2.1 Geschiedenis en bevolking

Startklaar
1 / 39
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo, mavo, havo, vwoLeerjaar 1-6

In deze les zitten 39 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Startklaar

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Vorige les
Terugblik

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vorige les
Terugblik
A                C                C                C      

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Overzicht Periode 3
  • Thema: Zuid Amerika
  • Benodigde lesmaterialen: Boek, pen, schrift
Week 2
Week 3
Week 4
Week 5
Week 6
Week 7
Week 8
Week 9
Randstad
...
...
...
...
...

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

           Leerdoelen
Vandaag beginnen we met een nieuw hoofdstuk: arm en rijk in Zuid-Amerika.
We beginnen met de ontdekking van het continent en de migratiegolven. Tot slot bekijken we de bevolkingssamenstelling in verschillende landen, qua nationaliteit maar ook qua leeftijd.

Slide 6 - Tekstslide

3. Leerdoelgericht werken
De docent geeft het onderwerp, RTTI geformuleerde leerdoelen en de lesopbouw aan. De docent weet de leerdoelen goed te laten aansluiten bij de voorkennis en het (taal)niveau van de leerlingen. Gedurende de les wordt continu een terugkoppeling naar de leerdoelen gemaakt om de mate van beheersing te controleren.      
Een stukje geschiedenis

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

via Beringstraat

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. Migratie pre-koloniale tijd
Eerste bewoners trekken richting zuiden.
Nomaden vestigen zich in het Andesgebergte.
Akkerbouw op terrassen.
Het ontstaan van de hoogontwikkelde Inca cultuur.
Zelfvoorzienende nomaden in laagland.
Jacht, visserij, verzamelen en zwerflandbouw.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Conquistadores

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2. Migratie koloniale tijd (1494)
Spanje en Portugal sluiten het Verdrag van Tordesillas.
Op jacht naar kostbare delfstoffen.
Het economische zwaartepunt verschuift naar lagere delen.
Plantageteelt van producten voor de export.
Aanvoer van slaven uit Afrika.
Het aantal indianen neemt sterk af door ziekten.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Video

Deze slide heeft geen instructies

3. Migratie postkoloniale tijd
Grote migratiestroom leidt tot sterke sociale bevolkingsgroei.
Sneller en goedkoper vervoer door Industriële Revolutie/spoorwegen en stoomschepen. (...-... compressie)
De export van grondstoffen en levensmiddelen groeit sterk.
Veel immigranten worden boer of mijnwerker en vestigen zich in de steden.
Vooral in de kustgebieden ontstaan nieuwe steden.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4. Migratie moderne tijd
1. Intracontinentale migratie:
    Argentinië en Chili populair.
    Waarom?

2. Binnenlandse migratie:
     Groei van de steden

     Waarom?

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Zet de continenten op de juiste volgorde. 
Van meeste inwoners (1) naar minst aantal inwoners (6)
1
2
3
4
5
6

Slide 15 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bevolking Zuid-Amerika

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bevolkingspreiding
De bevolkingsspreiding is ongelijk.
Continentaal schaalniveau: 
- bevolkingsconcentratie in de kustzones
- lage bevolkingsdichtheid in het regenwoud, de bergen en in Patagonia
- uitzondering: het noordelijke deel van de Andes
Nationaal schaalniveau:
- Ecuador relatief dichtbevolkt, overige landen dunbevolkt
- opmerkelijk hoge verstedelijkingsgraad van 80% (Azië 50%)


Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Natuurlijke vs. sociale bevokingsgroei

Groei en ongelijke spreiding van bevolking te verklaren door:
  • geboorteoverschot
  • migratie (sociale bevolkingsgroei)

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Demografische ontwikkelingen
fase in demografische transitie:
  • vanaf 1930 derde fase
  • vanaf 1960 vierde fase
demografische druk neemt toe, want:
geboortecijfer daalt door onder andere 
geboortebeperking
sterftecijfer daalt door verbeterde 
voorzieningen

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Werkvorm: Oorzaak-gevolg
Oorzaken
Gevolgen
Hoge natuurlijke bevolkingsgroei
Ontstaan van megasteden 
Sterke sociale bevolkingsgroei
Favela vorming (informele stad)
kleine boeren geen perspectief
Sociale- en regionale ongelijkheid
Opkomst industrie in steden
Ruimtelijke segregatie
Verbetering transport en ICT

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Demografische ontwikkelingen (Z-Amerika)

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Demografische ontwikkelingen per land

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag
Lees paragraaf 2.1 
maak de opdrachten 1 (flimpje kijken), 2, 5, 7 en 8


Slide 24 - Tekstslide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. De docent start met modelleren en laat leerlingen vervolgens actief inoefenen. Volgens het 'ik-wij-jullie/jij-wij' principe wordt de ondersteuning geleidelijk afgebouwd. Er wordt gevarieerd in oefentypes en het leerproces wordt zichtbaar gemaakt, bijvoorbeeld met hardop denken opdrachten. Effectieve leerstrategieën zoals zelftesten, gespreid leren, schema’s maken, en samenvatten volgens de Cornell-methode worden expliciet aangeleerd. Dit herkneden van de lesstof helpt bij het bewerken van het lange termijn geheugen.
Veel vrouwen in Zuid-Amerika willen anticonceptie gebruiken.
⮕ Wat is hiervoor een belangrijke reden?
A
Ze willen gezonder eten
B
Ze willen minder vaak naar de dokter
C
Ze willen minder kinderen en meer kansen op een beter leven
D
Ze willen migreren naar andere landen

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Kleine gezinnen bieden vrouwen in Zuid-Amerika vaak meer kansen in het leven.
⮕ Wat is een belangrijk voordeel van een kleiner gezin voor vrouwen?
A
Meer tijd en middelen om te studeren of werken
B
Meer afhankelijkheid van familie
C
Grotere kans op armoede
D
Lagere behoefte aan anticonceptie

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

In bepaalde Zuid-Amerikaanse gemeenschappen willen mannen niet dat hun partner anticonceptie gebruikt.
⮕ Welke reden wordt hier vaak voor genoemd?
A
Anticonceptie wordt als te duur gezien
B
Mannen vertrouwen de effectiviteit van anticonceptie niet
C
Mannen willen controle houden over de vruchtbaarheid van hun vrouw
D
Anticonceptie is niet legaal in deze gebieden

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

armoede in het gezinVicieuse cirkel
armoede in het gezin
geen scholing
groot kindertal
vrouw blijft onontwikkeld
weinig of slecht werk
meer armoede
laag inkomen

Slide 28 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Sommige delen van Zuid-Amerika zijn nauwelijks bewoond. Dat heeft vaak te maken met de natuurlijke omstandigheden in die gebieden.
⮕ Wat is hiervoor de belangrijkste reden?
A
De gebieden zijn te warm en vochtig of juist te droog voor landbouw
B
De gebieden zijn te bergachtig om huizen te bouwen
C
De gebieden liggen te dicht bij rivieren en overstromen vaak
D
De gebieden zijn te ver verwijderd van grote steden

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke uitspraak over de ontwikkeling in bevolkingsdichtheid is juist?
A
De bevolkingsconcentraties namen in inwoneraantal toe, terwijl de dichtheid in de al lege gebieden nog verder terugliep.
B
Er was een grote migratiebeweging naar de lege gebieden, waardoor de bevolkingsdichtheid in de al volle gebieden afnam.
C
Vanuit het Andesgebied was er een sterke migratie naar het Amazonegebied.
D
De dichtbevolkte gebieden werden nog dichter bevolkt, het bevolkingsaantal in de lege streken nam eveneens toe.

Slide 30 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

5b. Waarom verbouwden de kolonisatoren in de lagere delen van Zuid-Amerika wel landbouwproducten voor de export?
A
De vraag daarnaar was groot in het steeds welvarendere Europa (omdat deze producten daar niet werden verbouwd).
B
Er waren in de lage delen veel goed bevaarbare rivieren om de goederen naar de kust te vervoeren.
C
Buiten het Andesgebergte waren weinig delfstoffen te vinden, dus zochten ze naar alternatieven.
D
Ze konden beschikken over goedkope Europese arbeidskrachten op de plantages.

Slide 31 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

6a. Welke producten werden vooral via het spoorwegennet vanuit het binnenland naar de kust vervoerd?
A
Textiel, thee en ijzererts
B
Aardolie, katoen en goud
C
Koper, koffie en tabak
D
Bananen, graan en steenkool

Slide 32 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

7b. Binnen Zuid-Amerika verhuizen veel mensen van het ene naar het andere land. Deze migratiestromen worden vaak beïnvloed door economische omstandigheden.
⮕ Waarom trekken mensen binnen Zuid-Amerika naar andere landen?
A
Omdat het klimaat in het buurland meestal milder is
B
Omdat ze dichter bij familie willen wonen
C
Omdat het onderwijsniveau er lager ligt
D
Omdat rijkere landen meer werkgelegenheid en kansen bieden

Slide 33 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

8a. Bij het meten van ontwikkeling in een land wordt soms het sterftecijfer gebruikt. Toch is dit niet altijd een betrouwbare graadmeter.
⮕ Waarom is het sterftecijfer minder geschikt om ontwikkeling mee te meten?
A
In ontwikkelde landen overlijden meer mensen door geweld
B
Het sterftecijfer houdt geen rekening met leeftijdsopbouw van de bevolking
C
In ontwikkelde landen wordt het sterftecijfer niet bijgehouden
D
Het sterftecijfer is in alle landen ongeveer gelijk

Slide 34 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Terugkijken 
op de leerdoelen
Vandaag beginnen we met een nieuw hoofdstuk: arm en rijk in Zuid-Amerika.
We beginnen met de ontdekking van het continent en de migratiegolven. Tot slot bekijken we de bevolkingssamenstelling in verschillende landen, qua nationaliteit maar ook qua leeftijd.

Slide 35 - Tekstslide

8. Afsluiting
De docent controleert in de slotfase van de les of de leerdoelen door alle leerlingen behaald zijn en plaatst de les in de context van de betreffende periode. De docent evalueert samen met de leerlingen het leren en het gedrag en blikt vooruit aan de hand van de JdW-planner.

           Begrippen
           uit deze les
prekoloniale migratie
migratie in de koloniale tijd
postkoloniale migratie
bevolkingsspreiding
intracontinentale migratie
binnenlandse migratie
demografische transitie
demografische druk

Slide 36 - Tekstslide

8. Afsluiting
De docent controleert in de slotfase van de les of de leerdoelen door alle leerlingen behaald zijn en plaatst de les in de context van de betreffende periode. De docent evalueert samen met de leerlingen het leren en het gedrag en blikt vooruit aan de hand van de JdW-planner.

Atlaskaarten

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oud examenopdracht

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afsluitende foto
Wat zie je?
Waar komt dit voor?
Waarom komt dit hier voor?
Is dit gewenst?
Komt dit overal zo voor? 

Slide 39 - Tekstslide

Beschrijving van de openingsfoto
De Sierra Nevada de Santa Maria in Colombia is 5.700 m hoog en ligt op slechts 40 km van de kust.