Week tegen pesten 2022-2023

1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
MentorlesPraktijkonderwijsLeerjaar 1-4

In deze les zitten 32 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Pesten

Slide 4 - Tekstslide

Maak een woordweb met leerlingen
Pesten
Welke manieren van pesten ken je ?

Slide 5 - Tekstslide

Maak een woordweb met leerlingen
Pesten
Hoe komt het dat er gepest wordt?

Slide 6 - Tekstslide

Maak een woordweb met leerlingen
Hoe zit pesten in elkaar ?
Pesten

Slide 7 - Tekstslide

Maak een woordweb met leerlingen

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Humor is heel divers. Niet iedereen vindt hetzelfde leuk. De één kan keihard lachen als iemand uitglijdt over een bananenschil terwijl de ander juist de slappe lach krijgt van een goede, slimme woordgrap. En verschillende (sub)culturen hebben ook verschillende vormen van humor.

In deze les gaan we onderzoeken wat humor is, waar het vandaan komt en wat jullie zelf echt grappig vinden. Wanneer is iets een ‘goede’ of juist ‘slechte’ grap? Mag alles zomaar onder het mom van ‘grapje’, en wat doe je als je iets echt niet vindt kunnen? Zijn er eigenlijk ‘regels’ voor een grap? En zo ja… wie bepaalt die dan? We bekijken samen verschillende kanten van ‘humor’ en vertellen elkaar ook wat jij zelf écht grappig vindt, want (heel belangrijk!) lachen is hartstikke gezond!

Deze les is ontwikkeld voor de Week tegen Pesten 2022, met het thema: ‘Grapje? Moet toch kunnen?!’

Slide 11 - Tekstslide

Wat zegt het woordenboek over humor?

“Humor is het vermogen om iets wat als grappig, amusant of geestig wordt ervaren aan te voelen, te waarderen of tot uitdrukking te brengen. Humor kan ook een aanduiding zijn van de expressie van iets komisch of grappigs in woord, daad of geschrift.”*

*Webster's New World Dictionary of the American Language. Second College Edition, Simon and Schuster, 1982

Slide 12 - Tekstslide

Lachen is gezond!

Dat lachen leuk is en goed voelt, dat weet iedereen.
Maar wist je dat het ook daadwerkelijk goed is voor je lijf en je hoofd?
Lachen…

… is goed voor het immuunsysteem.
… vermindert stress.
… zorgt voor een verbetering van de conditie en betere ontspanning.
… maakt je knapper!
… zorgt voor verbinding met mensen om je heen!

Slide 13 - Tekstslide

Dezelfde humor?

Iedereen heeft een andere voorkeur van humor. Ook hebben verschillende (sub)culturen andere vormen van humor. Een simpel voorbeeld: jij lacht waarschijnlijk met je vrienden om andere dingen dan je familie. En die ene oom met die flauwe grappen waar je tante zo hard om lacht... die is toch echt niet grappig?

Iedereen heeft een voorkeur. Dat is niet zomaar, wist je dat die voorkeur ergens vandaan komt?

Slide 14 - Tekstslide

Hoe zit dat?

Die ene docent Frans snapt jullie grappen en memes helemaal niet maar ze doet zelf wel veel (freaky) tik-tokdansjes met knetterveel likes… iiieuw. Hoe zit dat?

Simpel, je voorkeur van humor komt ergens vandaan! Je kunt verschillende categorieën maken.

1.    Vanuit huis – Je bent opgegroeid met bepaalde vormen van humor. Je begrijpt die goed en kan die goed volgen. Het past bij je.

2.    Vrienden en omgeving – Op school maak je misschien wel andere grappen dan thuis. In je omgeving worden dingen grappig gevonden of niet. Wat op de ene plek en vooral op een bepaald moment grappig is verschilt. Soms kun je grappen ook niet echt navertellen. Het was alleen grappig op dat moment met die groep (in die context).

3.    Leeftijd – Humor is ook leeftijdsgebonden. Poep- en piesgrappen zijn leuk voor je neefje van drie, maar als je ouder bent niet echt meer. Politieke grappen zijn vaak ook leuker als je ouder bent.

4.    Persoonlijke voorkeur – Daarnaast past jouw voorkeur ook gewoon bij je persoonlijkheid! Wie jij bent, met jou normen en waarden, speelt ook zeker een rol. Je vindt dan dingen gewoon leuk of niet.

Slide 15 - Tekstslide

Wat past bij jou?
Verdeel de klas in duo’s. Deel per duo een werkblad uit.

Welke vormen van humor zijn er allemaal?  In duo’s gaan jullie verschillende vormen van humor bespreken en uitwisselen welke vorm jouw voorkeur heeft. Waar kun jij echt lekker om lachen? Wat past bij jou? Zijn jullie hetzelfde of juist helemaal niet?
 
Bedenk bij elk van de vier vormen van humor samen één duidelijk voorbeeld en noteer deze op het werkblad.

Slide 16 - Tekstslide

Vorm 1:  Slapstick & practical jokes

Slapstick is een soort komedie waarin lichaamstaal een belangrijke rol speelt en waarbij de grappige situaties snel achter elkaar worden opgevolgd. Vroeger, toen er nog geen stemmen bij film waren, werd dit veel toegepast.
Het klassieke voorbeeld van onvermijdelijke glijpartij over de bananenschil, de taarten in iemands gezicht, het filmpje van tante Truus die eerst vrolijk zwaait voordat ze door het ijs zakt,  maar ook het overdreven gekke-bekken-trekken van komieken horen daar bij.
Dit heet ook wel: physical comedy.

Een practical joke (ook wel prank genoemd) is een plagerige grap die tot doel heeft verwarring, verbijstering, ongemak of schaamte teweeg te brengen bij degene met wie de grap wordt uitgehaald. Uiteindelijk wordt vaak verteld hoe de zaak werkelijk in elkaar stak. Verborgen-cameragrappen zijn hier voorbeelden van.  

Filmpje: https://www.youtube.com/watch?v=UL7apmezYpY

Ken je zelf slapsticks of practical jokes waar je echt (hard) om hebt moeten lachen?  
Noteer samen een goed voorbeeld wat jullie grappig vinden. (Meer leuke voorbeelden? Dat mag!)



Slide 17 - Tekstslide

Vorm 2: Woordgrappen, moppen & oneliners

Woordgrappen: ‘Is Bert Er-nie?’ Of ‘Kom op Jennifer, Lo-pez door’ ‘Het is groen en het plakt: Kermit de Sticker’… Woordgrappen… wie kent ze niet?

Moppen:
“Welke coureur kan het verst lopen? Antwoord: Max Ver-stappen."

En oneliners: De gevatte uitspraken van Loesje.

Ken je zelf woordgrappen, moppen of oneliners waar je echt (hard) om hebt moeten lachen?  Noteer samen een goed voorbeeld wat jullie grappig vinden. (Meer leuke voorbeelden…? Dat mag!)


Slide 18 - Tekstslide

Vorm 3: Typetjes, parodieën en karikaturen

Een typetje
is een fictief, komisch personage met sterk uitvergrote eigenschappen en karaktertrekjes. Veel typetjes zijn dan ook stereotypen die clichés bevestigen. Een typetje wordt doorgaans gespeeld en gecreëerd door één acteur.

Een karikatuur
doet eigenlijk hetzelfde alleen dan is de basis een bestaand persoon of een echte situatie.

Een parodie of persiflage
is een spottende nabootsing van een film of situatie. Vaak worden hierbij herkenbare eigenschappen van het origineel overdreven of uitvergroot.

Ken je zelf typetjes, een karikatuur of persiflage waar je echt (hard) om hebt moeten lachen? Noteer samen een goed voorbeeld wat jullie grappig vinden. (Meer leuke voorbeelden? Dat mag!)

Slide 19 - Tekstslide

Vorm 4: Spotprenten & memes

Een cartoon of spotprent
is een humoristische tekening, soms voorzien van een onderschrift, die kan gebruikt worden als commentaar of kritiek op actuele gebeurtenissen of maatschappelijke trends.

Een meme is een grappige afbeelding of filmpje met tekst die verspreid wordt via sociale media. Het gebeurt vaak met een zelfde soort afbeelding/filmpje, dat steeds wordt aangepast met een nieuwe tekst om het nóg grappiger te maken.

Ken je zelf memes of spotprenten waar je echt (hard) om hebt moeten lachen? Noteer samen een goed voorbeeld wat jullie grappig vinden. (Meer leuke voorbeelden…? Dat mag!)


Slide 20 - Tekstslide

Vorm 5: Wat missen jullie nog?

Er zijn natuurlijk nog meer manier om echt met elkaar te lachen tot je er buikpijn van hebt. Welke vorm missen jullie nog? Heb je laatst nog gelachen om iets heel anders?

Overleg en schrijf op welke vorm jullie nog missen. Verzin hier uiteraard ook een goed voorbeeld bij!


Slide 21 - Tekstslide

En…? Wat past bij jou?

Kleur nu als laatste opdracht het hartje in op het kaartje met de vorm van humor die jouw voorkeur heeft!

Bespreek klassikaal deze opdracht na. Hulpvragen:
  • Welke vorm(en) van humor vinden jullie het leukst?
  • Welke vorm van humor vind je echt helemaal niks?
  • Heb je een nieuwe ontdekt door je klasgenoot?
  • Welke vorm van humor heb je (denk je) van huis uit meegekregen?
  • Welke vorm past goed bij je en waarom?
  • Zou je je in een andere vorm van humor willen verdiepen?

Slide 22 - Tekstslide

Samen lachen is gezond!

Samen lachen is hartstikke gezond en het verbindt mensen. Door te lachen maak je een gelukshormoon aan en voel je je ook echt beter. Ook verbindt het mensen, als je namelijk samen over iets kan lachen dan zit je op één lijn en begrijp je elkaar.

Dat geeft een goed gevoel. Samen lachen is dus heel gezond.

Slide 23 - Tekstslide

Maar let op… lachen kan ook buitensluiten!

Lachen is natuurlijk hartstikke leuk! Maar let op, lachen kan ook bedoeld of onbedoeld iemand buitensluiten.

Stel je voor:

Je loopt ergens binnen en achter je hoor je ineens gegiechel. Als je je omdraait zie je een groepje dat duidelijk aan het lachen is. Als een van hen dan ook nog eens heel duidelijk naar jou kijkt en je weet waar het over gaat (en ze je niet bij de grap betrekken)…

Hoe zou dat dan voelen?
Wat denken jullie?

TIP: Laat hier eventueel ruimte voor persoonlijke ervaringen/verhalen. Je kunt er naar vragen of juist zelf (eerst) een persoonlijk voorbeeld noemen om een veilige sfeer te bewaken.

Slide 24 - Tekstslide

Uitlachen en pesten

Wanneer is een grap dan pesten, of begint het daarop te lijken?
  • Als er sprake is van een machtsverschil (grap ‘omlaag’, uitleg volgt bij slide 17)
  • Als de intentie van de grap is om opzettelijk te kwetsen
  • Als de grappen steeds over een zelfde persoon gaan
  • Als het (te) vaak of heel regelmatig gebeurt

Slide 25 - Tekstslide

Zijn er regels voor grappen?

Er zijn in principe geen ‘regels’ voor het maken van grappen. Wel wordt er gezegd dat grappen die (zoals bij de vorige slide benoemd) gemaakt zijn om te kwetsen niet echt een positief effect hebben. Tuurlijk lachen er wel mensen om maar het is eigenlijk niet zo oké en best lelijk.

Een goede grap is een grap omhoog, wordt gezegd. Dat betekent dat je grappen maakt over situaties of personen die op een hoge positie staan. Met humor kun je namelijk goed tegen de gevestigde orde aan schoppen. Je kunt dan heel kritisch zijn en dat verpakken in een goede grap.

Denk aan grappen over het koningshuis of Lubach die de politiek op de hak neemt. Dat zijn grappen over mensen met veel macht, we noemen dat een grap 'omhoog'.  

Slide 26 - Tekstslide

Maar we doen het vooral andersom, een grap omlaag

Uit onderzoek blijkt dat mensen over het algemeen grapjes omlaag maken. Dan gaan de grappen juist over mensen of groepen met minder machtige posities. Dat kan lelijk of kwetsend zijn en soms zelfs behoorlijk discrimineren.

Dat is geen goede zaak en dan zorgen grappen juist voor verdeeldheid (de ene groep tegen de andere) in plaats van dat humor mensen verbindt.

Slide 27 - Tekstslide

Nou nou, het was maar een grapje hoor!

Een grap mag nooit als excuus gebruikt worden om gewoon iets lelijks te zeggen.
De intentie van een grap is ontzettend belangrijk. Je kan heus wel kritisch zijn met een grap en dat kan soms best tegen het randje zitten. De beste grappen ‘schuren’ ook altijd wel een beetje.

Maar sommige mensen maken een grap met een lelijke intentie. Ze komen er dan soms mee weg door te zeggen: ‘Oh…het was maar een grapje’. Het kan dan lastig zijn hier goed op te reageren.  

Slide 28 - Tekstslide

Hmmm, volgens mij ging dat niet helemaal lekker...

Toch is het belangrijk om, als een grap of opmerking niet zo goed voelt, er nog eens over na te denken. Misschien heb je zelf een grap gemaakt die niet lekker aankwam of stond je erbij.

Bedenk dan dat je er altijd op kan terugkomen. Het is nooit te laat om te leren en om je twijfels uit te spreken! Je kan altijd bij degene checken tegen wie de grap of opmerking was of die het als kwetsend heeft ervaren.
Als dat zo is, dan voelt diegene zich juist wél gezien en door jou gesteund. En je mag ook best van je fouten leren, dat is helemaal niet zo erg!

Slide 29 - Tekstslide

Weet je wat nou zo belangrijk is?

DIT!
Met elkaar bespreken waar we blij van worden en hoe we samen kunnen lachen. En vooral niet anderen er pijn mee proberen te doen. Want lachen is gezond!



Slide 30 - Tekstslide

Geintje natuurlijk! Reflectie

Bespreek met de klas hoe deze les was aan de hand van de volgende voorbeeldvragen:
  • Wat nemen jullie mee uit deze les?
  • Wat heb je geleerd over de humor van je duomaatje?
  • Heb je misschien wel iets geleerd over je eigen humor?
  • Weet je wat je nu kan doen als een grap niet lekker aankomt/verkeerd valt?

Slide 31 - Tekstslide

Evaluatie

Vul deze vragenlijst (9 vragen) zelf in of met je klas!
Wij zijn heel blij met alle reacties, tips en feedback.

Alvast bedankt!

Team educatie / Respect Foundation

Slide 32 - Tekstslide

Lege slide

Vrij inzetbaar