3m - H2.2 Luchtdruk (NIEUW)

1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Titel van de les
Subtitel

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

JdW-kijkwijzer
Lesopbouw:

  1. Vooraf:
    Startklaar, Voorkennis activeren, Formatief Handelen

  2. Instructie:
    Leerdoelgericht werken, Inclusieve didactiek, Concrete en herkenbare voorbeelden, Formatief Handelen

  3. Toepassing:
    Actieve verwerking, Formatief handelen 

  4. Evaluatie:
    Afsluiting

Slide 4 - Tekstslide

Overzicht Periode #
  • Thema:
  • Benodigde lesmaterialen:
Week 1
Week 2
Week 3
Week 4
Week 5
Week 6
Week 7
Week 8
Week 9
Week 10 
Week 11
Type hier in Schulbuch
...



...
...
...
...
...

Slide 5 - Tekstslide

Startklaar
- Laptop
- Binas
- Telefoon in ZAKKIE
- Jas uit en over je stoel
- Naambordje

Slide 6 - Tekstslide

Wat neem je mee?
- Boek
- Laptop
- Geo
- Rekenmachine
- Pen/potlood/gum
- Ruitjesschrift of ruitjespapier in de multomap
- BINAS

Slide 7 - Tekstslide

Waarom kun je op de Mount Everest minder goed ademen dan in Den Haag?

Slide 8 - Open vraag

Leerdoelen
Je kunt uitleggen hoe luchtdruk ontstaat en deze meten.

Je kunt het verband tussen de hoogte en grootte van de luchtdruk uitleggen.

Je kunt gasdruk uitleggen en deze meten.

Je kunt de absolute druk berekenen als je de overdruk kent en andersom.

Slide 9 - Tekstslide

De luchtdruk

Slide 10 - Tekstslide

De luchtdruk
Hoe hoger je komt,
hoe lager de druk

Zie BINAS tabel 26

Slide 11 - Tekstslide

De luchtdruk meten
Met een barometer meet je hoe groot de luchtdruk is.

Slide 12 - Tekstslide

Druk
Druk is een grootheid: Hoeveel kracht drukt er op 1 m²

Het symbool:  p
De eenheid:     pascal (Pa)

1 Pa is hetzelfde als 1 newton per vierkante meter (N/m²)
1 bar = 100 000 Pa
1 mbar = 100 Pa = 1hPa

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Hoge- en lagedrukgebieden
Hogedrukgebied: Luchtdruk is hoger dan omliggend gebied = goed weer

Lagedrukgebied: Luchtdruk is lager dan omliggend gebied = slecht weer

Slide 15 - Tekstslide

Gasdruk
Moleculen botsen tegen de wand aan.

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Link

Overdruk
Overdruk meet je met een manometer

Absolute druk = overdruk + luchtdruk

Slide 18 - Tekstslide

Hoe hoger in de atmosfeer, des te minder stikstof en zuurstof moleculen er zijn
A
Waar
B
Niet waar
C
Weet niet

Slide 19 - Quizvraag

De gasdruk in een duikfles ontstaat doordat enorme aantallen moleculen tegen de binnenwanden van de fles botsen.
A
Waar
B
Niet waar
C
Weet niet

Slide 20 - Quizvraag

Als een gas wordt samengeperst, worden de moleculen steeds kleiner
A
Waar
B
Niet waar
C
Weet niet

Slide 21 - Quizvraag

Om de echte druk in een fietsband te vinden, moet je de luchtdruk aftrekken van de overdruk
A
Waar
B
Niet waar
C
Weet niet

Slide 22 - Quizvraag

De luchtdruk meet je met een...
A
Manometer
B
Barometer
C
Pascalmeter

Slide 23 - Quizvraag

Om in te ademen maak je het volume van je longen groter. De druk in de longen wordt daardoor iets ... dan de luchtdruk.
A
Groter
B
Kleiner

Slide 24 - Quizvraag

Zoek op in BINAS, hoe groot is de luchtdruk op 8 km hoogte?

Slide 25 - Open vraag

Zoek op in BINAS, op welke hoogte is de luchtdruk 300 hPa.

Slide 26 - Open vraag

Aan de slag

Slide 27 - Tekstslide

Begrippen uit deze les
  • Barometer
  • Luchtdruk
  • Hoge- en lagedrukgebied
  • Manometer
  • Gasdruk
  • Overdruk / absolute druk

Slide 28 - Tekstslide

Begrippen uit deze les

Slide 29 - Tekstslide


Schrijf 3 dingen op die
je deze les hebt geleerd

Slide 30 - Open vraag


Stel 1 vraag over iets dat je
deze les nog niet zo goed hebt begrepen

Slide 31 - Open vraag