Voorbereiding LKT Maatschappijleer

• Maatschappijleer
• HBO
• Studiejaar 3

Voorbereiding LKT 

- over de toets

- algemene tips

- meerkeuzevragen

- leerstrategieën 

- vragenuurtje?

Literatuur

Welke literatuur kun je bestuderen?

-> Zie blackboard voor de literatuurlijst (en extra suggesties)

-> Zie studystore.nl en zoek naar de literatuurlijst van de 

     opleidingen in Amsterdam, Rotterdam en Tilburg. 

-> Podcasts, YouTube filmpjes (universiteit van Nederland, Khan 

     academy, etc.)

Over de toets

Kijk op 10voordeleraar.nl !

105 vragen verdeeld over 8 domeinen

120 minuten

Oefentoets: https://toetsafname.10voordeleraar.nl/practice 

Meerkeuzevragen

- Gegeven, gevraagd, goede antwoord, 2 of 3 alternatieven

- Gegeven schetst een context

- Gevraagd past in context

- Niet alle vragen kennen een 'gegeven'. 

- Lees en herlees

Pure - Groningen

Alternatieven

- Er zijn twee of drie alternatieven.

- De alternatieven staan in een willekeurige volgorde.

- Soms is er een goed antwoord én een beter antwoord.

- Er is geen Mickey Mouse alternatief!

Aanpak meerkeuzevragen

- Lees de vraag.

- Herlees de vraag.

- Formuleer, waar nodig, in eigen woorden.

- Wees gespitst op ontkenningen.

- Denk even na voor je de alternatieven gaat bekijken.

Als je de vraag leest en je denkt het antwoord vrij zeker te weten:

- Beantwoord de vraag voor jezelf zonder naar de alternatieven te kijken. 

- Bepaal welke elementen er in het antwoord moeten zitten.

- Vergelijk jouw 'antwoord' met de alternatieven

een voorbeeld van zo'n vraag: 

Waar bestaat het kabinet uit in Nederland?

Te makkelijk?

• Iedere student vergist zich weleens. 
• Als je het antwoord even in jezelf zegt of snel opschrijft, voorkom je vergissingen. Zeker als het alternatief er niet tussen staat. 
• Nog een keer, maar dan op een andere manier:

Waaruit bestaat de regering in Nederland?

1. Minister, staatssecretarissen en de Koning
2. Ministers en Koning
3. Eerste en Tweede Kamer
4. Ministers, Eerste en Tweede Kamer

Als je het een moeilijke vraag is...

• Bedenk eerst wat het antwoord zou kunnen zijn.
• Schrijf steekwoorden en begrippen op die volgens jou in het   antwoord zouden moeten zitten. 
• Bekijken de alternatieven. 
• Onderzoek of er (delen van de) alternatieven niet kloppen
• Streep weg wat niet in de buurt komt. 

Als je geen idee hebt...

• Geen paniek, er zijn 104 andere vragen. 
• Kun je de vraag in eigen woorden stellen?
• Zijn er (delen van de) vraag die je begrijpt?
• Welke associaties  heb je met die onderdelen? (brainstorm)
• Wat weet je van die verschillende associaties? (mindmap)
• Zijn er (delen van de) alternatieven die je kent? (voeg toe)
• Kun je een (matig) beargumenteerde keuze maken?

Of ga naar de volgende vraag

Samengevat

Sla moeilijke vragen eerst over.

Of: geef moeilijke vragen twee minuten tijd en ga dan naar een andere vraag. 

Lees en herlees (of herformuleer) de vraag!

Vergelijk de alternatieven waar je tussen twijfelt

Kies en blijf bij je keuze

Leerstrategieën

Oefenen met:

- welk woord weg

- omschrijven met 'taboewoorden'

- mindmappen; maken en uitwisselen

- zelf meerkeuzevragen maken

Welk woord weg?

categoriseren
kenmerken vergelijken
van moeilijk naar makkelijk
meer opties mogelijk?

Welk woord weg?

1. Hond
2. Konijn
3. Hamster
4. Eekhoorn

Leg uit...

• Waarom is eekhoorn goed?

• Waarom is hond ook goed?

Taboewoorden

Leg uit wat parlement is zonder gebruik te maken van:

Eerste Kamer

Tweede Kamer

Volksvertegenwoordiging

Wat leer je ervan?

Associëren

Verbanden leggen

Uitbreiden woordenschat

Oefenen met begrippen uit de kennisbasis

Mindmapping

Begrippen herhalen

Begrippen aan elkaar verbinden

Toetsen of je de begrippen juist categoriseert. 

Een voorbeeld:

Taken en bevoegdheden Tweede Kamer

Vragenuurtje?

Moeten we nog momenten plannen om vakinhoudelijke vragen te beantwoorden?