Neurologische aandoeningen NAH en CP

Neurologische aandoeningen
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
WelzijnMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

Onderdelen in deze les

Neurologische aandoeningen

Slide 1 - Tekstslide

NAH
Niet aangeboren hersenletsel
CP
Cerebrale Parese

Slide 2 - Tekstslide

Doelen van de les
Ik kan van NAH de oorzaak, kenmerken en gevolgen en belang van sport en bewegen benoemen.
Ik weet de oorzaken kenmerken van CP en kan de praktische tips van BA benoemen


Slide 3 - Tekstslide

Neurologische aandoeningen

Dit zijn aandoeningen aan de hersenen, aan het ruggenmerg of aandoeningen waarbij het hele centrale zenuwstelsel betrokken is

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

NAH: niet aangeboren hersenletsel

80 % komt door een hersenbloeding of herseninfarct
benoem de 2 verschillen:
- wat is een hersenbloeding
- wat is een herseninfarct

Slide 6 - Tekstslide

Traumatisch letsel (externe oorzaak)
Niet traumatisch letsel (interne oorzaak)
ongeval
val van grote hoogte
schotwond
CVA
infectie
tumor
vergiftiging
zuurstofgebrek
degeneratief proces (dementie)

Slide 7 - Sleepvraag

Gevolgen van NAH
  • Lichamelijk 
  • Cognitief
  • Taal
  • Waarneming
  • Persoonlijkheid

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Afasie
Expressieve
Motorische
Receptieve

Slide 10 - Tekstslide

wat is apraxie

Slide 11 - Open vraag

Slide 12 - Video

gevolgen schade links

Slide 13 - Woordweb

gevolgen schade rechts

Slide 14 - Woordweb

Behandeling
hoe verloopt de behandeling blz. 68
inschatten mogelijkheden
grensoverschrijdend gedrag
sporten
belang van sporten
tips

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

CP
Waar gaat het mis

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Oorzaken
Prenataal
Perinataal
post nataal

Slide 19 - Tekstslide

Gevolgen: aandoeningen spieren
a: spastisch type> hypertonie> hyperreflexie> pathologische reflexen
b: athetotisch type
c atactische type
d: hypotone type
e: gemengde vorm

Slide 20 - Tekstslide

Indeling naar de aangedane lichaamsdelen
Monoplegie: 1 lichaamsdeel is aangedaan
Diplegie of paraplegie: bovenste of onderste helft (meestal benen)
Hemiplegie (eenzijdige verlamming)
Triplegie ( 3 aangedane lichaamsdelen
Quadriplegie of Tetraplegie (armen en benen zijn beperkt)

Slide 21 - Tekstslide

wat zijn geschikte sporten voor iemand met CP

Slide 22 - Open vraag

             Lees de tips 
           voor de Bewegingsagoog
door

Slide 23 - Tekstslide

Moeilijke begrippen
CVA, Apraxie, Afasie, Hemianopsie, Agnosie, Neglect, impulsief gedrag, overschatten
Prenataal, perinataal, postnataal,
hypertonie, hypotonie

Slide 24 - Tekstslide

Zijn de doelen behaald?
Ja
Nee

Slide 25 - Poll

Was de uitleg van de docent duidelijk
😒🙁😐🙂😃

Slide 26 - Poll