8.2 Wetenschappelijke notatie

Lesindeling

- Afronden

- Wetenschappelijke notatie
- kleine getallen in wetenschappelijke notatie
- huiswerk bespreken
- aan het werk...
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Lesindeling

- Afronden

- Wetenschappelijke notatie
- kleine getallen in wetenschappelijke notatie
- huiswerk bespreken
- aan het werk...

Slide 1 - Tekstslide

Afronden
Rond af op
1 decimaal (tienden)
3,34  ≈ 3,3
3,38  ≈ 3,4
3,356   3,4


Rond af op 
3 decimalen (duizendsten)
12,45638 ≈ 12,456
12,45678 ≈ 12,457

Rond af op 
2 decimalen (honderdsten)
12,453 ≈ 12,45
12,45678  ≈ 12,46




Afronden op decimalen 

Slide 2 - Tekstslide

getalwaarde
uitleg 
Als we gaan afronden, dan kan dat  op 2 manieren.
Namelijk voor de komma afronden of achter de komma afronden.

We kijken in deze lessen naar het afronden achter de komma.
We noemen dit afronden op decimalen. 

Een decimaal is een getal achter de komma

Slide 3 - Tekstslide

Getal afronden naar een heel getal:
Is het eerste cijfer achter de komma een 5 of hoger : Naar boven afronden.
Dus: 19,74 = 20.
Is het eerste cijfer achter de komma een 4 of lager : Naar beneden afronden.
Dus: 15,47 = 15.

Slide 4 - Tekstslide

Praktisch afronden
Je kunt niet altijd volgens de regels afronden.
Afhankelijk van de situatie moet je soms op een andere manier afronden.

Voorbeeld: Johan heeft 120 wandtegels nodig voor zijn badkamer. Deze tegels worden verkocht in pakken van 7 tegels.
Hoeveel pakken moet Johan kopen?

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Maak 25, 34, 35
timer
5:00

Slide 8 - Tekstslide

honderdduizend schrijf je als een macht van? (zie opgave 25)
A
104
B
105
C
106
D
107

Slide 9 - Quizvraag

Een tienduizendste schrijf je als een macht van?
A
102
B
103
C
104
D
105

Slide 10 - Quizvraag

Het antwoord van opgave 35 is?
macht schrijf je met een ^. Bijvoorbeeld 10^-3.

Slide 11 - Open vraag

Slide 12 - Video

Slide 13 - Tekstslide

Maken testopgave blz. 118
klaar? Nakijken blz. 277
0-3 punten: Maken 26, 27, 30, 31 + nakijken
4-5 punten: Maken 27, 28, 30, 31, 32 + nakijken
6 punten: Maken 28, 29, 30, 31, 32, 33 + nakijken
timer
10:00

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Maken testopgave blz. 122
klaar? Nakijken blz. 277
0-4 punten: Maken 26, 27, 30, 31, 36, 37, 38 + nakijken
5-7 punten: Maken 27, 28, 30, 31, 32, 37, 38, 39 + nakijken
8-9 punten: Maken 28, 29, 30, 31, 32, 33, 38, 39, 40, 41 + nakijken
timer
10:00

Slide 17 - Tekstslide

9

Slide 18 - Tekstslide

19

Slide 19 - Tekstslide

20

Slide 20 - Tekstslide

Aan het werk...
0-4 punten: Maken 26, 27, 30, 31, 36, 37, 38 + nakijken
5-7 punten: Maken 27, 28, 30, 31, 32, 37, 38, 39 + nakijken
8-9 punten: Maken 28, 29, 30, 31, 32, 33, 38, 39, 40, 41 + nakijken

Slide 21 - Tekstslide

Huiswerk 
Les 2 van de leerdoelenkaart. Kijk ook zelf je antwoorden na via SOM.

Slide 22 - Tekstslide