Leesvaardigheid: signaalwoorden



1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les



Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Slide 3 - Video

Slide 4 - Video

Slide 5 - Video

Slide 6 - Video

Slide 7 - Tekstslide

Verbanden en signaalwoorden

Slide 8 - Tekstslide

opsomming
Ten eerste, ten tweede, verder, bovendien, ook, tevens, eerst, laatste

Slide 9 - Tekstslide

tegenstelling
maar, echter, toch, daar staat tegenover dat, hoewel, daarentegen

Slide 10 - Tekstslide

voorbeeld
bijvoorbeeld, neem nou, zo, onder andere

Slide 11 - Tekstslide

oorzaak-gevolg
daardoor, doordat, zodat, waardoor, door, zodoende

Slide 12 - Tekstslide

voorwaarde
als, indien, wanneer, in het geval dat, tenzij

Slide 13 - Tekstslide

reden
omdat, want, daarom, omdat, namelijk, immers

Slide 14 - Tekstslide

doel-middel
met behulp van, daarmee, met, door, waarmee, om...te

Slide 15 - Tekstslide

overeenkomst
als, net.....als, even.....als, hetzelfde

Slide 16 - Tekstslide

samenvatting/conclusie
kortom, samenvattend, dus, concluderend, dat betekent

Slide 17 - Tekstslide

Je mag wel naar de stad, maar dan moet je eerst je huiswerk gemaakt hebben.
A
opsomming
B
tegenstelling
C
voorbeeld

Slide 18 - Quizvraag

Bedenk een zin en gebruik daarin twee signaalwoorden die een opsomming aangeven.

Slide 19 - Open vraag

Je krijgt een gratis abonnement, mits je de Iphone zelf betaalt.
A
opsomming
B
voorbeeld
C
tegenstelling

Slide 20 - Quizvraag

Ik houd van fruit. Neem nou appels: die vind ik echt heerlijk!
A
opsomming
B
voorbeeld
C
tegenstelling

Slide 21 - Quizvraag