4.4 Beeld en geluid

Leerdoel
  • 8.1.1 Je kunt een aantal geluidsbronnen noemen.
  • 8.1.2 Je kunt uitleggen hoe het geluid van een luidspreker zich verspreidt tot je oren het geluid opvangen.
  • 8.1.3 Je kunt uitleggen wat een tussenstof is.
  • 8.1.4 Je kunt de geluidssnelheid in lucht van 20 °C noemen.
  • 8.1.5 Je kunt beschrijven hoe je geluid hoort.
  • 8.1.6 Je kunt berekenen welke afstand geluid heeft afgelegd in verschillende tussenstoffen.

In een gebied hebben verschillende soorten relaties met elkaar. Ook planten of dieren van dezelfde soort hebben invloed op elkaar. Ze kunnen samenwerken of met elkaar concurreren.




1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
Nask / TechniekMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Leerdoel
  • 8.1.1 Je kunt een aantal geluidsbronnen noemen.
  • 8.1.2 Je kunt uitleggen hoe het geluid van een luidspreker zich verspreidt tot je oren het geluid opvangen.
  • 8.1.3 Je kunt uitleggen wat een tussenstof is.
  • 8.1.4 Je kunt de geluidssnelheid in lucht van 20 °C noemen.
  • 8.1.5 Je kunt beschrijven hoe je geluid hoort.
  • 8.1.6 Je kunt berekenen welke afstand geluid heeft afgelegd in verschillende tussenstoffen.

In een gebied hebben verschillende soorten relaties met elkaar. Ook planten of dieren van dezelfde soort hebben invloed op elkaar. Ze kunnen samenwerken of met elkaar concurreren.




Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan het werk! NOVA!
Wat? 8.1 Geluid maken en horen- opdrachten 1 t/m 16.

Waar? In Magister.me in de studiewijzer mens en natuur. 

Klaar? Test jezelf. 
Niet af? Dan is het Huiswerk!!!

timer
1:00

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Terugblik

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De snelheid van geluid door lucht (20°C ) is
A
343 km/h
B
1000m/s
C
343 m/s
D
100 lichtjaren

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar kan geluid zich niet doorheen bewegen?
A
Lucht
B
Water
C
Beton
D
Vacuüm

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe hoger de toon, hoe hoger de ...
A
Geluidssterkte
B
Frequentie
C
Spanning
D
Temperatuur

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de laagste frequentie die de mens kan horen?
A
2 Hz
B
20 Hz
C
200 Hz
D
20000 Hz

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe noemen we geluid dat wordt teruggekaatst?
A
Sonar
B
Trillingen
C
Echo
D
Frequentie

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Oscilloscoop
We kunnen geluid zichtbaar maken. Dit doen wij met een oscilloscoop. 

EEN WAT!?
OS-CIL-LO-SCOOP

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oscilloscoop
Hiermee kun je de frequentie berekenen. (Hertz = Hz). Dus hoeveel trillingen in een seconde. 
Hiermee kun je de trillingstijd berekenen. Hoe lang een trilling duurt. (Seconden = s)


Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bij lage tonen weinig trillingen
Bij zachte tonen zijn de trillingen "platter"
Bij hoge tonen veel trillingen
Bij harde tonen zijn de trillingen "hoger"

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Berekening frequentie
1 trilling is een compleet golfje. Van startpunt naar boven, naar beneden en weer terug bij startpunt. 


Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Berekening frequentie
De tijd die het geluid erover doet om 1 trilling te laten verstrijken is de trillingstijd. 

frequentie=trillingstijd1

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Berekening trillinstijd
Trillingstijd is de tijd die nodig is om een trilling te laten verstrijken ( ). 
Een frequentie van 200 Hz betekent 200 trillingen in 1 seconde. Dus de tijd die één trilling duurt is dan 

De trillingstijd is dan 0,005 s. 
De formule voor trillingstijd is 
2001=0,005s
trillingstijd=frequentie1
Trillingstijd

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Bereken de frequentie

Slide 17 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Berekening frequentie
1 hokje is 0,1 seconde.

Wat is de trillingstijd? 
Wat is de frequentie?
Een trilling neemt 10 hokjes in beslag. 
1 hokje = 0,1 seconden
10 hokjes is 0,1 x 10 = 1 seconde
1 trilling duurt 1 seconde
De frequentie is 1/trillingstijd. 
De frequentie 1 / 1
De frequentie is 1 Hz. 

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

de eenheid van frequentie is...
A
milliseconde
B
amplitude
C
hertz
D
trillingstijd

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe snel gaat geluid?

Is afhankelijk van de tussenstof. 
In lucht is het 343 m/s. Maar bijvoorbeeld door water is het sneller (1480 m/s).
Om de afstand van een elektrische storm te berekenen gebruik je de formule :
             afstand = snelheid x tijd. 
Je ziet de bliksem en 5 seconde later hoor je het gerommel van de donder. Hoever is de bliksem van jou ingeslagen? 
snelheid van het geluid = 343 m/s
tijd 5 seconden. 
afstand = snelheid x tijd
afstand = 343 x 5 = 1715
de afstand tot de blikseminslag is 1715 meter of 1,715 kilometer

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

0

Slide 21 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Hoera!!! Een quizje!

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4 schermen van een oscilloscoop. Zet ze op volgorde van harde naar zachte tonen

Slide 23 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

4 schermen van een oscilloscoop. Zet ze op volgorde van hoge naar lage tonen

Slide 24 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies


Deze oscilloscoop is ingesteld op 1 hokje = 0,001 sec.
Bereken de frequentie.
A
0,01 Hz
B
100 Hz
C
10 Hz
D
1 Hz

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Frequentie is het aantal trillingen per
A
Minuut
B
Seconde
C
Uur

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De eenheid van frequentie is?
A
Hertz
B
Seconde

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe hoger de frequentie hoe ...... het geluid
A
Harder
B
Hoger
C
Lager
D
Zachter

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Als de frequentie 440 Hz, dan is de trillingstijd?
A
0,00227 seconde
B
0,0227 seconde
C
0,000227 seconde
D
0,227 seconde

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de trillingstijd als de frequentie 150 hertz is?
A
0,00667 seconde
B
0,0667 seconde
C
150 seconde
D
1,5 seconde

Slide 30 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Als er 9 tellen tussen de flits en de donder zit. Dan is het onweer ongeveer ....km van je vandaan
A
12
B
9
C
4
D
3

Slide 31 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Grootheid
Symbool
Eenheid
Symbool
      T
       f
frequentie
hertz
Hz
seconde
trillingstijd
s

Slide 32 - Sleepvraag

BELANGRIJKE VRAAG. Ook vermelden laten we hier traditie van maken. Dit is ook vraag 1 van de repetitie. 
Laat met een berekening in je schrift zien wat de trillingstijd is van een toon met een frequentie van 12000 Hz. Maak een foto van de berekening en zet deze hier neer.

Slide 33 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Maken:
Opdracht 3 blz 148
Opdracht 6 t/m 8  blz 149 
Opdracht 9 t/m 11 blz 149 en 150
Opdracht 12 t/m 15 bls 150 en 151
Opdracht 21 en 25 bls 144
Lezen? blz 90 t/m 92 Leerboek


timer
1:00

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maak foto's van de gemaakte opdrachten en zet ze hier neer.

Slide 35 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Nakijken
3
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies