15 - Op weg naar rijbewijs B

Op weg naar rijbewijs B - les 15
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
GASVBuitengewoon secundair onderwijs

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Op weg naar rijbewijs B - les 15

Slide 1 - Tekstslide

Wat is de hiërarchische volgorde in het verkeer? Op 1 plaats je het hoogste, op 5 het laagste
Verkeerslichten
Verkeersregels
Bevelen van een bevoegd persoon
Verkeersborden

Slide 2 - Sleepvraag

1. Hiërarchische volgorde verkeer 

Slide 3 - Tekstslide

Wat moeten bestuurders doen als een bevoegd persoon een arm in de hoogste steekt?

Slide 4 - Open vraag

2. Bevelen van een bevoegd persoon
Als op een kruispunt een agent een arm in de hoogte steekt, moeten alle weggebruikers stoppen.

Weggebruikers die zich al op het kruispunt bevinden, moeten dit zo snel mogelijk verlaten.

Slide 5 - Tekstslide

Wat moeten bestuurders doen als een bevoegd persoon een arm of beide armen horizontaal uitstrekt?

Slide 6 - Open vraag

2. Bevelen van een bevoegd persoon
Als op een kruispunt een agent een arm of beide armen horizontaal strekt, moeten alle gebruikers die naar zijn voor- of achterkant toe rijden stoppen.


De weggebruikers die naar zijn zijkant toe rijden, mogen het kruispunt wel oprijden.

Slide 7 - Tekstslide

2. Bevelen van een bevoegd persoon
Wat moeten bestuurders doen als een bevoegd persoon met een speciale rode lamp zwaait?

Als een agent met een rood licht zwaait, moeten de bestuurders stoppen naar wie het licht gericht is en zich begeven naar de plaats 
waar de agent naar wijst. 

Dit bevel wordt vaak gebruikt voor  alcoholcontroles.  

Slide 8 - Tekstslide

2. Bevelen van een bevoegd persoon
Het fluiten zelf is geen bevel. De agent doet dit om de aandacht te trekken van de weggebruikers.

Hij doet dit enkele ogenblikken voor hij een bevel gaat geven.

Slide 9 - Tekstslide

Geef een voorbeeld van een prioritair voertuig.

Slide 10 - Open vraag

3. Prioritaire voertuigen
Als je blauwe zwaailichten ziet en tegelijkertijd een sirene hoort, komt er een prioritair voertuig aan. Je moet dan voorrang verlenen, de rijbaan vrij maken, vertragen of zelfs stoppen, zodat het prioritair voertuig kan verder rijden.


Wanneer je een politieauto, ambulance of brandweerauto met blauwe zwaailichten ziet, maar geen sirene hoort, spreken we niet van een prioritair voertuig --> je moet dus ook geen voorrang verlenen.

Slide 11 - Tekstslide

4. Wat te doen bij een ongeval? 
Noodnummer bellen
Als je op de plaats van een ongeval komt of zelf betrokken bent bij een ongeval moet je de hulpdiensten verwittigen  112 (100 of 101)
Gevarendriehoek
Voor je het noodnummer belt, moet je eerst een gevarendriehoek plaatsen
Gewone wegen: 30 meter en autosnelwegen: 100 meter
Gewonden
  • Je mag een gewonde niet verplaatsen, behalve als er een groot gevaar is
  • Een gewonde mag je geen drinken, eten of pijnstilling geven
  • Bij een bestuurder van een bromfiets mag je de helm niet van het hoofd halen, behalve wanneer hij in levensgevaar is 

Slide 12 - Tekstslide

Nu is het aan jullie

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Link