H2.4 Westerse wereldrijken

Planning
1. 5 minuten lezen
2. Vragen over het po droomscenario? Filmpje Willem II
3. Introductie leerdoel 1 van 2.4
4. Aan de slag in het werkboek
Proefwerk over H2 is op vrijdag 1 april
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 20 slides, met tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Planning
1. 5 minuten lezen
2. Vragen over het po droomscenario? Filmpje Willem II
3. Introductie leerdoel 1 van 2.4
4. Aan de slag in het werkboek
Proefwerk over H2 is op vrijdag 1 april

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

2.4 Westerse wereldrijken

Slide 3 - Tekstslide

2.4 Westerse wereldrijken
Leerdoelen
1. Je weet hoe koloniale wereldrijken ontstonden en wat oorzaken en gevolgen hiervan waren (imperialisme)
2. Je weet hoe het imperialisme plaatsvond in Azië en Afrika
3. Je weet hoe Nederland zijn koloniale rijk uitbreidde

Onderwerp: het moderne imperialisme

Slide 4 - Tekstslide

Lesdoel vandaag


Je weet hoe koloniale wereldrijken ontstonden en wat oorzaken en gevolgen hiervan waren (imperialisme)

Slide 5 - Tekstslide

Rond 1700
Rond 1900
Wat valt op?

Slide 6 - Tekstslide

1. Modern imperialisme

  • Handel met de kustgebieden - kolonialisme
  • Het veroveren van gebieden om aan je eigen land toe te voegen - modern Imperialisme

  • Oorzaken
  1. Blank superioriteitsgevoel
  2. Winst door grondstoffen

  • 1870-1914

Slide 7 - Tekstslide

1. Modern imperialisme
  • Afzetmarkt: Europese landen gebruikten kolonies ook om hun producten te verkopen.
  • Europeanen hadden de beste wapens en stoomschepen.
  • Europeanisering: het verspreiden van de Europese cultuur, zoals de taal en het Christendom.

Slide 8 - Tekstslide

Planning
1. Vragen over het huiswerk?
2. Introductie leerdoel 2 en 3 van 2.4
3. Aan de slag in het werkboek

Proefwerk over H2 is op vrijdag 1 april

Slide 9 - Tekstslide

2.4 Westerse wereldrijken
Leerdoelen
1. Je weet hoe koloniale wereldrijken ontstonden en wat oorzaken en gevolgen hiervan waren (imperialisme)
2. Je weet hoe het imperialisme plaatsvond in Azië en Afrika
3. Je weet hoe Nederland zijn koloniale rijk uitbreidde

Onderwerp: het moderne imperialisme

Slide 10 - Tekstslide

2. Imperialisme in Azië 
  • Vanaf ongeveer 1500 hadden de Europeanen handelsposten en kleine kolonies in Azië, maar in 1900 kwamen er veel andere landen bij.

  • China werd geen kolonie, maar het land kwam wel onder Europese invloed te staan. Door geweld te gebruiken en ermee te dreigen, kregen de Europeanen invloedssferen.

  • Japan was het enige Aziatische land met industrie en daardoor werd het geen kolonie van een Europees land, maar veroverde het zelf landen. Japan = imperialistische mogendheid ( = staat) die Korea inlijfde.


Slide 11 - Tekstslide

2. Imperialisme in Afrika
  • Europese landen kregen ook de heerschappij over landen in Noord-Afrika, zoals Marokko, maar ze wilden meer.
  • In 1878 maakten de Europese landen afspraken over de verdeling van de rest van Afrika tijdens de conferentie van Berlijn. Tien jaar later was bijna heel Europa bezet door België. 

  • Europeanen trokken op kaarten vaak rechte grenzen dwars door woongebieden van volken die daar al eeuwen woonden Daarbij werd geen rekening gehouden met de bevolking.
  • De Europeanen gebruikten veel geweld om de bevolking van kolonies te onderdrukken en soms werd er zelfs aan genocide gedaan (het volgens een plan vermoorden van een volk/bevolking).


Slide 12 - Tekstslide

Het Nederlandse wereldrijk
In de 19e eeuw breidden Nederlanders hun gebieden in Indonesië steeds verder uit.
Ze noemden hun kolonie Nederlands-Indië.

De verovering van Nederlands-Indië verliep niet altijd even goed. 
Tussen 1874 en 1914 voerde het Nederlands-Indische leger op 
Noord-Sumatra een guerrillaoorlog: een oorlog tegen strijdtroepen 
die zich onder de bevolking verschuilden.

Uiteindelijk kwam heel Indonesië onder Nederlandse overheersing. Ze dwongen de bevolking om onder andere suiker, tabak en koffie te verbouwen en aan Nederland te leveren. 
Nederland had ook kolonies in Amerika: Suriname en de Nederlandse Antillen.

Slide 13 - Tekstslide

Aan de slag
1. Beantwoord de volgende vragen in jouw schrift?
- Wat is modern imperialisme?
- Waarom wilden Europeanen in de 19e eeuw grote rijken stichten? Noem twee oorzaken.

2. Maak vragen 5 en 6 uit het werkboek van 2.4

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Planning laatste les
Bespreken huiswerk
1. Vragen over 2.1 en 2.3?
2. Herhalen 2.2 + oefenvragen
3. Herhalen 2.4 + oefenvragen

Klaar? Maak de 'test jezelf' in je werkboek

Slide 16 - Tekstslide

Leerdoelen 2.2
1. Je weet hoe Nederland vanaf 1815 werd bestuurd
2. Je wat weet wat veranderde door de grondwet van 1848
3. Je weet hoe het kiesrecht werd uitgebreid

Slide 17 - Tekstslide

Oefenvragen 2.2
1. Wat is een constitutionele monarchie?
2. De koning was in 1815 regeringsleider en staatshoofd. Leg beide begrippen uit en wat dat betekende voor zijn macht
3. Beschrijf in je eigen woorden hoe Nederland bestuurd werd in 1815
4. Leg uit wat een grondwet is
5. Noem twee zaken die in de grondwet van 1848 stonden
6. Beschrijf hoe Nederland werd bestuurd in 1848 en hoe dit dan anders was dan in 1815
7. Leg uit hoe het kiesrecht werd uitgebreid

Slide 18 - Tekstslide

Leerdoelen 2.4
1. Je weet hoe koloniale wereldrijken ontstonden en wat oorzaken en gevolgen hiervan waren (imperialisme)
2. Je weet hoe het imperialisme plaatsvond in Azië en Afrika
3. Je weet hoe Nederland zijn koloniale rijk uitbreidde

Slide 19 - Tekstslide

Oefenvragen 2.4
1. Leg uit wat imperialisme is.
2. Wat is het verband tussen imperialisme en superioriteitsgevoel
3. Noem een economisch motief van Europese landen voor imperialisme
4. Beschrijf het imperialisme in Azië en leg uit waarom Japan een uitzondering is
5. Beschrijf het imperialisme in Afrika.
6. Was Nederland een wereldrijk? Leg uit waarom wel of waarom niet.

Slide 20 - Tekstslide