Taalontwikkeling

1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
Pedagogisch werkMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Tussen de 6 wk en 4 maanden gaat de baby vocaliseren, wat is dat?

Slide 10 - Open vraag

Wat betekent prelinguale of preverbale fase?
A
Als een kind al praat
B
Voordat het kind praat
C
Als kinderen heel vroeg gaan praten
D
Als kinderen pas laat gaan praten

Slide 11 - Quizvraag

De linguale ofwel talige fase bestaat uit 3 fasen, welke hoort er NIET bij?
A
Voltooiingsfase
B
Experimentatiefase
C
Vroeglinguale fase
D
Differentatiefase

Slide 12 - Quizvraag

Een kind gebruikt de woorden; poes, mama, aap. Dit zijn woorden die horen bij...
A
Passieve woordenschat
B
Denkbeeldige woordenschat
C
Actieve woordenschat
D
Taalgebruik van het kind

Slide 13 - Quizvraag

Een kind (2 jaar) gebruikt een tweewoordzin, in welke taalfase zit dit kind?
A
De prelinguale fase
B
De voltooiingsfase
C
De differentiatiefase
D
De vroeglinguale/ vroegtalige fase

Slide 14 - Quizvraag

Woorden die je begrijpt, maar nog niet zelf gebruikt.
A
Je onzekere woordenschat
B
Passieve woordenschat
C
Onontwikkelde woordenschat
D
Actieve woordenschat

Slide 15 - Quizvraag

Prelinguale (voortalige) fase
Vroeglinguale fase
Differentiatiefase
Voltooiingsfase
Betekenissen verkeerd gebruiken
Kind beheerst moedertaal
Een en twee woordzinnen
Huilen, vocaliseren, vocaal spel

Slide 16 - Sleepvraag