Les over taal blok 1.2

Homoniemen
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

Homoniemen

Slide 1 - Tekstslide

Homoniem

1 woord met meerdere betekenissen

kussen, bank, tafeltje

Slide 2 - Tekstslide

Homoniem

Slide 3 - Woordweb

Homoniem of niet?
pad
A
Ja
B
Nee

Slide 4 - Quizvraag

Wat is geen homoniem?
A
bank
B
muis
C
telefoon
D
meer

Slide 5 - Quizvraag

Homoniem of niet?
Water
A
Ja
B
Nee

Slide 6 - Quizvraag

homoniemen
A
waar iets vandaan komt
B
tip
C
vaste uitdrukking
D
woorden met meerdere betekenissen

Slide 7 - Quizvraag

Homoniem of niet?
Kaas
A
Ja
B
Nee

Slide 8 - Quizvraag

Homoniem of niet?
Kussen
A
Ja
B
Nee

Slide 9 - Quizvraag

Wat is een homoniem:
A
slang
B
bank
C
net
D
vel

Slide 10 - Quizvraag

Homofoon

Slide 11 - Tekstslide

Homofoon
Klinkt hetzelfde, schrijf je anders en betekent iets anders

Slide 12 - Tekstslide

Kies de juiste schrijfwijze van de homofoon.
Hij schoot de ... in de roos
A
Peil
B
Pijl

Slide 13 - Quizvraag

Welke woorden vormen een homofoon?
A
kou - kauw
B
bank - bank
C
regent - regent
D
alle antwoorden zijn goed

Slide 14 - Quizvraag

Wat is een goed voorbeeld van een homofoon?
A
Jou/jouw
B
Kapot/stuk
C
Maar/echter
D
Zei/zij

Slide 15 - Quizvraag

Kies de juiste vorm van de homofoon.
Dat ... is van een dier
A
fel
B
vel

Slide 16 - Quizvraag


Kies de juiste schrijfwijze van de homofoon.
De mannen stroopten hun ........ op voor de zware klus.
A
mauwen
B
mouwen

Slide 17 - Quizvraag