Kopen

• Burgerschapsonderwijs
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 2

KOPEN

Welke uitspraak past het beste bij jou?
Aan het einde van de maand:

Heb ik nog evenveel geld als in het begin

Heb ik geld te weinig

Heb ik geld over

Is precies alles op

Uitgeven van geld

Prioriteiten

Je wilt van alles kopen!

Maar heb je daarvoor genoeg geld?

Als je moet kiezen, kun je een lijstje maken.

Met bovenaan je lijstje:

- Dingen die je echt nodig hebt.

- Dingen die je echt belangrijk vindt.

Opdrachten uit je werkboek

Bladzijde 32 en 33

Wat zijn jullie prioriteiten?

Test

https://scholieren.nibud.nl/geldtypetest/ 

Wat is er uit de test gekomen?

Welk abonnement is het het goedkoopst?

Welke zou jij kiezen?

Kopen

Als je iets koopt ben je verplicht te betalen. 

Je ruilt het product voor geld.

De verkoper moet zorgen dat het product goed is.

Ruilen

Bij veel winkels mag je ruilen.

Je mag alleen ruilen als je het product niet gebruikt hebt.

Ruilen moet binnen een bepaalde tijd en je hebt de kassabon nodig.

Niet ruilen

Sommige producten kun je niet ruilen.

Dit zijn producten die speciaal voor jou besteld of gemaakt zijn.

Denk aan een bank of keuken.

Garantie 

Heb je het product gekocht en gebruik je het op een normale manier?

Dan kan je als klant verwachten dat het product een bepaalde tijd meegaat.

Als het dan stuk is binnen die periode, dan kan het gemaakt worden op kosten van de verkoper. 

Wat hebben jullie van deze les geleerd?