H6 3a

H6 3a
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
LatijnMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 20 min

Onderdelen in deze les

H6 3a

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Determineer:
circumtuli 
(r. 1)
1
2
3
ev
mv
ind
imp
conj
prae
impf
fut
pf
plq pf
fut ex
A
P

Slide 3 - Sleepvraag

Wat is dan de vertaling van
circumtuli oculos ?
Zie aant.

Slide 4 - Open vraag

Wat is de vertaling van video (r. 1)

Slide 5 - Open vraag

Wat is het LV bij video?

Slide 6 - Open vraag

plena congrueert met omnia.
plenus = vol van + gen
gen = animorum en roboris

Schrijf de vertaling op t/m roboris.

Slide 7 - Tekstslide

veteranum t/m pugnaturos
Dit is allemaal bijstelling bij omnia:
Dit is wat/wie Hannibal ziet.

Neem de aant en vertaling over van de volgende slide.

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Determineer:
inferimus
(r. 6)
1
2
3
ev
mv
ind
imp
conj
prae
impf
fut
pf
plq pf
fut ex
A
P

Slide 10 - Sleepvraag

Wat is dan de vertaling van
bellum inferimus?
Zie aant.

Slide 11 - Open vraag

Determineer:
descendimus
(r. 6)
1
2
3
ev
mv
ind
imp
conj
prae
impf
fut
pf
plq pf
fut ex
A
P

Slide 12 - Sleepvraag

Wat is dan de vertaling van
descendimus?

Slide 13 - Open vraag

Wat verwacht je bij descendimus?
A
een LV
B
een MV
C
een aanvulling in de abl
D
een BwB van richting

Slide 14 - Quizvraag

Wat is de BwB van richting?

Slide 15 - Open vraag

Vertaal nu de onderstaande zin en noteer de vertaling in je schrift.

Slide 16 - Tekstslide

Neem de aant en vertaling over van de volgden slide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

comparativus-vergelijking
Bij een comparativus staat hetgeen waarmee je vergelijkt in de ablativus (ablativus comparationis) of wordt voorafgegaan door het woordje quam en het staat dan in dezelfde vorm als het woord waar de comparativus betrekking op heeft.


Slide 19 - Tekstslide

comparativus-vergelijking
In deze zin komt de comp 2x voor met quam:
1. audacius fortiusque quam hostis (hostis staat in de nominativus, want comp zegt iets over hoe het onderwerp iets doet).
2. maior est animus inferentis vim quam arcentis (arcentis staat in de genitivus omdat maior betrekking heeft op inferentis)



Slide 20 - Tekstslide

Determineer:
accendit 
(r. 9)
1
2
3
ev
mv
ind
imp
conj
prae
impf
fut
pf
plq pf
fut ex
A
P

Slide 21 - Sleepvraag

Wat is dan de vertaling van
accendit?

Slide 22 - Open vraag

Determineer:
stimulat
(r. 10)
1
2
3
ev
mv
ind
imp
conj
prae
impf
fut
pf
plq pf
fut ex
A
P

Slide 23 - Sleepvraag

Wat is dan de vertaling van
stimulat?

Slide 24 - Open vraag

Wat is het onderwerp bij accendit en stimulat?
A
dolor
B
iniuria
C
indignitas
D
alle 3

Slide 25 - Quizvraag

Welke functie verwacht je nog meer bij accendit en stimulat?
A
LV
B
MV
C
aanv in de abl
D
BwB

Slide 26 - Quizvraag

Wat is het LV?

Slide 27 - Open vraag

Vertaal nu de onderstaande zin en noteer in je schrift.

Slide 28 - Tekstslide