H5 LWEO 3HV (les 1)

Welkom
3 HAVO/VWO ||  2023-2024


Hoofdstuk 5


1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welkom
3 HAVO/VWO ||  2023-2024


Hoofdstuk 5


Slide 1 - Tekstslide

Waarom moet je als ondernemer een financiële administratie voeren?

Slide 2 - Open vraag

Wat heb je nodig bij het opstarten van een kledingzaak?

Slide 3 - Woordweb

Benodigdheden kledingzaak
Winkelpand
Inventaris --> alle spullen die je nodig hebt bij de verkoop (kassa, pinapparaat, spiegels, kledingrekken enz). 
Voorraad kleding
Wisselgeld
Inschrijven KvK
Verzekering
Zoeken leveranciers van kleding

Slide 4 - Tekstslide

Balans
Balans:
  • Bezittingen
        links van de balans
        debet (activa)
  • Schulden
        rechts van de balans
        credit (activa)
De balans is altijd in balans en is een momentopname!

Slide 5 - Tekstslide

Wat weten we al?
  1. Er zijn activa en passiva
  2. De balans is een momentopname
  3. De balans moet altijd in balans zijn

Slide 6 - Tekstslide

Balans
Balans:
  • Bezittingen
        links van de balans
        debetzijde (activa)
  • Schulden
        rechts van de balans
        creditzijde (passiva)
De balans is altijd in balans en is een momentopname!

Slide 7 - Tekstslide

Activa (Debet)
Vaste activa
  • Gebouwen, bedrijfswagen, machines en inventaris.
Vlottende activa
  • Voorraad
  • Debiteuren --> klanten waar je nog geld van krijgt. 
Liquide activa
  • Kas en geld op de betaalrekening. 

Slide 8 - Tekstslide

Passiva (Credit)
Eigen vermogen
Vreemd vermogen --> leningen
  • Lang
  • Kort

Slide 9 - Tekstslide

Vaste Activa
Vlottende Activa
Liquide middelen

Slide 10 - Sleepvraag

Leningen en risico
Stel het gaat niet goed. Dan moet je het geld terug betalen. 
Bezitten worden verkocht. 

Volgorde van geld verdelen:
  • Bank
  • Leningen van mensen die je kent
  • Eigen vermogen

Slide 11 - Tekstslide

Momentopname
Balans --> staat altijd een datum op. 
Voorraadgrootheid 
  • Bijvoorbeeld voorraad kleding. Je kijkt op een moment hoeveel waard de voorraad is. 

Slide 12 - Tekstslide

Afschrijven
Waardevermindering van bezittingen.
Afschrijvingskosten

Bijvoorbeeld je koopt een bestelauto van 10.000 euro. De levensduur is 5 jaar. Per jaar zijn de afschrijvingskosten 2.000 euro. 

Slide 13 - Tekstslide

Aan het werk
Maken 5.1 t/m 5.6 verplicht
Eventueel 5.7
Nakijken
  • Wat heb je goed gedaan?
  • Wat kun je beter doen?
Lees de tekst
  • Onderstrepen
  • Samenvatten

Slide 14 - Tekstslide