VS - par. 5 - VWO

5. Scoort de NL'se verzorgingsstaat goed?
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

Onderdelen in deze les

5. Scoort de NL'se verzorgingsstaat goed?

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Esping-Andersen

Decommodificatie: de mate waarin mensen minder van de markt afhankelijk zijn.


Hij komt tot drie typen VS:

Slide 3 - Tekstslide

Sociaaldemocratische verzorgingsstaat

- Zwe - Fin - Noor

- Veel sociale zekerheid en hoge uitkeringen

- streven is volledige werkgelegenheid

- hoge belastingen

Slide 4 - Tekstslide

De Sociaal Democratische verzorgingsstaat is politiek...
A
Links
B
Rechts
C
Midden

Slide 5 - Quizvraag

Liberale verzorgingsstaat

- VS - CA - VK

- beperkte sociale zekerheid

- alleen de mensen die zich echt niet kunnen redden krijgen hulp van de overheid

- veel keuzevrijheid

- lage belastingen

Slide 6 - Tekstslide

De Liberale verzorgingsstaat is politiek...
A
Links
B
Rechts
C
Midden

Slide 7 - Quizvraag

Slide 8 - Video

Conservatiefcorporatistische verzorgingsstaat

- DU - OOS - FR - BEL

- niet individu maar het gezin is belangrijkste

- hoge kinderbijslag, dure kinderopvang

- vrouwen werken minder

- belastingen en voorzieningen zijn van middenniveau

Slide 9 - Tekstslide

De Cons. Corporatistische verzorgingsstaat is politiek...
A
Links
B
Rechts
C
Midden

Slide 10 - Quizvraag

Continentale VS:


DUI -OOS - FRA - BEL

Grote rol voor het maatsch. middenveld (vakbonden, kerk etc)

Mediterrane VS:


SPA - GRI

Grote rol voor familie, vrienden, buren.

Slide 11 - Tekstslide

Wie moet er helpen?

- Soc.dem.vs: overheid


- liberale vs: markt


- cons.corp.vs: particulier initiatief

Slide 12 - Tekstslide

Koopkrachtpariteit (kkp)
Hoe hoog is het bnp en hoeveel kan je per land voor 1 euro kopen?

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Welke VS is het beste?


1) Verzekeren

In de SD en de CC leven minder mensen in armoede dan in de L.



2) Verzorgen

Geen verband.

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

3) Verheffen

Geen verband


4) Verbinden

De L scoort hier het best omdat allochtonen even goed scoren als autochtonen.

Qua inkomensverschillen scoren de SD het beste.


Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video