Specifieke begeleiding : gehandicapten zorg

Gehandicaptenzorg
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
specifieke begeleidingMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Gehandicaptenzorg

Slide 1 - Tekstslide

Algemeen
In de gehandicaptenzorg worden mensen met een beperking ondersteund. De beperking kan verstandelijk én lichamelijk zijn. Er zijn ook vaak bijkomende problemen zoals stoornissen, aandoeningen, gedragsproblematiek, verslaving, schuldproblemen en problemen in de thuissituatie. De ondersteuning verschilt daarom per cliënt.

Slide 2 - Tekstslide

Waar denk je aan als je hoort:
Gehandicaptenzorg?

Slide 3 - Open vraag

Gehandicaptenzorg
A
Personen met een lichamelijke ziekte of stoornis.
B
Personen die goed voor zichzelf kunnen zorgen

Slide 4 - Quizvraag

Slide 5 - Link

Welke vier niveau's heb je bij gehandicaptenzorg (in de juiste volgorde)?
A
Licht, matig, zeer ernstig, passief
B
Licht, matig, passief, actief
C
Zeer ernstig, matig ernstig, ernstig en licht
D
Licht, matig, ernstig, zeer ernstig

Slide 6 - Quizvraag

Noem twee veelvoorkomende stoornissen binnen de GHZ

Slide 7 - Open vraag

Onze voorbeelden
Volwassenen met een verstandelijke beperking
licht verstandelijk beperkt
matig tot ernstige verstandelijke beperking
volwassenen met niet aangeboren hersenletsel
volwassenen met ernstige meervoudige beperkingen
kinderen, jongeren en jongvolwassenen met een of meerdere beperkingen
volwassenen met autisme spectrum stoornis
volwassenen met een zintuigelijke beperking

Slide 8 - Tekstslide

Wat is zelfredzaamheid?
A
Zelfredzaamheid is dat de zorgverlener bepaald wat er gebeurd
B
Zelfredzaamheid is het zichzelf redden met zo min mogelijk professionele ondersteuning en zorg.
C
Zelfredzaamheid heeft alleen te maken met het zelfstandig wassen en aankleden
D
Zelfredzaamheid is niet van toepassing bij chronisch zieken

Slide 9 - Quizvraag

Wat betekent empowerment?
A
Een proces waardoor iemand gestimuleerd wordt zelfstandig te beslissen, te handelen en voor zichzelf op te komen
B
De vrijheid van een entiteit
C
Kwetsbaarheid leidt vaak tot afhankelijkheid
D
Voldoende personeel op de werkvloer

Slide 10 - Quizvraag

Autonomie is de vrijheid van een entiteit
A
Waar
B
Niet waar

Slide 11 - Quizvraag

In de gehandicaptenzorg is het inleven in de belevingswereld van een zorgvrager heel belangrijk
A
waar
B
niet waar

Slide 12 - Quizvraag

Wat houdt de term 'kwaliteit van leven' in?
A
Wat is de kwaliteit van de lucht waarin we leven?
B
De mate van welvaart waarin iemand leeft
C
Of iemand gezond is of niet.
D
De lichamelijke, psychische en sociale functioneren worden ervaart.

Slide 13 - Quizvraag

Welke zin over kwaliteit in de gehandicaptenzorg is juist?
A
Kwaliteit is de mate van verschillen tussen criteria van goede zorg (wenselijke zorg) en de praktijk van die zorg (feitelijke zorg)
B
Kwaliteit is de mate van overeenkomst tussen criteria van goede zorg (wenselijke zorg) en de praktijk van die zorg (feitelijke zorg)

Slide 14 - Quizvraag

Welke Dometica wordt gebruik in de gehandicapten zorg om de zelfredzaamheid van de client te vergroten

Slide 15 - Open vraag

Deel je ervaringen vanuit je werkveld met het gebruik van Domotica waarbij de client zijn zelfredzaamheid/zelfstandigheid vergroot

Slide 16 - Open vraag

Einde
Vragen?

Bedankt.

Slide 17 - Tekstslide