21-22 / Par. 3.1 t/m 3.3

• Retail
• MBO
• Studiejaar 1

Goederenstroom en voorraadbeheer

Klas 1hvsb

Schooljaar 2021-2022

Opleiding Verkoopspecialist

Docent: mevrouw Jansen

Inhoud les

• Uitleg par. 3.1     Winkels met en zonder magazijnen
• Uitleg par. 3.2    Het distributiecentrum
• Uitleg par. 3.3    Plaatsing in het magazijn
• Aan de slag

Lesdoelen:

• Je leert wat een intern en extern magazijn
    is.
• Je leert welke soorten winkels er zijn.
• Je leert wat een distributiecentrum is.
• Je leert welke magazijnindelingen er zijn
    (vast-, vrij-, gemengd locatiesysteem).

Winkel / magazijn

• Je hebt de goederen in ontvangst genomen en gecontroleerd.
• Daarna gaan de goederen naar de winkel of het magazijn.

Vraag

Welke functie heeft een magazijn?

Antwoord

Magazijnen gebruik je vooral om goederen die je niet direct verkoopt tijdelijk op te slaan.

Par. 3.1 Winkels met en zonder magazijn

Wat is een intern magazijn?

Wat is een extern magazijn?

Intern magazijn

Veel winkels hebben een interne magazijnruimte achter de winkel.

Voorbeelden extern magazijn

• Een centraal magazijn. Dit is een magazijn waar de filialen van een grootbedrijf gebruik van maken. 
• Een magazijn aan de rand van de stad. Dit is vaak goedkopere grond op een industrieterrein.
• Een gezamenlijk magazijn. Hierbij maken twee of meerdere detaillisten gebruik van dezelfde ruimte.
• Het magazijn van de leverancier. Vanuit dit magazijn kan de detaillist zelf, vaak dagelijks, zijn winkelvoorraad aanvullen.

Winkel met magazijnruimte 

Winkel zonder magazijnruimte 

Winkel met magazijn ook als verkoopruimte 

Primair fysieke winkel met webwinkel

Primair webwinkel met fysieke winkel

Webwinkel zonder fysieke winkel

Par. 3.2 Distributiecentrum

Wat is een distributiecentrum?

Par. 3.3   Plaatsing in het magazijn

Artikelen moet je goed ordenen in een magazijn:

• Makkelijker terug te vinden.
• Je wilt de ruimte in je magazijn zo efficiënt mogelijk
    benutten.

Vast locatiesysteem

Voordeel?

Nadeel?

Vast locatiesysteem

Voordeel:
Het magazijn heeft een duidelijke indeling. Artikelen zijn makkelijker te vinden.

Nadeel:
Als je veel van dezelfde artikelen goedkoper kunt inkopen heb je geen ruimte om deze op de vaste locatie op te slaan. Die moet je dan op meer plekken in het magazijn opslaan.

Vrij locatiesysteem

Voordeel?

Nadeel?

Vrij locatiesysteem

Voordeel:

Je kunt elk plekje in het magazijn benutten, je gebruikt de ruimte optimaal.

Nadeel:

Artikelen staan niet op een vaste plek dus lastiger terug te vinden. Daarom belangrijk om een goed informatiesysteem te hebben. 

Gemengd locatiesysteem

Voordeel?

Nadeel?

Gemengd locatiesysteem

Voordeel:

Je kunt extra voorraad plaatsen op plekken waar nog ruimte is.

Nadeel:

Niet alles staat op een vaste plek, dus lastiger terug te vinden. Ook hier is een goed informatiesysteem belangrijk.

Slow movers
  

• Langzaamlopers.
• Artikelen waar je maar
    weinig van verkoopt.
• Plaats je achter in het
    magazijn.

Fast movers

• Snellopers.
• Veelgevraagde artikelen.
• Plaats je voor in het
    magazijn, vlakbij de winkel.

Tijdelijke snellopers

• Actieartikelen
  
• Seizoenartikelen
  
• Rageartikelen
  
  

• Tijdens de actie plaats je de artikelen op een vaste plek in het magazijn vlakbij de winkel.
• Heb je de snellopers niet meer nodig dan plaats je ze op een vrije locatie achter in het magazijn.
• Dit noem je gemengd locatiesysteem.

Samenvatting les

• Intern / extern magazijn
• Soorten winkels
• Wat is een distributiecentrum
• Plaatsing van goederen in een magazijn volgens een locatiesysteem: vast -, vrij -, of
   gemengd locatiesysteem

Aan de slag

Maken uit je boek:

• par. 3.1    -   opdracht  2 t/m 4    -   op pag. 69 t/m 71 
• par. 3.2   -   opdracht 5                 -   op pag. 74 
• par. 3.3   -   opdracht 6 t/m 9     -   op pag. 78 en 79