In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Paragraaf 8.4
Slide 1 - Tekstslide
Deze periode (TW4)
Slide 2 - Tekstslide
Deze periode (TW4)
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Wat is stikstofkringloop?
A
Een proces waarbij stikstof alleen door planten wordt gebruikt
B
Een proces waarbij stikstof gecreëerd wordt
C
Een proces waarbij stikstof door verschillende organismen wordt omgezet
D
Een proces waarbij stikstof afgebroken wordt
Slide 5 - Quizvraag
Wat neemt de plant op in de stikstofkringloop?
A
nitriet
B
water
C
glucose
D
nitraat
Slide 6 - Quizvraag
Hoe wordt in de voedselketens stikstof doorgegeven in de stikstofkringloop?
A
als eiwitten
B
als koolhydraat
C
als vetten
D
als glucose
Slide 7 - Quizvraag
Wat doen nitraatbacteriën in de stikstofkringloop?
A
ammonium omzetten in nitriet
B
ureum omzetten in ammoniak
C
nitriet omzetten in nitraat
D
aminozuren omzetten in ureum
Slide 8 - Quizvraag
Leerdoelen 8.3
Slide 9 - Tekstslide
Leerdoelen 8.4
Slide 10 - Tekstslide
Populatiegrootte (H7)
Slide 11 - Tekstslide
Populatiegrootte
Populatiegrootte (H7)
Slide 12 - Tekstslide
Populatiedichtheid (H7)
Slide 13 - Tekstslide
Populatiegrootte (H7)
Slide 14 - Tekstslide
Populatiegrootte
Slide 15 - Tekstslide
Schommelingen
Slide 16 - Tekstslide
Successie
Slide 17 - Tekstslide
Terugvangmethode
Vanaf 2 min
Slide 18 - Tekstslide
Er worden 10 schildpadden gevangen, gemerkt met een rode stip verf en weer losgelaten. Bij het terugvangen vang je weer 10 schildpadden waarvan er 4 gemerkt zijn. Hoe groot is de populatie?
A
20
B
25
C
14
D
24
Slide 19 - Quizvraag
Terugvangmethode
n1 = 10
n2 = 10
n3 = 4
N = (10x10)/4 =25
Slide 20 - Tekstslide
20 kikkers zijn gevangen in een vijver en gemerkt. Terugvangen van 24 kikkers levert 15 gemerkte kikkers op. Hoe groot wordt de populatie geschat?
A
30
B
120
C
32
D
5
Slide 21 - Quizvraag
Katten die gevangen en gemerkt worden laten zich moeilijker terugvangen. Wordt de populatie dan toch goed geschat of te klein of te groot?
A
goed
B
te klein
C
te groot
Slide 22 - Quizvraag
Wat is populatiegrootte?
A
Aantal verschillende soorten in een gebied.
B
Aantal organismen in het ecosysteem.
C
Aantal organismen in het hele land.
D
Aantal organismen van dezelfde soort in een gebied.
Slide 23 - Quizvraag
Welke factoren beïnvloeden de populatiegrootte?
A
Alleen biotische factoren
B
Alleen abiotische factoren
C
Zowel biotische als abiotische factoren
Slide 24 - Quizvraag
Populatiegrootte is afhankelijk van: (meerdere antwoorden)
A
Geboorte
B
Sterfte
C
Emigratie
D
Immigratie
Slide 25 - Quizvraag
De populatiegrootte is afhankelijk van een aantal factoren.
Sleep de termen naar de juiste plaats in het schema.
populatiegrootte
immigratie
sterftecijfer
geboortecijfer
emigratie
Slide 26 - Sleepvraag
Wat is successie?
A
Het opeenvolgen van planten en dieren
B
Het succesvol maken van een ecosysteem
C
Het terugkeren van planten en dieren na een brand
D
Het verhuizen van dieren naar een ander leefgebied
Slide 27 - Quizvraag
Wat verandert bij successie?
A
individu
B
populatie
C
leefgemeenschap
D
ecosysteem
Slide 28 - Quizvraag
Het beginstadium van successie heet
A
Climaxvegetatie
B
Climaxecosysteem
C
Pioniersvegetatie
D
Pioniersecosysteem
Slide 29 - Quizvraag
Als in een ecosysteem successie plaats vindt dan:
A
Blijft het aantal soorten in dat ecosysteem gelijk