Leidinggeven week 7 (H3 Communicatie)

1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
Management GeneriekMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Hoe noem je het als de ontvanger van een boodschap een boodschap terugstuurt naar de verzender?
timer
0:20
A
Tikkie terug
B
reactie
C
Feedback
D
Feedforward

Slide 5 - Quizvraag

Geef een voorbeeld van externe ruis
timer
1:00

Slide 6 - Open vraag

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Een manager stuurt een brief over de nieuwe huisregels naar al zijn medewerkers. Is dit verbale of non-verbale communicatie?
timer
0:20
A
Verbaal
B
non-verbaal

Slide 9 - Quizvraag

Een vulploegleider maakt een praatje met 1 van zijn vullers terwijl hij ondertussen even helpt met vullen. Hij is benieuwd
hoe het met de vuller gaat. Is dit formeel of informeel?
timer
1:00
A
formele communicatie
B
informele communicatie

Slide 10 - Quizvraag

Middels een persconferentie spreekt de premier jou toe over de maatregelen omtrent Corona. Is dit eenzijdige of tweezijdige communicatie?
timer
0:20
A

Slide 11 - Quizvraag

Geef een voorbeeld van interne communicatie bij jouw stagebedrijf
timer
1:00

Slide 12 - Open vraag

Slide 13 - Tekstslide

Wat is GEEN kenmerk van een directief gesprek
A
zakelijk
B
Oriënterend
C
richtinggevend
D
resultaatgericht

Slide 14 - Quizvraag

Slide 15 - Tekstslide


Bij welke gesprekstechniek heeft 1 persoon de regie in handen en heeft de gesprekspartner helemaal geen inbreng
A
Tell and listen
B
Tell and sell
C
Autoritair gesprek
D
Problem solving

Slide 16 - Quizvraag

De Supermarktmanager zegt tegen teamleider: 'Ik hoorde dat je een woordenwisseling had met een collega. Dit was luidruchtig. Wil je deze discussie de volgende keer voorkomen?'
Van welke vorm is sprake?
A
Tell and Listen
B
Tell and Sell
C
Problem solving

Slide 17 - Quizvraag

Slide 18 - Tekstslide

LSD, de D staat voor Doorvragen. Wat is GEEN voorbeeld van doorvragen.
A
Wat bedoel je met 'de laatste tijd'?
B
Wat is jouw naam?
C
Kun je een voorbeeld hiervan noemen?
D
Van wie heb je dat gehoord?

Slide 19 - Quizvraag

Slide 20 - Tekstslide

Beschrijf minimaal 2 feedbackregels

Slide 21 - Open vraag

Uit hoeveel stappen bestaat de sandwichmethode voor het geven van feedback?
timer
0:20
A
twee
B
drie
C
vier
D
vijf

Slide 22 - Quizvraag

Slide 23 - Tekstslide

Waar staat de letter O voor in de GROW-methode?
A
Options
B
Opportunity's
C
Oplossingen
D
Onderdelen

Slide 24 - Quizvraag

Waar staat de W voor in de GROW-methode?
A
Wishes
B
Wrap-up
C
Waarheden

Slide 25 - Quizvraag

Slide 26 - Tekstslide

Voor welk gesprek is de STARR-methode uitermate geschikt?
A
beoordelingsgesprek
B
Sollicitatiegesprek
C
slecht nieuwsgesprek

Slide 27 - Quizvraag

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide