ALG P3 L7 Voorraad en inventarisatie

Assistent Verkoop & Logistiek

Periode 3
Inventariseren, verzamelen en verzendklaar maken van goederen

Les 07
Voorraad en inventarisatie


1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
WerknemersvaardighedenMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Assistent Verkoop & Logistiek

Periode 3
Inventariseren, verzamelen en verzendklaar maken van goederen

Les 07
Voorraad en inventarisatie


Slide 1 - Tekstslide

Wat weet jij nog van de vorige les?

Slide 2 - Woordweb

                      Lesdoel


Aan het einde van dit hoofdstuk weet je meer over:

  •  het inventariseren van de voorraad;
  • verschillende soorten voorraad;

Slide 3 - Tekstslide

Vorige les

Lesdoel:
Student kan vertellen hoe
  • orders gecontroleerd moeten worden
  • orders verzendklaar gemaakt worden
  • goederen worden geladen

Het volgende controleer je bij een order:
  1. juiste goederen en aantallen;
  2. houdbaarheidsdatum;
  3. beschadigingen. 
Order verzendklaar maken
  1. Verpakken
  2. Stapelen
  3. Stabiliseren
  4. Adresseren en etiketteren

Goederen laden

Slide 4 - Tekstslide

In een magazijn kan te veel en te weinig voorraad voor problemen te zorgen. Noteer een nadeel van te weinig voorraad en een nadeel van teveel voorraad

Slide 5 - Open vraag

Slide 6 - Video

Soorten voorraad

Technische voorraad
Voorraad die aanwezig is in het magazijn.
.







Soorten voorraad

Administratieve voorraad
De voorraad die volgens de administratie aanwezig moet zijn.







Slide 7 - Tekstslide

Voorraad inventariseren

Inventariseren betekent: 
tellen wat er op voorraad is. 





Je controleert bij het inventariseren van de voorraad of de voorraad die in het systeem staat ook echt aanwezig is in het magazijn.

Slide 8 - Tekstslide

Technische- en administratieve voorraad
(maak 7.01 7.02)
Als de technische voorraad kleiner is dan de administratieve voorraad
  • er klopt iets niet
  • het bedrijf lijdt verlies. 

Dit kan komen doordat er:

Slide 9 - Tekstslide

Werkvoorraad & Bulkvoorraad

Slide 10 - Tekstslide

Minimum en maximum voorraad 
Minimumvoorraad is de voorraad van goederen die minimaal in een bedrijf aanwezig moet zijn

Maximumvoorraad is de voorraad van goederen die maximaal in een bedrijf aanwezig moet zijn

Slide 11 - Tekstslide

Voorraad inventariseren


Je gaat hierbij na of de technische voorraad en de administratieve voorraad gelijk zijn.




Je bereidt het volgende voor:
  • Kies een datum.
  • Selecteer goederen die niet meer verkocht kunnen worden.
  • Tel goederen en leg het vast.






Slide 12 - Tekstslide

Doelen van inventariseren

  •  Je weet wat de technische voorraad is.
  •  Je kunt fouten ontdekken.
  •  Je voorkomt ‘nee-verkoop’.
  •  Je ontdekt beschadigingen of bedorven goederen.



 

Je kunt een inventarisatie op twee manieren uitvoeren.

Handmatig inventariseren





Geautomatiseerd inventariseren

Slide 13 - Tekstslide

Steekproefsgewijs inventariseren

 Een gedeelte van de goederen tellen van de goederen uit het magazijn. Als er veel fouten blijken te zijn, kan er alsnog gekozen worden voor een volledige inventarisatie
Volledig inventariseren
 
Alle goederen in het magazijn worden geteld.

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Derving

Slide 17 - Tekstslide

Criminele derving
 



Derving dat ontstaan is met opzet bijvoorbeeld diefstal

 






Derving moet altijd geregistreerd worden op een verlieslijst. 


Niet-criminele derving

 Derving dat ontstaan is zonder opzet,
bijvoorbeeld door onzorgvuldig uitpakken.








Derving moet altijd geregistreerd worden op een verlieslijst. 

Slide 18 - Tekstslide

Wanneer moet ik de verlieslijst invullen?

Slide 19 - Tekstslide

Je telt de voorraad in het magazijn, welke voorraad is dat?
A
Technische voorraad
B
Administratieve voorraad
C
Werkvoorraad
D
Bulkvoorraad

Slide 20 - Quizvraag

Welke voorraad is groter als er goederen zijn verdwenen zonder dat er geld is ontvangen?
A
Technische voorraad
B
Administratieve voorraad
C
Bulkvoorraad
D
Werkvoorraad

Slide 21 - Quizvraag

Hoe kan het komen dat technische voorraad en de administratieve verschillend zijn? Noteer twee redenen
A
Diefstal
B
Nalevering
C
Derving
D
Uitverkocht

Slide 22 - Quizvraag

Emanuel telt in het magazijn 352 Lcd-schermen, in het systeem staan er 372.
Wat is het voorraadverschil?
A
10
B
20
C
30
D
40

Slide 23 - Quizvraag

Een bedrijf verkoopt stoelen. Zij hebben in het magazijn ruimte voor max. 1000 stoelen. De eigenaar wil minimaal 450 stoelen op voorraad hebben
Hoeveel stoelen zouden er op voorraad moeten zijn?
A
De juiste voorraad is tussen de 0 en 1000
B
De juiste voorraad is tussen de 0 en 450
C
De juiste voorraad is tussen 450 en 1000
D
De juiste voorraad is 450

Slide 24 - Quizvraag

Er zijn in januari 450 stoelen op voorraad. Het bedrijf verkoopt in januari 60 stoelen. Welke actie kan het bedrijf het beste ondernemen?
A
60 stoelen bestellen
B
360 stoelen bestellen
C
110 stoelen bestellen
D
590 stoelen bestellen

Slide 25 - Quizvraag

Inventariseer de dierenvoeding
A
4x kattenvoer, 2x kattenvoer en 10x hondenvoer
B
2x kattenvoer, 2x kippenvoer, 9x hondenvoer
C
2x kattenvoer, 2x kippenvoer en 10x hondenvoer
D
4x kippenvoer, 4x kattenvoer en 12x hondenvoer

Slide 26 - Quizvraag

Opdrachten maken
H7 Voorraad en inventarisatie
• 7.3 Soorten voorraad
• 7.4 Voorraad inventariseren
• 7.5 Derving herkennen en voorkomen

Slide 27 - Tekstslide

Wat ging er goed en wat kan er beter?

Slide 28 - Woordweb

Les is afgelopen

Slide 29 - Tekstslide