Verkiezingen 2021

Verkiezingen 2021
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerPraktijkonderwijsLeerjaar 2

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Verkiezingen 2021

Slide 1 - Tekstslide

Komende periode:
- Themakatern: Verkiezingen van Plein M (Cijfer voor werkboek)
- Groepsopdracht: zelf politieke partij oprichten (cijfer voor groepswerk)

Slide 2 - Tekstslide

Verkiezingen 2021
Swipen met Young Voice
Bij YoungVoice geven jongeren zelf aan welke thema’s ze belangrijk vinden. Per thema krijgen je 20 tot 30 stellingen voorgelegd, waarover je mening kunt geven door te swipen (naar rechts voor eens, naar links voor oneens) of door de rode en groene knoppen te gebruiken. Dit principe is vergelijkbaar met verschillende datingapps die populair zijn onder jongeren.  

Slide 3 - Tekstslide

Filmpjes
Bij elke stelling is een filmpje te bekijken met uitleg over de stelling en enkele voor- en tegenargumenten. Deze filmpjes worden gepresenteerd door YouTuber Bonnie Nottroth (Bij Bonnie) en acteur Jefferson Yaw Frempong-Manson (SpangaS: De Campus).  
Uitslag
YoungVoice vergelijkt vervolgens de gegeven antwoorden met de standpunten van politieke partijen. De uitslag laat zien met welke partijen iemand de meeste overeenkomst heeft. Door op het logo van een partij te klikken, komt er een venster in beeld met daarin een korte tekst van de partij gericht aan jongeren plus een foto van de hoogstgeplaatste kandidaat op de lijst van die partij onder de dertig jaar oud. 

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Link

Vanaf welke leeftijd mag je in Nederland stemmen?
(alleen een getal invullen)

Slide 6 - Open vraag

De partijen
De 13 partijen waarop gestemd kan worden hebben een verkiezingsposter uitgebracht. Bekijk de posters eens.

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Link

Als je op basis van de posters moest kiezen, welk partij koos je dan?

Slide 9 - Woordweb

Wat is voor jou belangrijk in een goede verkiezingsposter?

Slide 10 - Open vraag

18 jaar stemgerechtigd
Je mag pas stemmen als je 18 jaar bent, maar hoe gaat dat dan?

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Wie mag er stemmen
Iedereen van 18 jaar en ouder. Man of vrouw of inkomen maken niet uit, was dat altijd al zo?

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Links of rechts
En dan bedoelen we niet met welke hand je schrijft...

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

6

Slide 22 - Video

01:03
Bobby start bij het paleis. Wie werkt er in het paleis?
A
Minister President
B
Koning Willem-Alexander
C
De eerste kamerleden
D
De tweede kamerleden

Slide 23 - Quizvraag

01:56
Wie werkte er als laatste in ‘het Torentje’?
Noem de voornaam en de achternaam en wat zijn baan was.

Slide 24 - Open vraag

02:48
Ministers mogen de plannen voor Nederland maken. Een minister is de baas van een ministerie. Zij
gaan over een onderwerp. Kun je twee ministeries noemen?

Slide 25 - Open vraag

02:49
Dit ministerie gaat over de scholen
A
Het ministerie van Onderwijs
B
Het ministerie van Financiën
C
Het ministerie van Binnenlandse zaken
D
Het ministerie van Buitenlandse zaken

Slide 26 - Quizvraag

03:53
In de Tweede Kamer zitten 150 Kamerleden. In de Eerste Kamer zitten 75 Kamerleden.
Ze stemmen namens alle Nederlanders. Daarom noemen we ze ....vertegenwoordigers.

Slide 27 - Open vraag

02:49
Dit ministerie verdeelt het geld in Nederland
A
Het ministerie van Onderwijs
B
Het ministerie van Financiën
C
Het ministerie van Binnenlandse zaken
D
Het ministerie van Buitenlandse zaken

Slide 28 - Quizvraag

De kamerbewaarder brengt Bobby op het einde naar de spiegel, omdat...

Slide 29 - Open vraag

Dus wie is er de baas in Nederland?
A
De koning
B
De minister-president
C
De kamerleden
D
De Nederlanders zelf

Slide 30 - Quizvraag

Minister president
Eerste kamer
Tweede kamer
Ministers

Slide 31 - Sleepvraag

Slide 32 - Sleepvraag

Welke namen van lijsttrekkers ken jij?

Slide 33 - Woordweb

Als je 18 jaar was, zou je dan weten op welke partij je zou gaan stemmen?
A
Ja
B
Nee

Slide 34 - Quizvraag

Wat heb je geleerd deze les?

Slide 35 - Open vraag