6.7 Zwangerschap en geboorte

Welkom in de les

Fijn dat je er bent!
spullen op tafel
telefoon van tafel
tas op de grond
Aandacht voor de docent
paragraaf: 4.7
tekstboek: blz. 159
werkboek: blz.
(gastheer)
1 / 47
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo, mavo, havo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 47 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Welkom in de les

Fijn dat je er bent!
spullen op tafel
telefoon van tafel
tas op de grond
Aandacht voor de docent
paragraaf: 4.7
tekstboek: blz. 159
werkboek: blz.
(gastheer)

Slide 1 - Tekstslide

Zwangerschap en geboorte

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoelen

  • Ik kan uitleggen wat de functie van de placenta is.
  • Ik kan de bevruchte eicel juist benoemen na iedere periode (zygote, embryo, foetus)
  • Ik kan de eerste periode na de bevruchting verklaren (innesteling, placenta)



  • Ik kan de drie fases van de geboorte opsommen en uitleggen.
  • Ik kan de functie van vruchtvliezen en vruchtwater verklaren.
  • Ik kan de functie van de navelstreng uitleggen.

Slide 3 - Tekstslide

bs7: zwangerschap en geboorte
Doelstelling
  • Je moet de delen van een baarmoeder met embryo kunnen noemen met hun functies en kenmerken.
  • Je moet kunnen beschrijven hoe de geboorte van een kind plaatsvindt.

Slide 4 - Tekstslide

Wat denk je dat innesteling is?

Slide 5 - Woordweb

Wat denk je dat een placenta is?

Slide 6 - Woordweb

Slide 7 - Tekstslide

eisprong
menstruatie
rijpen eicel

Slide 8 - Sleepvraag

eisprong
eicel rijping
innesteling
celdeling
bevruchting

Slide 9 - Sleepvraag

uitblijven menstruatie


- zwanger?

-stress?

-koorts?

Slide 10 - Tekstslide

deling en innesteling

Slide 11 - Tekstslide

Na innesteling

We noemen de bevruchte eicel een embryo.

De ontwikkeling gaat verder.

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Vorming van placenta
Bestaat uit weefsels van moeder en van het embryo.

Zuurstof + voedingstoffen naar de embryo.

Koolstofdioxide + afvalstoffen naar de moeder.

Maar ook ziekteverwekkers, alcohol, nicotine...

Slide 14 - Tekstslide

vruchtvliezen en vruchtwater
  • Vruchtvliezen liggen om het embryo heen. 
  • In de vruchtvliezen bevindt zich het vruchtwater.
  • Het embryo ligt in het vruchtwater. 
  • het vruchtwater beschermt het embryo tegen stoten, uitdroging en wisseling van temperatuur. 
  • Het embryo kan in het vruchtwater gemakkelijk bewegen

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Navelstreng
  • De navelstreng is de verbinding tussen placenta en embryo.
  • De navelstreng zorgt dat het embryo voedingsstoffen krijgt. 
  • Afvalstoffen van het embryo gaan via de navelstreng naar de placenta. 

Slide 17 - Tekstslide

Navelstreng
Navelstrengslagaders: zuurstofarm.
Navelstrengaders: zuurstofrijk

Slide 18 - Tekstslide

Beginnende baby

Slide 19 - Tekstslide

Foetus
Na 3 maanden noemen we het kind een een foetus.

Bij zowel embryo als foetus werken de hersenen, spieren, hart en bloedvaten al.

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

De ontwikkeling van bevruchte eicel tot baby
Embryo

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Embryo - Foetus
Na innesteling -> ontstaan alle organen
Na 8 wk-> al een klein mensje
Alleen nog maar groeien
Heet nu foetus ipv embryo

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Vruchtwater
Het embryo drijft in het vruchtwater. Het vruchtwater beschermt het emrbyo tegen stoten, uitdroging en temperatuurverandering.
Embryo
Het kind heet in de baarmoeder: embryo.
Navelstreng
Verbinding tussen de placenta en het embryo. In de navelstreng zitten bloedvaten.
Placenta
Deel van de baarmoederwand waar bloed van de moeder vlak langs bloed van het embryo stroomt. Daarom kunnen ze stoffen en zuurstof uitwisselen.
Bloedvaten embryo
Deze bloedvaten raken de bloedvaten van de moeder niet.
Bloedvaten moeder
Door de placenta kunnen er zuurstof en voedingsstoffen aan de baby gegeven worden. 

Slide 26 - Tekstslide

ZELFSTANDIG
WAT:
opdracht 26 tot en met 30 in je werkboek maken.

HOE:
 zelfstandig zonder te praten. Oortjes mag

TIJD: 
15 minuten. 

KLAAR:
Zelftest maken van bs. 7

zelfstandig zonder te praten
zelfstandig zonder te praten,met
 oortje
werkboek: blz. 
timer
12:00

Slide 27 - Tekstslide

zelfreflectie: wat heb ik geleerd?

Beschrijf in 4 zinnen wat je hebt geleerd in de les.

Slide 28 - Open vraag

Hoe heb je meegedaan in de les?
sleep de ster naar je inzet van de les 
super ik ben 
trots
 op mijzelf 
prima 
gedaan
had beter mee kunnen 
doen.
Totaal geen zin. Niks gedaan
Niet echt. 
Had meer kunnen 
doen

Slide 29 - Sleepvraag

bs7: zwangerschap en geboorte
Twee vruchtvliezen liggen om het embryo
  • Deze zijn gevuld met vocht, ook wel vruchtwater genoemd
  • Beschermt baby tegen stoten, uitdroging en wisseling van temperatuur
  • Zorgt voor bewegingsvrijheid


Slide 30 - Tekstslide

Wordt een vrouw tijdens de zwangerschap ongesteld?
A
ja
B
nee

Slide 31 - Quizvraag

Bevalling
Na ongeveer 9 maanden volgt de geboorte (bevalling). 

Via de vagina komt de embryo naar buiten.


3 Fasen van het geboorteproces zijn:
                                      - ontsluiting
                                      - uitdrijving
                                      - nageboorte

Slide 32 - Tekstslide

Ontsluiting
• Door weeën gaat de baarmoedermond open
• Vruchtvliezen breken

Pas bij 'volledige ontsluiting' (10 cm open) mag de vrouw gaan 'persen'.

Slide 33 - Tekstslide

Uitdrijving
• Als de baarmoedermond ver genoeg open is
• Pers weeën duwen de baby naar buiten

Slide 34 - Tekstslide

Nageboorte
Wee duwt de moederkoek, vruchtvliezen en de rest van de navelstreng naar buiten

Slide 35 - Tekstslide

Wat is de volgordevan een zwangerschap en bevalling?
Innesteling
Embryo
Ontsluiting
Uitdrijving
Nageboorte

Slide 36 - Sleepvraag

Opdrachten in het werkboek maken
timer
30:00
Maken opdrachten 22 t/m24, 
26 en 27

Slide 37 - Tekstslide

De placenta en resten van de navelstreng die worden uitgedreven heten:
A
Embryo
B
Bevallen
C
Nageboorte
D
Voorgeboorte

Slide 38 - Quizvraag

Wat zijn weeën?
A
Ontsluiting
B
Eerste verschijnselen van de bevalling
C
Samentrekkingen van de baarmoederwand
D
Baby's die verkeerd om in de buik liggen

Slide 39 - Quizvraag

Welk deel zorgt voor de uitwisseling van zuurstof en voedingsstoffen?
A
Baarmoeder
B
Embryo
C
Eierstokken
D
Placenta

Slide 40 - Quizvraag

Hoe heet het als een baby met het hoofdje naar boven ligt?
A
Zuidligging
B
Noordligging
C
Stuitligging
D
Staatligging

Slide 41 - Quizvraag

Vruchtwater
Baarmoeder
Navelstreng
Placenta

Slide 42 - Sleepvraag

Ontsluiting
Uitdrijving
Nageboorte
Baarmoederhals wordt wijder
Kind wordt naar buiten geperst
Placenta en vruchtvliezen verlaten het lichaam

Slide 43 - Sleepvraag

Huiswerk
Afmaken
t/m opdr 27
foto's inleveren in Mijnschrift.nl, aub taggen T6 bs7
Voorbereiden (verplicht!)
alle gemaakte opdrachten nakijken en verbeteren!
Leren voor (oefen)toets! LLL + bs1 t/m bs7 (-bs5)
Optioneel
Vragen noteren over thema 6 voor de toets

Slide 44 - Tekstslide

Wat heb je deze les geleerd?

Slide 45 - Open vraag

Slide 46 - Tekstslide

eierstokken
De eileider
de baarmoeder
maagdenvlies
clitoris
Hier worden de eicellen gemaakt
Vervoert rijpe eicel richting baarmoeder
Hierin groeit het ongeboren kindje
randje slijmvlies aan begin van vagina
Gevoelig voor seksuele prikkels

Slide 47 - Sleepvraag