1.
werkwoord - zo kort mogelijk (geslachte, verkorte, vergrote, geredde)
- vd eindigend op -en, dan bvnw ook met -en (gemalen koffie)
2. stoffelijk
- meestal met -en (papieren, ijzeren, stenen)
- modern/'overgenomen' materiaal krijgt vaak geen uitgang (nylon panty)
3. -loos
- bijvoeglijke naamwoorden die eindigen op -loos, krijgen geen tussen -n.
(belangeloos, gedachteloos, grenzeloos)