oefenen voor de toets

lekker oefenen
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
TaalHBOStudiejaar 1

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

lekker oefenen

Slide 1 - Tekstslide

Dinsdag open avond 2jdt.
Kyra schuift online aan voor een voorlichting over de pabo.
Ze wil te weten komen of de studie iets voor haar is.

Welke luisterstrategie past zij toe?
A
kritisch luisteren
B
globaal luisteren
C
intensief luisteren
D
gericht luisteren

Slide 2 - Quizvraag

Juf Mariëlle leest het boek de Gruffalo voor. Ze stelt de kinderen voor ze gaat lezen de vraag: Welke kleur heeft de tong van de Gruffalo?

Welke luisterstrategie moeten de leerlingen toepassen?
A
Intensief luisteren
B
globaal luisteren
C
kritisch luisteren
D
gericht luisteren

Slide 3 - Quizvraag

tussendoelen beginnende geletterdheid
Tussendoelen:
1. boekoriëntatie
2. verhaalbegrip
3. functies van geschreven taal
4. relatie tussen gesproken en geschreven taal
5. taalbewustzijn
6. alfabetisch principe
7. functioneel lezen en schrijven
8. technisch lezen en schrijven, start
9. technisch lezen en schrijven, vervolg
10. begrijpend lezen en schrijven.

Slide 4 - Tekstslide

Juf Gerda heeft een vogelmuseum bij het thema vogels met de kinderen ingericht. Hierin kunnen de kinderen hun zelfgemaakte vogels tentoonstellen. Bij elke vogel staat een bordje: mus, ooievaar, reiger, merel.
Aan welk tussendoel beginnende geletterdheid wordt hier gewerkt?
A
alfabetisch principe
B
functies van geschreven taal
C
relatie tussen gesproken en geschreven taal
D
taalbewustzijn

Slide 5 - Quizvraag


Juf Astrid wil vragen formuleren op het niveau van de leerlingen. Ze wil voor een taalsterke leerling vragen formuleren op het niveau ‘projecteren’. Welke vraag is hiervoor geschikt?”

Slide 6 - Open vraag

In de klas van juf Ayse zit sinds enkele weken een nieuwe leerling: Pjotr. Hij is 5 jaar en is 3 maanden in Nederland.
Op welk niveau van de cognitieve taalfuncties kan juf Ayse het best haar vragen aan Pjotr formuleren?
Beargumenteer je antwoord

Slide 7 - Open vraag

Meester Lau stelt bij een praatplaat de volgende vraag: “Waarvoor gebruikt Bas de boter?” Op welk niveau is deze vraag gesteld?
A
Rapporteren – vergelijken
B
Rapporteren – beschrijven
C
Logisch redeneren – oorzaak-gevolgrelatie leggen
D
Logisch redeneren – middel-doelrelatie leggen

Slide 8 - Quizvraag

Juf Ayse heeft de volgende woorden op het bord geschreven: de vitamine, het menu, de kruiden, ongezond

Kies uit bovenstaande woorden één woord waarvoor je een non-verbale semantiseringstechniek zou kunnen gebruiken en beargumenteer je keuze.

Slide 9 - Open vraag

de vitamine, het menu, de kruiden, ongezond

Kies uit bovenstaande woorden één woord waarvoor je een verbale semantiseringstechniek zou kunnen gebruiken en laat zien hoe je dit woord verbaal semantiseert.

Slide 10 - Open vraag


Welke semantiseringstechniek gebruik je bij het woord fruit? Beschrijf kort je aanpak

Slide 11 - Open vraag

Er liggen verschillende boeken op de thematafel. Patrick van 4 jaar en 6 maanden pakt een boek en gaat lezen op zijn manier. Wat zou je kunnen zien? Welke fase van pseudolezen?

Slide 12 - Open vraag

Meester Cyriel gebruikt de handpop Jan Klaasen. Jan Klaasen heeft zijn hoofd gestoten en kan nu alleen maar woorden zeggen in stukjes.
Waar is dit een goede oefening voor?

Slide 13 - Open vraag

Het thema is Monsters. Bedenk een auditieve objectivatie oefening.

Slide 14 - Open vraag

Wat is een klankzuiver woord?
A
baard
B
doos
C
keer
D
sneeuw

Slide 15 - Quizvraag

In welke volgorde zou je deze woorden aanbieden volgens de leerstofordening?

sluipt, kop, poes, krul

Slide 16 - Open vraag

De drie uitjes hebben vooral betrekking op de semantische identiteit. Uiteraard zijn de andere identiteiten van het woord ook van belang om op te slaan in het woordgeheugen.
Noem 3 andere identiteiten

Slide 17 - Open vraag