H12 - vergelijkingen samenvatting

H12 Vergelijkingen samenvatting
T1
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

H12 Vergelijkingen samenvatting
T1

Slide 1 - Tekstslide

12-1 Formule en pijlenketting
> Je moet een pijlenketting kunnen maken bij een formule
> Je moet kunnen controleren of formules gelijk zijn aan elkaar

Slide 2 - Tekstslide

Maak de pijlenkettingen MET LETTERS bij de formules.

Antwoord met foto.

Slide 3 - Open vraag

Slide 4 - Tekstslide

12-1 Formule en pijlenketting
> Je moet een pijlenketting kunnen maken bij een formule
> Je moet kunnen controleren of formules gelijk zijn aan elkaar

Slide 5 - Tekstslide

Hoort deze pijlenketting bij de formule 25 + 4 x a = b?

A
ja
B
nee

Slide 6 - Quizvraag

Hoort deze pijlenketting bij de formule 25 + 4 x a = b?
A
ja
B
nee

Slide 7 - Quizvraag

Pien past graag op en verdient hier ook geld mee. Ze kan berekenen hoeveel ze verdient met de formule 25 + 4 x a = b
Hierin is a het aantal uren en b het bedrag in euro's. 

Slide 8 - Tekstslide

Wat moet er staan op de plek van het vraagteken bij de formule 25 + 4 x a = b
A
85
B
95
C
105
D
115

Slide 9 - Quizvraag

Welke formules zijn gelijk?
A) 2 x b + 5 = a
B) b + 5 x 2 = a
C) 5 + 2 x b = a
D) 2 + 5 x b = a
A
A en B
B
A en C
C
B en D
D
Geen enkele

Slide 10 - Quizvraag

12-2 Pijlenketting omkeren
> Je moet een pijlenketting kunnen omdraaien
> Je weet wat er gebeurt met x/: en +/- wanneer je de pijlenketting omdraait


Slide 11 - Tekstslide


Welke omgekeerde pijlenketting
hoort bij de pijlenketting?
A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 12 - Quizvraag

Maak een pijlenketting en omgekeerde pijlenketting bij de formule.
Antwoord met foto.

Slide 13 - Open vraag

Slide 14 - Tekstslide

Maak een pijlenketting en omgekeerde pijlenketting bij de formule.
Antwoord met foto.

Slide 15 - Open vraag

Slide 16 - Tekstslide

Maak een pijlenketting en omgekeerde pijlenketting bij de formule.
Antwoord met foto.

Slide 17 - Open vraag

Slide 18 - Tekstslide

12-3 Vergelijkingen oplossen
> Je weet het verschil tussen een pijlenketting en vergelijking
> Je kan een vergelijking oplossen

Slide 19 - Tekstslide


Wat is het antwoord van 
deze vergelijking? gebruik je
omgekeerde pijlenketting!
A
5
B
6
C
7
D
8

Slide 20 - Quizvraag

Een veer is zo sterk dat hij maar een stukje uitrekt, als je er een grote massa aan hangt. De formule die bij deze veer hoort is
L = lengte in centimeters m = massa in kilogrammen

De lengte van de veer is 30 cm.
Bereken hoeveel massa aan de veer hangt.

Slide 21 - Open vraag

Slide 22 - Tekstslide

12-4 Oplossingen afronden
> Je weet hoe je een getal juist moet afronden op één of meer decimalen
> Je weet wanneer je het ongeveer teken kan en mag gebruiken

Slide 23 - Tekstslide

12-4 Oplossingen afronden
> Afronden is soms afhankelijk van context. Afronden in hele € bijvoorbeeld €2,96 euro wordt €3,-
> Als er 4 kinderen in een kajak  passen dan zijn er toch echt 3 kajakken nodig voor 9 kinderen

Slide 24 - Tekstslide

12-4 Oplossingen afronden
> Bij getallen zonder verdere context. afronden op 1 decimaal
> Zet een streep na het eerste getal achter de komma
2,345 -> 2,3|45 
4,567 -> 4,5|67
> is het getal achter de streep een 5 of hoger. Dan wordt het getal voor de streep 1 hoger. Ander blijft het getal hetzelfde. 
> Haal de rest achter de streep weg (de streep zelf ook)
2,3
4,6

Slide 25 - Tekstslide

Rond de volgende getallen af op 2 decimalen

2,345
8,995
A
2,34 en 8,99
B
2,35 en 9
C
2,35 en 8,96
D
2,35 en 9,00

Slide 26 - Quizvraag

Tips voor leren voor de toets
Nogmaals: Wiskunde leren = wiskunde doen & maken

Test jezelf of oefenproefwerk geeft goede basis

Kijk je werk goed en serieus na. Kijk wat niet goed ging. Wat deed je fout?
Maak specifiek oefeningen die je nog moeilijk vind!

Slide 27 - Tekstslide