Les bijvoegelijknaamwoord

• Frans
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 3

Bienvenue // 00.00.0000

planning

1. herhaling

2. Opdrachten: blz 30 oef 32

3. Nakijken

4. reflectie

Doel: werkwoorden die eindigen op -er, avoir, être kunnen vervoegen

adjectif - bijvoeglijk vnw

un pull noir - een zwarte trui

une fille intelligente - een intelligent meisje

un chauffeur polonais - een Poolse chauffeur

adjectif - bijvoeglijk vnw

Hoe vorm je het bijvoeglijk naamwoord? 

	Mannelijk	Vrouwelijk
Enkelvoud	x	e
Meervoud	+s	+es

J'ai deux .......................... (grand) frères et une .......................... (petit) soeur. 

 Nous avons une voiture ...................... (rouge)

 Ma copine porte des chaussures ........................ (noir)

	M	V
Enkelvoud	x	e
Meervoud	+s	+es

J'ai deux  grands (grand) frères et une petite. (petit) soeur. 

 Nous avons une voiture rouge (rouge)

 Ma copine porte des chaussures noirs (noir)

	M	V
Enkelvoud	x	e
Meervoud	+s	+es

Geen verandering

Indien een bijvoeglijk naamwoord in de 'vaste' vorm (mannelijk enkelvoud) al op een e eindigt, dan krijgt het bij de vrouwelijke vorm geen extra e.

Il est jeune (hij is jong	Elle est jeune (zij is jong)
Papa est honnête (papa is eerlijk)	Mama est honnete (mama is eerlijk )

 J'ai deux .......................... (grand) frères et une .......................... (petit) soeur.

2 Nous avons une voiture ...................... (rouge)

3 Ma copine porte des chaussures ........................ (noir)

Kies de juiste vorm:
Il est (groot)

1. grande
2. grand
3. grandes
4. grands

Kies de juiste vorm:
La ceinture est (blauw)

1. bleu
2. bleus
3. bleue
4. bleues

Kies de juiste vorm:
Les voitures sont (groen)

1. vertes
2. verte
3. vert
4. verts

http://www.talenwijzer.com/bijvoeglijke-naamwoorden-adjectifs-oefenen.html

https://www.youtube.com/watch?v=iTi5UbRoShE