verhoudingstabel procenten

Doelen van deze les

Ik kan met een verhoudingstabel van een hoeveelheid het percentage berekenen.

Ik kan een prijsstijging of prijsdaling in procenten uitrekenen met een verhoudingstabel (procentuele toename of afname).

1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 19 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Doelen van deze les

Ik kan met een verhoudingstabel van een hoeveelheid het percentage berekenen.

Ik kan een prijsstijging of prijsdaling in procenten uitrekenen met een verhoudingstabel (procentuele toename of afname).

Slide 1 - Tekstslide

Maken zonder overleg
In totaal zijn er 12 500 neushoorns. 
Van deze neushoorns zijn 61% witte neushoorns.
 
Bereken hoeveel witte neushoorns er zijn.

Slide 2 - Tekstslide

12 500
61
x 61
x 61
125
7625
aantal

Slide 3 - Tekstslide

Maken zonder overleg
Anita zet € 90 op haar spaarrekening.
Ze krijgt 3,3% rente per jaar.

Hoeveel staat er na 1 jaar op haar spaarrekening?

Slide 4 - Tekstslide

90
3,3
x 3,3
x 3,3
0,9
2,97
Na 1 jaar staat er:
€ 90 + € 2,97 =  92,97 op Anita haar spaarrekening.

Slide 5 - Tekstslide

Procenten berekenen 
Tot nu toe wist je steeds de procenten. 
Je berekende het aantal dat daarbij hoorde. 
Soms moet je de procenten berekenen terwijl je het aantal weet. 
Je gebruikt dan een verhoudingstabel en je rekenmachine.

Slide 6 - Tekstslide

Procenten berekenen 
Voorbeeld opdracht:
In een volière (kooi) zitten 16 parkieten. Zeven van de parkieten zijn rood. Hoeveel procent van de parkieten is rood?

 









aantal
240









aantal







Je begint altijd met 
een verhoudingstabel.

Slide 7 - Tekstslide

Procenten berekenen
In een volière (kooi) zitten 16 parkieten. Zeven van de parkieten zijn rood. Hoeveel procent van de parkieten is rood?

 









aantal
240









aantal







16
7

Slide 8 - Tekstslide

Procenten berekenen 
In een volière (kooi) zitten 16 parkieten. Zeven van de parkieten zijn rood. Hoeveel procent van de parkieten is rood?

 









aantal
240









aantal







16
7
1
: 16
x 7
: 16
x 7
6,25
43,75
43,75 = 43,8%


Procenten rond je af op 1 decimaal 
(1 cijfer achter de komma).

Slide 9 - Tekstslide


Pak je wisbordje en maak de volgende vragen.

Pak je wisbordje en

maak de volgende vragen.

Slide 10 - Tekstslide


In Nederlands kennen we 21 soorten vleermuizen. Hiervan zijn 9 soorten zeldzaam. Mart wil weten hoeveel procent dat is. 



Slide 11 - Tekstslide


Van de 21 soorten vleermuizen komen er 7 veel voor in Nederland. Pjotr wil weten hoeveel procent dat is. 



Slide 12 - Tekstslide

Afname en toename in procenten berekenen 
Je kunt niet altijd direct berekenen hoeveel procent erbij komt of eraf gaat. 
Je rekent eerst uit wat het verschil is tussen de oude en de nieuwe prijs. Daarna maak je een tabel met procenten. 

100% = totale hoeveelheid 
          & oude hoeveelheid

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Afname en toename in procenten berekenen 
Voorbeeld opdracht:
Een rugzak kostte gister € 45. Vandaag kost de rugzak € 35.
Hoeveel procent is de rugzak goedkoper geworden?

  1. Prijsverschil berekenen.
  2. In verhoudingstabel procenten berekenen.

Slide 15 - Tekstslide

Afname en toename in procenten berekenen
Een rugzak kostte gister € 45. Vandaag kost de rugzak € 35.
Hoeveel procent is de rugzak goedkoper geworden?

 1.    Prijsverschil:                     2. Procenten berekenen
       € 45 - € 35 = € 10
                                       
45
10
1
: 45
: 45
x 10
x 10
22,22
22,22% = 22,2% goedkoper

Slide 16 - Tekstslide


Pak je wisbordje en maak de volgende vragen.

Pak je wisbordje en

maak de volgende vragen.

Slide 17 - Tekstslide


Prijs benzine in één maand tijd gestegen van €1,40 naar €1,50. Hoeveel procent is de benzine duurder geworden?


1. Prijsverschil                         2. Procenten berekenen.

Slide 18 - Tekstslide


Een mobiele telefoon kost nu € 165 vanaf volgende week kost hij € 149.
Hoeveel procent is de afname?

1. Prijsverschil                         2. Procenten berekenen.


Slide 19 - Tekstslide