Jeelo: In de kringloopwinkel

1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
Begrijpend lezenBasisschoolGroep 7,8

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Kringloopwinkel

Slide 2 - Woordweb

Doel van de bron
De leerling kan aan de hand van een bron vertellen hoe dingen gaan in de kringloopwinkel en wat mensen zoal ernaartoe brengen.
De leerling kan uitleggen wat het belang is van signaalwoorden in een tekst. 
De leerling kan signaalwoorden gebruiken om verbanden te leggen tussen zinnen of zinsdelen.

Slide 3 - Tekstslide

Wat betekent het woord duurzaam
A
Dat je veel dure spullen koopt
B
Met zo weinig mogelijk verbruik van grondstoffen, brandstof en energie.
C
Weinig geld hebben

Slide 4 - Quizvraag

Waar zijn ivoren spullen van gemaakt?
A
Zilver
B
Goud
C
Slagtanden van Olifanten, neushoorns of walvissen
D
Brons

Slide 5 - Quizvraag

Wat is de milieustraat?

Slide 6 - Open vraag

samen lezen

Slide 7 - Tekstslide

Wat is een duurzame Miljonair?

Slide 8 - Open vraag

Waarom is het goed dat er kringloopwinkels zijn?

Slide 9 - Open vraag

Je kunt zelf spullen naar de kringloop brengen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 10 - Quizvraag

Wanneer je spullen bij de kringloopwinkel koopt of aflevert, is dit goed voor het milieu
A
Waar
B
Niet waar

Slide 11 - Quizvraag

Zoek de woorden in de tekst en markeer
bijstand            goederen
levensduur       subsidie
ivoren                milieu
duurzaam        zonnehemels
trekhaak       milieustraat
trailer             miljonairs



Slide 12 - Tekstslide

Betekenis woorden

Slide 13 - Woordweb

Wat wordt er allemaal verkocht in een kringloopwinkel?

Slide 14 - Open vraag

Sommige dingen krijgt Jos niet verkocht. Bedenk een manier om die spullen tóch verkocht te krijgen.

Slide 15 - Open vraag

Waarom heet een kringloopwinkel eigenlijk een kringloopwinkel?

Slide 16 - Open vraag

Slide 17 - Video

Modelen: leekracht

Slide 18 - Tekstslide

Wij

Slide 19 - Tekstslide

Jullie:
Lees nu zelf of in tweetallen de achterkant van de bron en ga opzoek naar signaalwoorden. 
Noteer een aantal gevonden zinnen in je schrift.

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Verwerkingsopdracht
Jullie gaan samen in groepjes van 4 een kijkplaat maken over een kringloopwinkel. 
Wat vind ik voornamelijk in een kringloopwinkel
Voor wie is een kringloopwinkel bedoeld?
Maak gebruik van korte teksten en plaatjes. 

Slide 22 - Tekstslide

Weke zin past het best bij de tekst?
A
Het is leuk om bij een kringloopwinkel te werken
B
Een kringloopwinkel draagt bij aan een beter milieu
C
Een kringloopwinkel is handig om van je oude troep af te komen

Slide 23 - Quizvraag

Hoelang is het geleden dat Jos dieren heeft aangenomen?
A
Meer dan 30 jaar
B
Dat weet je niet
C
Hij heeft nooit dieren aangenomen

Slide 24 - Quizvraag

Welk voorwerp hoort NIET in het rijtje van spullen die Jos ooit heeft aangenomen
A
zonnehemel
B
pistool
C
zeilboot

Slide 25 - Quizvraag

Soms haalt Jos een huis gratis leeg. Voor wie is dat 'gratis' een voordeel
A
Voor Jos
B
Voor de eigenaar van de oude spullen
C
Voor Jos en de eigenaar van de oude spullen

Slide 26 - Quizvraag