les geslacht en meervoud zelfstandige naamwoorden

1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Welk lidwoord gebruiken we voor MANNELIJKE zelfstandig naamwoorden?

Slide 2 - Open vraag

Mannelijk (der)
1. Mannelijke persoons- en dierennamen
der Stier, der Junge, der Bruder 

Slide 3 - Tekstslide

Welk lidwoord gebruiken we voor VROUWELIJKE zelfstandig naamwoorden?

Slide 4 - Open vraag

Vrouwelijk (die)
1. vrouwelijke persoons- en dierennamen
die Katze, die Mutter, die Lehrerin

2. Zakennamen (dingen) die eindigen op -e
die Toilette, die Adresse, die Klasse, die Pause

Slide 5 - Tekstslide

Vrouwelijk (die) - vervolg
3. Zelfstandig naamwoorden die eindigen op



- heit
- keit
-schaft
- ung
die Freiheit, die Einheit 
die Möglichkeit
die Mannschaft, die Freundschaft 
die Übung, die Prüfung

Slide 6 - Tekstslide

Welk lidwoord gebruiken we voor ONZIJDIGE zelfstandig naamwoorden?

Slide 7 - Open vraag

Onzijdig (das)
1. het-woorden in het Nederlands
das Lied, das Pferd, das Fenster

2. Zelfstandig naamwoorden die eindigen op 

-chen
-lein
das Mädchen, das Löffelchen
das Fräulein, das Büchlein

Slide 8 - Tekstslide

Katze
der/die/das
1/5
A
der
B
die
C
das

Slide 9 - Quizvraag

Meervoud Katze
der/die/das
1/5
A
der
B
die
C
das

Slide 10 - Quizvraag

Restaurant
der/die/das
2/5
A
der
B
die
C
das

Slide 11 - Quizvraag

Sleep het juiste lidwoord naar het geslacht.
mannelijk
vrouwelijk
onzijdig
die
der
das

Slide 12 - Sleepvraag

Sohn
der/die/das
3/5
A
der
B
die
C
das

Slide 13 - Quizvraag

Bäumchen
der/die/das
4/5
A
der
B
die
C
das

Slide 14 - Quizvraag

Suppe
der/die/das
5/5
A
der
B
die
C
das

Slide 15 - Quizvraag

Restaurant
der/die/das
2/5
A
der
B
die
C
das

Slide 16 - Quizvraag

Sohn
der/die/das
3/5
A
der
B
die
C
das

Slide 17 - Quizvraag

Bäumchen
der/die/das
4/5
A
der
B
die
C
das

Slide 18 - Quizvraag

Suppe
der/die/das
5/5
A
der
B
die
C
das

Slide 19 - Quizvraag

Wat is het geslacht van:
Möglichkeit
A
mannelijk
B
vrouwelijk
C
onzijdig

Slide 20 - Quizvraag

Wat is het geslacht van Dezember?
A
der
B
die
C
das

Slide 21 - Quizvraag

Welk geslacht hebben de woorden? Sleep ze naar het juiste geslacht.
Mannelijk
Vrouwelijk
Onzijdig
Meervoud
Buch
Freundin
Baby
Eltern
Kinder
König
Computer
Blume
Gast
Handy
Mutter
Junge
Kleider
Zeitung

Slide 22 - Sleepvraag

Lidwoorden
Verbind de juiste bepaalde lidwoorden met het geslacht
der

die

das

die

Mannelijke woorden
Vrouwelijke woorden
Onzijdige woorden
Meervoud

Slide 23 - Sleepvraag

Kloktijden
Um halb drei
Um Viertel vor vier
Um Viertel nach neun
Um fünf vor eins
Um zehn nach zwölf
Es ist dreizehn Uhr vierzig
Om half drie
Om kwart voor vier
Om kwart over negen
Om vijf voor één
Om tien over twaalf
Het is dertien uur veertig

Slide 24 - Sleepvraag

regelmatige werkwoorden vervoeging 
Ich 
Du
er/sie/es
wir
ihr
Sie/sie
stam + en 
stam + t
stam + e
stam + en 
stam + st
stam + t 

Slide 25 - Sleepvraag

Wat is het geslacht van:
Löwe
A
mannelijk
B
vrouwelijk
C
onzijdig

Slide 26 - Quizvraag

Wat is het geslacht van Tante?
A
der
B
die
C
das

Slide 27 - Quizvraag

Wat is het geslacht van Freizeit

A
m
B
v
C
o
D
mv

Slide 28 - Quizvraag

Wat is het geslacht van Kaffee?
A
der
B
die
C
das

Slide 29 - Quizvraag

Gibt es Fragen?

Slide 30 - Tekstslide

De duitse lidwoorden
😒🙁😐🙂😃

Slide 31 - Poll

Und jetzt an die Arbeit! 
Selbständig:
K2 Übung 8 S. 50

Slide 32 - Tekstslide