebben een opheffende werking op elkaar --> geel en paars

Slide 6 - Tekstslide

Wat voor kleursoort is blauw volgens de kleurenleer?
A
een primaire kleur
B
een secundaire kleur
C
een tertiaire kleur

Slide 7 - Quizvraag

De haarkleur van een klant is te rood uitgevallen
Welke kleurcorrectie kun je het BESTE toepassen?

A
een askleuring met blauwpigment
B
een goudkleuring met geelpigment
C
een matterende kleuring met groenpigment

Slide 8 - Quizvraag

Welk tijdelijk kleurproduct wordt gemengd met waterstofperoxide?
A
kleurspoeling
B
kleurversteviging
C
semi-permanent kleurproduct

Slide 9 - Quizvraag

Welk kleurproduct dringt door tot in de vezellaag van het haar?
A
blijvend kleurproduct
B
kleurspoeling
C
kleurversteviging

Slide 10 - Quizvraag

Wat gebeurt in het haar bij ontkleuren?
A
er wordt keratine toegevoegd
B
er wordt kunstmatig kleurpigment toegevoegd
C
er wordt natuurlijk of kunstmatig kleurpigment verwijderd

Slide 11 - Quizvraag

De haarkleur van een klant is oranje uitgevallen.
Welke haarkleurcorrectie kun je het BESTE gebruiken om de oranje kleur op te heffen?

A
askleuring met blauw pigment
B
goudkleuring met geel pigment
C
roodkleuring met rood pigment

Slide 12 - Quizvraag

Wat is een kenmerk van tertiaire kleuren?
Ze ontstaan door …

A
twee primaire kleuren te mengen
B
een primaire en secundaire kleur te mengen.
C
twee secundaire kleuren te mengen

Slide 13 - Quizvraag

Geef een omschrijving van het begrip: complementaire kleur

Slide 14 - Open vraag

Pigment
  • In het haarzakje word het natuurlijkpigment melanine gemaakt. Opgebouwd uit Rood, geel en blauw
  • De pigmentcellen worden melanocyten genoemd

  • Kleur pas zichtbaar als het in aanraking komt met zuurstof

Slide 15 - Tekstslide

Pigmenten
Structuur van pigment is korrelachtig

2 soorten pigment!
  1. Eumaline = korrelpigment = zwart/bruin
  2. Pheomaline = verspreid pigment = rood/geel

Slide 16 - Tekstslide

Welk pigment is makkelijker om te kleuren?
A
Eumaline
B
Pheomaline

Slide 17 - Quizvraag

Welke soorten
haarkleuringen
ken je?

Slide 18 - Woordweb

2 verschillende soorten:
  1. Ontwikkelde kleuringen




  2. Onontwikkelde kleuringen

Slide 19 - Tekstslide

Ontwikkelde
Kenmerken:
  • Tijdelijke kleur
  • Hoef je niet te mengen
  • Hecht zich aan de schubbenlaag



Slide 20 - Tekstslide

Onontwikkelde
Kenmerken:
  • Blijvende kleur
  • Moet je mengen 
  • Hecht zich in de vezellaag

Slide 21 - Tekstslide

Onontwikkelde kleur
Ontwikkelde kleur
Kleurmouse
Verfspoeling
Kleurspoeling
Verf
Kleurshampoo
Blondeer

Slide 22 - Sleepvraag

Kleur ontwikkelen
H2O2 (waterstofperioxide) bestaat uit :
  • 2 delen H (Hydrogenium) = waterstof
  • 2 delen O (oxigenium) = zuurstof

De H2O2 gaat de verbinding aan met kleurdeeltjes =

Dit samengaan heet: oxideren

Slide 23 - Tekstslide



12%


9%


6%


3%
10 volume
20 volume
30 volume
40 volume

Slide 24 - Sleepvraag