les 6: de gesteentekringloop

1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

De gesteentekringloop
3 hoofdtypen gesteente met hoe ze ontstaan.

Slide 2 - Tekstslide

Stollingsgesteenten
basalt
uitvloeiingsgesteente
graniet
dieptegesteente
Oceanische korst
Snelle stolling.
Grijs, effen, geen kristallen zichtbaar.
stolt in zuilvorm
continentale korst
langzame stolling
verschillende kleuren, kristallen zichtbaar met blote oog.

Slide 3 - Tekstslide

sedimentgesteente
zandsteen
kalksteen
Losse sedimenten (zandkorrels of kalk) worden samengedrukt waardoor ze aan elkaar vast komen te zitten en een vaste gesteentelaag worden.
Laagjes en fossielen zijn kenmerkend.

Slide 4 - Tekstslide

metamorfgesteente
marmer
leisteen
Gesteente komt onder hoge druk en hoge temperatuur waardoor de vorm veranderd en er kristallisering (kristallen opnieuw plekje vinden) plaatsvindt.
gneis
Was kalksteen,  na hoge druk en hoge temperatuur werd het marmer. 
Was kleisteen,  na hoge druk en hoge temperatuur werd het leisteen. 
Was graniet,  na hoge druk en hoge temperatuur werd het gneis. 

Slide 5 - Tekstslide

hoge druk en hoge temperatuur
druk door zware bovenliggende lagen sediment
stollen van magma/lava
kalksteen
zandsteen
gneis
basalt
graniet
marmer
stollingsgesteente
sedimentgesteente
metamorfgesteente

Slide 6 - Sleepvraag

Wat is de naam van dit
gesteente?

Slide 7 - Open vraag

Welk hoofdtype gesteente
is dit?

Slide 8 - Open vraag

Er zijn 2 soorten stollings-
gesteente. Welk type is dit?

Slide 9 - Open vraag

Wat is de naam van dit
gesteente?

Slide 10 - Open vraag

Welk hoofdtype gesteente
is dit?

Slide 11 - Open vraag

Leg uit hoe
zandsteen ontstaat (2p)

Slide 12 - Open vraag

Wat is de naam van dit
gesteente?

Slide 13 - Open vraag

Welk hoofdtype gesteente
heeft dit gesteente?

Slide 14 - Open vraag

Welk type stollingsgesteente
is dit?

Slide 15 - Open vraag

Neem 1 t/m 3 over uit de tekst en vul het juiste woord in.

Gletsjers in gebergten schuren een stuk kalksteen af, dit wordt ....1..... genoemd.
Wanneer deze afgebroken stukken kalksteen grover zijn dan klei en kleiner zijn dan grind, spreek je van ....2....., wanneer ze los worden neergelegd. Wordt de druk van de bovenliggende sedimenten op dit sediment zo groot dat een gedeelte gaat vervormen en nieuwe kristallen vormt, ontstaat er ....3.....

Slide 16 - Open vraag

In welk type gesteente kan je fossielen vinden?
A
stollingsgesteente
B
sedimentgesteente
C
metamorfgesteente

Slide 17 - Quizvraag

Leg uit waarom fossielen in de andere 2 gesteentelagen niet gevonden kunnen worden (2p).

Slide 18 - Open vraag

Vulkanische eilanden zijn ontstaan door vulkanen. Toch kunnen op vulkanische eilanden fossielen aangetroffen worden.

Leg uit hoe dat kan. (3p)

Slide 19 - Open vraag

Koraalriffen bestaan uit kalksteen en zijn
opgebouwd uit de kalkskeletjes.

Tot welke hoofdgroep gesteenten
behoort een koraalrif?

Slide 20 - Open vraag

Zandsteen is een sedimentgesteente. Volgens de gesteentekringloop kan sedimentgesteente op verschillende manieren worden omgezet in een metamorf gesteente zoals leisteen.

Zet de volgende stappen/gesteenten in de juiste volgorde om van zandsteen naar basalt te gaan. Gebruik alle stappen:
basalt – erosie – eruptie – magma – subductie – zandsteen.

Slide 21 - Open vraag

graniet, basalt, kalksteen, zandsteen, marmer, leisteen, gneis.

Slide 22 - Tekstslide