VS - par. 2 - HAVO

2. Waarom doet de overheid zo veel?
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

2. Waarom doet de overheid zo veel?

Slide 1 - Tekstslide

leerdoel
Na deze les weten jullie waardoor de verzorgingsstaat is ontstaan en kunnen jullie de 4 functies van de verzorgingsstaat benoemen.

Slide 2 - Tekstslide

Hoe heet de man die kinderarbeid in NL afschafte?
A
Van Dijk
B
Van Houten
C
Van der Gijp
D
Van der Voort

Slide 3 - Quizvraag

Begin van sociale wetgeving in NL
  • Eind 19e eeuw meer overheidsbemoeienis.
  • In 1874 werd de Kinderwet van Van Houten ingevoerd.
  • Langzaam veranderde NL van een nachtwakersstaat naar een verzorgingsstaat.

Slide 4 - Tekstslide

1e soc. wet: kinderwetje van Van Houten (1874)
Maakte een einde aan kinderarbeid. Velen vonden dat de overheid zich niet met de opvoeding moest bemoeien.
=Het begin van de verzorgingsstaat

Slide 5 - Tekstslide

Theorie van De Swaan over het ontstaan van de verzorgingsstaat
- verzorgingsstaat is er niet om problemen op te lossen maar om de samenleving te beschermen. De overheid moet zich met burgers bemoeien om externe effecten en het dilemma van collectieve actie tegen te gaan.
;uitkeringen zijn er niet voor de armen maar moeten er voor zorgen dat anderen geen last krijgen van hun armoede.


Slide 6 - Tekstslide

externe effecten 
De effecten, van bijv. jouw ziekte, op anderen. Sinds de industrialisering sterk toegenomen omdat je van meer mensen afhankelijk bent.

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Dilemma van de Collectieve Actie
Laat zien dat samenwerking om problemen op te lossen belemmerd kan worden door de angst dat anderen daarvan profiteren zonder daar zelf aan mee te werken.

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Hoe heette de grote voorloper van de NL'se arbeiderspartij PvdA?
A
SDAP
B
NSDAP
C
KVP
D
KRP

Slide 11 - Quizvraag

2e verklaring voor de grotere rol van de overheid:
ontstaan van de Arbeidersbeweging
Door de industrialisering ontstond de arbeidersklasse. De arbeiders werkten onder slechte omstandigheden en eisten dat de overheid hier iets aan deed.

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

3. Verheffen
Het verzoek van de 'gegoede burgerij' aan de overheid om de arbeidersklasse meer fatsoensnormen bij te brengen. Om zo de sociale verschillen te verkleinen

Slide 14 - Tekstslide

invloed van: Keynes
Bij een crisis moet de overheid de economie stimuleren ipv aan de marktwerking overlaten. (Belasting omlaag zodat men meer kan uitgeven. Meer overheidsbemoeienis. Uitkeringen passen ook in de visie van Keynes).
Na WOII meer overheidsbemoeienis door invloed Keynes

Slide 15 - Tekstslide

Na 1945
  • Kabinet Drees (PvdA)
  • Uitbouwen van de verzorgingsstaat
  • Invloed theorie Keynes: meer overheidsbemoeienis in tijden van crisis om de vraag naar producten op peil te houden (sociale zekerheid verder uitbouwen)

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Slide 18 - Video

Functies van de verzorgingsstaat
  1. Verzorgingsfunctie: hulp aan mensen die niet (meer) voor zichzelf kunnen zorgen
  2. Verzekeringsfunctie: iedereen heeft de zekerheid van een inkomen als gevolg van ziekte, werkloosheid of ouderdom
  3. Verheffingsfunctie: kansen om je te ontplooien (kennis en vaardigheden voor de arbeidsmarkt en aanleren van waarden en normen die nodig zijn om verder te komen)
  4. Verbindingsfunctie: creëren onderlinge verbondenheid (sociale cohesie) 

Slide 19 - Tekstslide

sociale grondrechten in GW: 1983

Slide 20 - Tekstslide