Diabetes mellitus Basisfase

Diabetes mellitus
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Diabetes mellitus

Slide 1 - Tekstslide

Diabetes

  • Wat is diabetes
  • Anatomie van het lichaam
  • Welke types diabetes zijn er
  • Te hoge bloedsuiker en te lage bloedsuiker


Slide 2 - Tekstslide

Anatomie
Alvleesklier:

  • Ligt links achter en onder de maag.


Slide 3 - Tekstslide

Anatomie
Lever: 
  • Rechtsboven de buikholte
  • Maakt giftige stoffen onschadelijk
  • Kan glucose (suiker) opslaan. Komt vrij bij inspanning
  • Opslag van vet
  • (Glucose is brandstof, uit koolhydraten of voeding)

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Hoofdfuncties
Exocriene functies en endocriene functies
  1. Exocriene functie:
  • De exocriene functie (uitwendige uitscheiding) speelt een belangrijke rol bij de vertering van het voedsel. 
  • De alvleesklier produceert pancreassap (spijsverteringsenzymen) dat via kleine afvoerbuisjes die samenkomen tot één grote afvoerbuis (pancreasbuis) wordt afgevoerd naar de twaalfvingerige darm. 
  • De pancreasbuis mondt uit in de twaalfvingerige darm, ongeveer 10 cm voorbij de sluitspier van de maag. 
  • Vlak voordat de pancreasbuis in de twaalfvingerige darm uitmondt, verenigt deze zich met de galafvoergang.




Slide 6 - Tekstslide

  1. Endocriene functie
  • De endocriene (inwendige afscheiding) functie speelt een belangrijke rol bij het regelen van de bloedsuikerspiegel.

  1. Eilandjes van Langerhans
  • In de alvleesklier zit ook klierweefsel zonder afvoerbuisjes. 
  • Dit zijn de ‘Eilandjes van Langerhans’ die o.a. het hormoon insuline en glucagon produceren. 
  • Deze kliertjes geven hun hormonen direct aan het bloed af. 

Slide 7 - Tekstslide

Insuline en Glucagon
Insuline: 
  • Hormoon dat een belangrijke rol speelt bij de glucose waarde.
  • Een tekort of geen aanmaak leidt tot diabetes.
  • Wordt aangemaakt in de alvleesklier.

Glucagon:
  • Hormoon dat wordt gemaakt in de alvleesklier, verhoogt glucose in het bloed.
  • Verhoogt de bloedsuikerspiegel als deze daalt. 
  • Word aangemaakt in de alvleesklier

 


Slide 8 - Tekstslide

Wat is diabetes ?
  • Diabetes, suikerziekte, is een ziekte waarbij het lichaam de bloedsuiker niet meer in evenwicht kan houden.
  • Dat komt doordat het lichaam te weinig van het hormoon insuline heeft.
  • Ook reageert het lichaam vaak niet meer goed op insuline.
  • Of het maakt helemaal geen insuline meer. 
  • (Insuline regelt de bloedsuikerspiegel)

Slide 9 - Tekstslide

Types
  1. Type 1
  • 1 op de 10 mensen heeft type 1
  • Lichaam (alvleesklier) maakt helemaal zelf geen insuline meer aan.
  • Afweersysteem vernielt cellen die insuline aanmaken.

  1. Type 2
  • Ouderdomsdiabetes in de volksmond 
  • 9 op de 10 mensen
  • Lichaam (alvleesklier) maakt gedeeltelijk geen insuline meer aan.
  • Teveel suiker in het bloed.
  • Meestal is alleen medicatie voldoende, soms insuline spuiten noodzakelijk.

Slide 10 - Tekstslide

Hoe krijg je diabetes?
  • Ruim 800.000 mensen hebben diabetes!

  • 9 op de 10 heeft type 2.

  • Ongezonde leefstijl
  • Verminderde lichaamsbeweging
  • Overgewicht
  • Erfelijkheid/ aanleg


Slide 11 - Tekstslide

Hoge /lage bloedsuiker
Meten is weten!

Hyper = te hoog
Hypo = te laag

Slide 12 - Tekstslide

Hypo (laag)
  • zweten
  • trillen
  • duizelig zijn
  • plotseling wisselend humeur (opeens boos worden bijvoorbeeld) ongeconcentreerd zijn
  • hoofdpijn
  • moe zijn
  • hongerig zijn

Slide 13 - Tekstslide

Hyper (hoog)
  • veel urineren
  • veel dorst hebben en houden
  • vermoeid zijn 
  • plotselinge humeurigheid, snel boos worden
  • misselijk zijn of overgeven
  • alles voelt vervelend

Slide 14 - Tekstslide

Behandeling
  • Genezing nog (niet) mogelijk!

  • Gezond eten
  • Behandeling met medicijnen
  • Behandeling met insuline
  • kunst alvleesklier

Slide 15 - Tekstslide

Wat is de officiële benaming van suikerziekte
A
Diabetes Type
B
Diabetes Expectus
C
Diabetes Naxon
D
Diabetes Mellitus

Slide 16 - Quizvraag

Voeding geeft ons
A
Energie
B
Overgewicht
C
Diabetes
D
Een verzadigd gevoel

Slide 17 - Quizvraag

Van veel snoepen krijg je diabetes
A
Waar
B
Niet waar

Slide 18 - Quizvraag

Welke vorm van diabetes krijg je op oudere leeftijd
A
Diabetes Type 1
B
Diabetes Type 2

Slide 19 - Quizvraag

Welk type diabetes is insuline afhankelijk
A
Diabetes Type 1
B
Diabetes Type 2

Slide 20 - Quizvraag

Waar wordt glucose opgeslagen als je lichaam het niet direct nodig heeft?
A
Alvleesklier
B
Lever

Slide 21 - Quizvraag

Welk orgaan maakt insuline aan?
A
Lever
B
Galblaas
C
Nieren
D
Alvleesklier

Slide 22 - Quizvraag

Bij welk type diabetes maakt de alvleesklier geen insuline meer aan
A
Diabetes Type 1
B
Diabetes Type 2

Slide 23 - Quizvraag

Is diabetes te genezen
A
Ja
B
Nee

Slide 24 - Quizvraag

Insuline
Insuline is een hormoon. Het zorgt ervoor dat koolhydraten (zoals suiker) uit uw voeding uw cellen in kunnen en niet achterblijven in uw bloed.

Slide 25 - Tekstslide

Kort en langwerkende insuline 
Een kortwerkende insuline verlaagt de hoeveelheid bloedsuiker al na 10 tot 30 minuten; de werking houdt 2 tot 8 uur aan.

Langwerkend insuline heeft bij gebruik volgens voorschrift een continue werking over de hele dag. 


Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Video

Opdracht
Beantwoord de volgende vragen 
1.Hoe handel je(EHBO) bij een cliënt met een hypo
2.Hoe handel je (EHBO bijeen cliënt met een hyper
3.Hoe komt het dat er al kinderen zijn met type 2 diabetes.
Geef 3 oorzaken


Slide 28 - Tekstslide