Les 3 11.2 en 11.3

Ontwikkelingspsychologie
 Methodisch begeleiden: problemen, stoornissen, passend onderwijs, sociale kaart, etc.

Periode 7
 

1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
OntwikkelingspsychologieMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Ontwikkelingspsychologie
 Methodisch begeleiden: problemen, stoornissen, passend onderwijs, sociale kaart, etc.

Periode 7
 

Slide 1 - Tekstslide

Inhoudsopgave
Vorige keer
Vervolg 11.2 Gedragsproblemen
11.3 Gedragsstoornissen

Slide 2 - Tekstslide

Vorige keer

Vervolg 11.1 Problemen bij het leren
  • Automatiseren
  • Systeem gerelateerd leerprobleem
  •  Leerachterstand
  • Leerstoornis 

11.2 Gedragsproblemen
  • Gedragsproblemen
  • Internaliserend gedragsprobleem
  • Externaliserend gedragsprobleem

Slide 3 - Tekstslide

Stellingen

Slide 4 - Tekstslide

Een vaak voorkomend signaal van een leerprobleem is problematisch gedrag.

A
Waar
B
Niet waar

Slide 5 - Quizvraag

Probleemgedrag is ongewenst gedrag dat een kind gedurende een langere periode vertoond en storend is voor zichzelf.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 6 - Quizvraag

Achter probleemgedrag schuilt vaak een andere oorzaak zoals de thuissituatie
A
Waar
B
Niet waar

Slide 7 - Quizvraag

11.2 Gedragsproblemen

Slide 8 - Tekstslide

Twee soorten probleemgedrag
  • Externaliserend probleemgedrag
  • Internaliserend probleemgedrag

Slide 9 - Tekstslide

11.2 Gedragsproblemen 
We spreken hier van externaliserend probleemgedrag; naar buiten gericht, waar de omgeving last van heeft.

Slide 10 - Tekstslide

11.2 Gedragsproblemen 
Internaliserend probleemgedrag: gedrag waarvan het kind zelf vooral last heeft zoals:
  • faalangst
  • extreme verlegenheid
  • gebrek aan sociale vaardigheden
  • niet weerbaar zijn etc.




Slide 11 - Tekstslide

11.2 Gedragsproblemen
Het gedragsprobleem is naar binnen gericht en is niet storend in de groep als geheel.

Slide 12 - Tekstslide

11.2 Gedragsproblemen
Oorzaken:
  

  • Psychosociaal: hoe het kind omgaat met sociale relaties
  • Opvoeding, gezin, omgeving, ervaringen, emoties
  • Aanleg
  • Persoonlijk temperament (karakter)
  • Organisch (hoe het kind zich voelt)
  • Lichamelijk (eigenschappen, beperkingen etc.)

Slide 13 - Tekstslide

11.3 Gedragsstoornissen
Bij ‘Lastig gedrag’ dat tenminste 6 maanden aanhoudt en niet meer past bij de ontwikkelingsfase van een kind kan er sprake zijn van een gedragsstoornis.

Slide 14 - Tekstslide

11.3 Gedragsstoornissen
Gedragsstoornis:

  • Psychiatrisch ziektebeeld waarbij probleemgedrag voortkomt uit de aanleg van het kind.
  • Het gedrag komt uit het kind en niet door de omgeving.
  • De omgeving heeft er last van. Het kind minder.
  •  Het gaat om externaliserend gedrag.
  • Het gedrag blijft vaak na kindertijd bestaan.

Slide 15 - Tekstslide

11.3 Gedragsstoornissen
Gedragsstoornis:
  • Een gedragsstoornis gaat vaak gepaard aan verslaving, depressie of angststoornissen.
  • Probleemgedrag moet langer dan 6 maanden onafgebroken
    aanhouden en niet bij de ontwikkelingsfase van het kind horen. 

Slide 16 - Tekstslide

11.3 Gedragsstoornissen
Agressieve gedragsstoornis
  • Extreem agressief gedrag
  • In een vroege- en late variant
  • De vroege variant uit zich in peuter-/kleutertijd
  • In puberteit neemt fysieke agressie toe
  • Opstandig gedrag en moeilijk temperament
  • Kan uitgroeien tot antisociale gedragsstoornis
  • Vroege variant verdwijnt niet
  • Late variant uit zich pas tijdens adolescentie
  • Deze late variant kan verdwijnen

Slide 17 - Tekstslide

11.3 Gedragsstoornissen
Agressieve gedragsstoornissen:
  • ODD Oppositional Defiant Disorder (of oppositioneel opstandig gedrag)
  • CD Conduct Disorder (antisociale gedragsstoornis)

Slide 18 - Tekstslide

11.3 Gedragsstoornissen
ODD Oppositional Defiant Disorder 
  • Een lichtere vorm van een antisociale gedragsstoornis (CD)
  • Vaak samen met ADHD of autisme


Signalen al op jonge leeftijd:
zeer ongehoorzaam, driftig, maakt vaak ruzie met volwassenen , houdt zich niet aan regels, verzet tegen regels, weigert zich aan te passen, irriteert anderen met opzet.


Maar ook:
geeft anderen de schuld, is vaak boos, hatelijk, wraakzuchtig, ergert zich makkelijk, is sociaal niet vaardig.

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

11.3 Gedragsstoornissen
CD Conduct Disorder:

  • Volstrekt onacceptabel gedrag:
  1. Zeer agressief of gewelddadig
  • Geen contact met leeftijdgenootjes
  • Hanteren eigen regels in de groep in hun voordeel
  • Weinig inlevingsvermogen

Anders dan bij ODD: bij CD wel sprake van agressief gedrag en gewelddadigheid.

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

11.3 Gedragsstoornissen
CD komt vaak voor samen met adhd of autisme (ASS). 


Het gedrag is vaak onvoorspelbaar en onbetrouwbaar.
Het schadelijke gedrag wordt vaak bewust gebruikt om doel te bereiken.
Hoe jonger de signalen zich uiten, des te erger de stoornis.


Kind met CD kan uitgroeien tot delinquent.


Slide 23 - Tekstslide

Overzicht verschillen ODD en CD

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Video

Opdracht
Ga in tweetallen overleggen over het filmpje. Welke kenmerken zag je? Is hier sprake van ODD of CD? Ga met elkaar in gesprek en noem zoveel mogelijk kenmerken die je terug hebt gezien in de video. 

Slide 27 - Tekstslide