240208 Sprookjes les 2 + formuleren §1

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1,2

Welkom M1e!

Deze spullen heb ik nodig:

• leesboek
• pen
• werkboek
• iPad
  

Wat gaan we doen?

1. Vrij lezen (10 min)
2. Zinnen schrijven > samen oefenen (10 min)
3. Creatief schrijven > feedback geven aan elkaar (15 min)
   
4. Sprookjes deel 2 + zelf schrijven (30 min)
5. Les afronden (5 min)

Zinnen

Waar bestaat een goede zin ook alweer minimaal uit?

• Een onderwerp + gezegde 
  Iets/iemand + wat diegene doet

Hoe kan ik twee zinnen aan elkaar plakken?

• Voegwoorden: maar, omdat, want, daarom, en, of

Even oefenen...

Pak bladzijde 218 uit je werkboek erbij.

We maken opdracht 2 en 3 samen.

Laten we samen eens kijken..

Laten we samen eens kijken..

Wat gaan we doen?

1. Vrij lezen (10 min)
2. Zinnen schrijven > samen oefenen (10 min)
3. Creatief schrijven > feedback geven aan elkaar (15 min)
   
4. Sprookjes deel 2 + zelf schrijven (30 min)
5. Les afronden (5 min)

Oefenen

De opdracht in tweetallen:

Elk tweetal krijgt een verhaaltje (van iemand uit de klas). Wat klopt er niet en waarom niet?

1. Kloppen de zinnen? Staan de punten op de juiste plek?
2. Missen er nog ergens hoofdletters?
   

De opdracht in viertallen:

Bespreek in viertallen nu opnieuw bovenstaande punten. Hebben jullie hetzelfde gevonden?
 

Wat hebben jullie gevonden?

Er was eens een lieve zwerver.

Toen hij opzoek was naar eten en drinken was hij gevallen,het deed super veel pijn.

Maar hij moest wat eten en drinken dus hij bleef doorlopen.

De pijn werd erger en erger het leek wel alsof het gebroken was.

Het werd donker en koud hij moest echt een plek vinden om te slapen.

Toen kwam hij een school tegen,hij dacht eerst dat de school dicht was maar toen hij op het school plein ging staan,zag hij dat er nog lampen brandde.

Wat hebben jullie gevonden?

De beste voetballer van de wereld was op de strand toen zijn portemonnee werd gestolen hij rende achter hem aan toen hij viel en één gebroken been kreeg. De dief kwam er mee weg toen. Toen ie in het ziekenhuis lag kwam de dokter even checken. De dokter zei ‘je bent nu goed en je kan naar buiten gaan’ dat is het einde.

Pauze

Wat gaan we doen?

1. Vrij lezen (10 min)
2. Zinnen schrijven > samen oefenen (10 min)
3. Creatief schrijven > feedback geven aan elkaar (15 min)
   
4. Sprookjes deel 2 + zelf schrijven (30 min)
5. Les afronden (5 min)

Modern sprookje schrijven

Roodkapje

In de meeste gevallen gaat het in sprookjes om het verschil tussen goed en kwaad. De moraal in bijvoorbeeld het sprookje Roodkapje is dat je vooral goed moet luisteren naar je ouders en vooral niet iedereen moet vertrouwen. 

Repelsteeltje

Een andere belangrijke moraal is dat je niet mag liegen. Neem bijvoorbeeld het sprookje Repelsteeltje. Daarin liegt de molenaar dat zijn dochter stro in goud kan laten veranderen. Hiervoor wordt zijn dochter gestraft door haar net zo lang in een torenkamertje op te sluiten totdat zij dit gedaan heeft.

De Bremer stadsmuzikanten

Een derde belangrijke moraal komt uit het sprookje De Bremer Stadsmuzikanten. In dit verhaal worden 3 muzikanten overvallen door rovers. Echter door snel op elkaar te gaan staan en te doen alsof ze 1 grote tegenstander waren wisten ze de rovers te verjagen. De moraal van dit sprookje is dan ook: Samen ben je sterk. 

Zij leefden nog lang en gelukkig

De positieve boodschap van vrijwel elk sprookje "zij leefden nog lang en gelukkig" gaf je het idee dat het allemaal goed afliep. Dit moest je ook vertrouwen geven in het werkelijke leven. Er zullen hindernissen op je pad komen maar als je goed je best doet, dan kun je deze overwinnen.

Elk sprookje heeft 'een moraal'. Wat bedoelen we daarmee?

Vandaag ga je de eerste voorbereidingen doen. 

Geef antwoord in hele zinnen.

1. Welk sprookje ga je kiezen en waarom? 

2. Wie zijn de hoofdpersonen (goede en slechte personen).

3. Wat zijn de eigenschappen van de hoofdpersonen?

4. Hoe begint jouw sprookje?

5. Hoe eindigt jouw sprookje?

6. Wat is het moraal/ de wijze les?

7. Hoe verloopt het middenstuk, kort omschreven (wie doet wat?)

8. Welke moderne dingen kun je in je verhaal gebruiken?
 

Klaar? Stuur mij deze gegevens VOOR de volgende les via Teams.

Ga nu aan de slag met het herschrijven van jouw sprookje. Je begint natuurlijk met.... ER WAS EENS...

Wat gaan we doen?

1. Vrij lezen (10 min)
2. Zinnen schrijven > samen oefenen (10 min)
3. Creatief schrijven > feedback geven aan elkaar (15 min)
   
4. Sprookjes deel 2 + zelf schrijven (30 min)
5. Les afronden (5 min)

Dit heb ik geleerd vandaag: